Ondanks de historisch ongekende stijging van high yield bedrijfsobligaties, sinds het eerste kwartaal van 2009, hoeft het feest nog niet voorbij te zijn.
‘De dubelcijferige groei is wel voorbij, maar een rendement tot 10 procent moet dit jaar nog wel mogelijk zijn.’
Dat zegt Konstantin Leidman, fondsmanager van het UBS Bond Euro High Yield Fund, in een gesprek met Fondsnieuws.
‘Er komt veel geld in dit marktsegment. Bedrijven worden als gezond beoordeeld, terwijl het faillisementsrisico gering is.’
Ook denkt Leidman dat het besmettingsgevaar van overheden die onder schulden bezwijken voor bedrijven relatief beperkt is.
Wel stelt hij dat binnen de selectie meer gezocht wordt naar high yield obligaties van bedrijven die wereldwijd actief zijn en minder afhankelijk zijn van lokale Europese markten.
Focus op spread
‘Nu veel beleggers verwachten dat de inflatie en ook de rente zal stijgen, is de spread vanuit het perspectief van high yield obligaties belangrijk.’
Relatief hoge credit spreads ten opzichte van het aantal defaults is de reden dat veel beleggers, die op zoek zijn naar een hoger rendement, high yields in de portefeuille opnemen.
In januari profiteerden high yield obligaties vooral nog van onzekerheid over de schuldencrisis in Europa, maar in februari speelde onrust over de situatie in het Midden-Oosten op.
Rendement
De spread nam in de eerste maand van het jaar met 87 punten af tot 614 basispunten en ook in februari was er sprake van een verdere daling met 38 basispunten.
Het rendement bedraagt over de eerste twee maanden, tot en met 25 februari, 4,38 procent en in februari was dat 1,92 procent. Op driejaarsbasis is een rendement behaald van 50,1 procent. De benchmark is de Merrill Lynch European High Yield constrained index.
Volg de actuele koers van het UBS Bond Euro High Yield Fund
Gevaar financials beperkt
Veel beleggers zijn terughoudend om financials in de obligatieportefeuille op te nemen, mede vanwege het feit dat in hun ogen de schuldencrisis die banken zou kunnen raken. Maar Leidman nuanceert dat gevaar.
Hij wijst erop dat banken als RBS en ING goed op weg zijn om hun oude problemen op te lossen. Een fondsmanager moet volgens hem nu vooral de zwakke banken eruit filteren. ‘Dat zijn banken waarop volatiliteit een grotere impact heeft.’
Toch lieten banken, verzekeraars, media en technologie in januari een outperformance zien van 3 procent in januari, terwijl utilities, auto’s en niet-cyclische consumentenartikelen underperformden.
Leidman is voor dit jaar positief, ondanks dat er veel uitgifte van schuldpapier zal zijn ter herfinanciering van bankleningen. Hij denkt echter dat er voldoende vraag zal zijn naar deze nieuwe uitgiftes.
Inkomen spread
Het inkomen van de spread is volgens hem een reden een langere spread duratie aan te houden. Dit relatief grote gedeelte in de spread vs de yield, geeft beleggers enige bescherming tegen een stijgende rente.
Ook heeft het zin om bedrijfsobligaties met een CCC-rating aan te houden, omdat het faillissementsrisico volgens hem beperkt is en obligaties van deze rating kunnen outperformen.
Het fonds, gelanceerd in 1998, belegt vooral in obligaties met een BB- (ruim 45 procent), B- (meer dan 36 procent) en CCC-rating (meer dan 11 procent). De belangrijkste sectoren zijn industrieel, diensten, bankwezen en vervoersmateriaal, die samen goed zijn voor 50 procent.
Staatsobligaties
Op de vraag of staatobligaties nu risicovoller zijn dan high yields, moet Leidman lachen. Hij wijst erop dat overheden middelen hebben, die bedrijven niet tot hun beschikking hebben, zoals bijvoorbeeld monetair beleid. Maar voor de rest kan je het volgens hem moeilijk vergelijken.
‘Als het om Duits schuldpapier gaat, is er geen reden je zorgen te maken dat je je geld niet meer terugkrijgt. Bij high yields is dat risico in de regel toch groter.’