Robeco heeft de blootstelling van zijn beleggingsfondsen met de grootste exposure naar Rusland teruggebracht naar nul. In sommige gevallen was de blootstelling voor de oorlog bijna 8 procent.
Dat zegt Robeco in antwoord op vragen van Investment Officer.
Vijf fondsen van het Rotterdamse fondshuis hadden voor de invasie van Rusland in Oekraïne een exposure van 5 procent of meer naar het land, zo blijkt uit cijfers van Morningstar. Dat liep volgens de fondsenvergelijker uiteen van 5,29 procent voor het Robeco Emerging Conservative Equity fonds tot 7,96 procent voor het Robeco Next Digital Billion fonds.
Een maand na de inval in Oekraïne liet een woordvoerder van Robeco al weten dat de asset manager in de aanloop naar de crisis haar exposure had teruggebracht. Eind februari had het fondshuis met circa 0,2 procent van zijn beheerd vermogen blootstelling aan Rusland, volgens de zegsman.
Daarbij benadrukte hij dat de blootstelling middels aandelen en bedrijfsobligaties was, niet via staatsobligaties. ‘Russische staatsobligaties bezaten we al niet, en hebben we daarnaast op onze uitsluitingslijst gezet. Ook hebben we kooprestricties op Russische aandelen en bedrijfsobligaties gezet.’
Flinke afbouw
Recente Morningstar-cijfers wijzen op een flinke terugloop van de posities, nadat de koersen flink daalden sinds eind januari. Het Emerging Conservative aandelenfonds staat daar (cijfers eind februari) bijvoorbeeld op een blootstelling van 1,75 procent naar Rusland. De andere vier fondsen hebben volgens deze meest recente cijfers van Morningstar eveneens een exposure van rond de 2 procent.
‘Als je die posities vergelijkt met die van eind januari dan zie je inderdaad een lagere blootstelling aan Rusland’, reageert senior-analist Ronald van Genderen van Morningstar. ‘Maar die komt - vrijwel - volledig op conto van koersdalingen. Het aantal aandelen is in bijna alle gevallen gelijk gebleven. Hetgeen misschien niet zo verwonderlijk is gezien de situatie: de oorlog kwam toch als een verrassing, de koersen daalden zeer fors en de beurs ging al snel dicht of de handel in certificaten werd opgeschort.’
Olie, staal, telecom
Eind februari had het Emerging Conservative aandelenfonds een positie in olie- en gasbedrijf Surgutneftegas van 0,5 procent, een positie van rond de 0,3 procent in oliemaatschappij PJSC Lukoil, telecom-bedrijf Mobile TeleSystems en staalbedrijf Novolipetsk Steel en een positie van iets meer dan 0,1 procent in Sberbank of Russia, staalbedrijf Severstal, foodretailer Magnit, de beurs van Moskou, en telecombedrijf Rostelecom PJSC. Daarnaast heeft het fonds nog een aantal andere posities kleiner dan 0,1 procent in Russische bedrijven.
Maar volgens een Robeco-woordvoerder zijn ook die posities inmiddels helemaal afgebouwd. ‘Voor alle genoemde fondsen geldt dat de Rusland-exposure inmiddels is afgebouwd tot 0,0 procent’, zegt ze, gevraagd naar de exposure naar Rusland vanuit Robeco Emerging Conservative Equity,
Robeco Emerging Stars Equities, Robeco Next Digital Billion, Robeco QI Emerging Cnsrv Eqs en Robeco QI EM Sustainable Cnsrv Eqs.
Nadere navraag bij Robeco leert dat het fondshuis heeft besloten om alle Russische aandelen op 0 te waarderen. ‘Waardoor er geen allocatie is naar Rusland in onze fondsen en de exposure dus 0,0 procent is. Het is inderdaad niet mogelijk om aandelen van de hand te doen waar niet in gehandeld wordt.’
NN IP
In navolging op het door Het Financieele Dagblad en De Volkskrant gebrachte nieuws dat twee EM-aandelenfondsen van NN IP gesloten zijn voor handel, omdat het te lastig was om Russische beleggingen te waarderen, zegt de woordvoerder dat handel in diens fondsen prima mogelijk is en ook nooit heeft stilgelegen. ‘Vanwege het feit dat we onze Russische exposure tijdig hebben terug geschaald, was Rusland al een erg klein gewicht vlak voor de oorlog begon. In Oekraïne hebben we nooit posities gehad.’
Zowel bij het NN Emerging Europe Equity-fonds als bij het NN Emerging Europe Fund kunnen beleggers niet meer uitstappen, zo schreven het Financieele Dagblad en de Volkskrant dinsdagavond op basis van een toelichting van de AFM op haar jaarverslag. Het NN Emerging Europe Fund was eind februari in een paar weken tijd de helft van haar waarde verloren, voor het in Luxemburg geregistreerde NN (L) Emerging Europe Equity fonds, zou eenzelfde verhaal gelden, aldus de twee kranten.
Uit de gegevens van Morningstar van begin april, blijkt nu dat de allergrootste positie van het Emerging Europe fonds van NN IP, die in Gazprom is. Het gaat volgens de data om een positie van 9,47 procent. In de top tien met de grootste posities staan nog vier andere Russische bedrijven, waaronder twee regionale banken.
Gerelateerde artikelen op Investment Officer: