axa_dyer_david.jpg

De rally in inflation-linked obligaties is nog niet voorbij. Vooral de zogeheten ‘linkers’ van opkomende markten zijn nu erg aantrekkelijk.

Dat zegt senior portfoliomanager David Dyer binnen het Global Rates team van AXA Investment Management in gesprek met Fondsnieuws.

 

‘We hebben een geweldige groei gezien in de afgelopen drie tot vier jaar. Steeds meer landen geven inflation-linked obligaties uit waardoor een betere diversificatie mogelijk is.’

Linkers staan volop in de belangstelling doordat centrale banken in ontwikkelde landen alle middelen uit de kast halen om de economische groei te stimuleren. Verschillende investeerders vrezen dat de inflatiedoelstellingen daarbij uit het oog verloren worden.

Ook Dyer houdt binnen enkele jaren rekening met een lichte stijging van de inflatie. ‘Het is goed mogelijk dat de inflatie in de ontwikkelde landen oploopt naar 3, 4 of zelfs wel 5 procent, afhankelijk van de economische groei.’

 

Break-even inflatie
Bij inflation-linked obligaties staat de verwachte inflatie centraal. Om te bepalen of een linker aantrekkelijk is wordt de vergelijking met ‘gewone’ staatsobligatie van het betreffende land gemaakt.

Zo staat de rente op Duitse 10-jaars Bund op dit moment rond de 1,4 procent,  tegen -0,3 procent op de variant die aan de inflatie (van de eurozone) gekoppeld is. Het verschil wordt de break-even inflatie genoemd.

‘Als je dus verwacht dat de inflatie in de eurozone de komende tien jaar gemiddeld hoger dan 1,7 procent zal zijn, dan is de Duitse inflation-linked obligatie een aantrekkelijke belegging’, legt Dyer uit.

In veel landen is de break-even inflatie de afgelopen jaren gestaag opgelopen, zoals in de VS waar die nu 2,55 procent bedraagt. De portfoliomanager heeft dan ook een voorkeur voor Europese inflation-linked obligaties waar de spread lager is.
 
Infliatiedoelstelling
Het aantal landen dat in Europa nu aan inflatie-gekoppelde obligaties uitgeeft staat inmiddels op acht. Dit zijn het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Duitsland, Italië, Griekenland, Polen, Zweden en, sinds vorig jaar, Denemarken. Wellicht dat landen als België en Ierland daar binnenkort bijkomen.

Van de Europese linkers zijn de Britse het meest interessant, stelt Dyer.

‘De inflatie in het land, dat ongeveer 20 procent van haar staatsobligaties in deze variant uitgeeft, begeeft zich sinds 2009 ruim boven de door de centrale bank gestelde doelstelling van 2 procent en de verwachting is dat deze ook de komende drie jaar niet zal worden gehaald. De break-even inflatie begeeft zich echter op circa 2 procent.’

Opkomende markten
Hoewel het aanbod nog erg beperkt is en de liquiditeit laag, heeft Dyer ook een voorkeur voor linkers uit opkomende markten. Door verschillende factoren kan de inflatie in deze landen sterker stijgen dan in ontwikkelde landen.

Maar hij wijst ook op een structurele inflatie opdrijvende factor. ‘China had als werkplaats van de wereld een deflatoir effect op de consumentenprijzen wereldwijd, maar doordat de lonen daar nu ook hand over hand stijgen, heeft dat een groot effect op de inflatie wereldwijd.’ 

 

Categories
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No