In het provisieverbod staat niet hoe rendementen van rebatevrije fondsen verlengd mogen worden om fondsprestaties te kunnen vergelijken, maar de sector ziet het belang van consistentie.
Sinds de invoering van het provisieverbod, per 1 januari, zijn er veel beleggingsfondsen zonder of met nauwelijks historie. Om aan de nieuwe regels tegemoet te komen, hebben veel fondshuizen nieuwe provisievrije fondsen opgericht.
Daarnaast zijn er ook fondshuizen die binnen een bestaand fonds de kosten verlaagd hebben. Veel Nederlandse fondsaanbieders verlaagden voor hun Nederlandse fondsen de kosten binnen het fonds, maar zetten voor hun Luxemburgse fondsen een nieuwe rebatevrije share class naast de bestaande.
In het eerste geval heeft een fonds gewoon een historisch rendement, maar in het tweede geval in principe niet en is het daarom lastiger na te gaan hoe een bepaalde manager het in het verleden heeft gedaan.
Morningstar, Lipper en VWD Group
Om hier wat aan te doen geven dataproviders als Morningstar, Lipper en VWD Group fondshuizen de mogelijkheid het rendement van het oude rebatehoudende fonds aan het rendement van het nieuwe fonds te plakken.
‘Wij hadden eind 2012 in het Verenigd Koninkrijk een vergelijkbare situatie als eind vorig jaar in Nederland’, zegt Andy Pettit, directeur data en research bij Morningstar VK.
‘Er zijn drie manieren om hiermee om te gaan: je toont geen historie van nieuwe rebatevrije fondsen, je plakt de historie van het vergelijkbare rebatehoudende fonds vast aan dat van het nieuwe rebatevrije fonds, of je doet alsof het fonds altijd al rebatevrij was door het rendement van het rebatehoudende fonds aan dat van het rebatevrije te plakken en daarbij met terugwerkende kracht de rebates uit het fonds te halen’
Pettit: ‘Dit laatste wordt door sommigen als misleidend gezien, omdat niemand dit rendement ook daadwerkelijk behaald kan hebben.’
Morningstar koos voor de tweede optie (simpelweg plakken van rebatevrij aan rebatehoudend) ‘omdat wij het belangrijk vinden dat beleggers fondsen over meerdere jaren met elkaar kunnen vergelijken’.
Dit beleid is volgens Pettit afgestemd met de Britse Investment Management Association (IMA), de vereniging van assetmanagers aldaar. ‘Het is in het belang van iedereen dat er
consistentie zit in de manier waarop met deze zaken wordt omgegaan.’
Werk in uitvoering
Slechts een handjevol fondshuizen wil volgens hem niet meewerken. Dit wil echter niet zeggen dat de dataprovider alle rendementen al verlengd heeft, maar hier wordt aan gewerkt.
Dit plakken van rendementen is overigens niets nieuws. Dit komt ook voor als fondshuizen om een andere reden nieuwe share classes naast bestaande zetten of een fonds bijvoorbeeld verhuist, waarbij het oude fonds in feite wordt opgeheven en er elders een nieuw fonds wordt opgericht.
Europese regelgeving staat dit toe. In Ucits IV staat dat het toegestaan is historisch rendement te simuleren door de performance van een andere oudere share class te gebruiken als de beleggingen in twee share classes niet materieel van elkaar verschillen.
Toenemend aantal verzoeken
Ook Lipper en VWD Group bieden fondshuizen de mogelijkheid historische rendementen te verlengen. ‘Wij verwachten een toenemend aantal verzoeken hiertoe binnen te krijgen,’ zegt Kevin Pollard, Methodology Research Analyst bij Lipper.
Lipper biedt volgens Pollard in lijn met de aanbevelingen van de IMA de mogelijkheid de duurste vergelijkbare rebatehoudende retail share class van een fonds aan dat van het rebatevrije fonds te plakken.
VWD Group zegt ook op verzoek historische rendementen van rebatevrije fondsen te verlengen. Fondshuizen moeten hiervoor bij deze dataproviders zelf informatie aanleveren.
VWD Group geeft aan inmiddels verzoeken te hebben ontvangen van een hele rij fondsaanbieders. Van twee fondshuizen is de historie van rebatevrije fondsen inmiddels al aangevuld.
BlackRock
BlackRock laat in een reactie weten dat de meeste van zijn rebatevrije fondsen al bestonden voor het retrocessieverbod van kracht werd en daarom al wel een track record hebben. ‘Wij plakken dus geen rendementen aan elkaar vast en tonen op onze website gewoon de werkelijke historie.’
Het fondshuis zegt hier ook geen verzoeken over in te dienen bij ‘data vendors’. Dat BlackRock wel op het lijstje van VWD Group staat, komt volgens het fondshuis doordat een klant hiertoe voor een aantal BlackRock-fondsen een verzoek heeft ingediend.
BlackRock is hiermee akkoord gegaan, maar is niet van plan zijn eigen beleid om alleen de daadwerkelijke historie in zijn factsheets en dergelijken te tonen, te veranderen.
De Nederlandse vereniging van assetmanagers Dufas laat in een reactie weten dat historische rendementen van rebatevrije fondsen mogen worden verlengd, maar niet moeten worden omgerekend als ware het fonds altijd al zonder rebate. ‘Dit is een industrieconventie, afgesproken met onder andere Morningstar, Lipper en S&P.’
Dufas inventariseert momenteel of iedereen zich hierin kan vinden. Fidelity laat in reactie hierop weten de lijn van Dufas te volgen.
ABN Amro
Blijven over de afnemers van de data en de toezichthouder. ABN Amro geeft aan ervoor gekozen te hebben geen rendementen aan elkaar vast te plakken. ‘Reden is dat we vinden dat het voor de klant objectief reconstrueerbaar moet zijn welk rendement gemaakt is’, aldus de bank.
ABN maakt echter gebruik van data van Lipper. ABN: ‘Wij hebben bij onze dataprovider nagevraagd hoe met de rendementen wordt omgegaan. De dataprovider levert op het moment rendementen aan van rebatevrije fondsen die niet “geplakt” zijn.
Wij blijven voorlopig de huidige methode van rendementsvergelijking hanteren. Maar wij stellen ons blijvend op de hoogte van de marktontwikkelingen over het tonen van rendementen van deze rebatevrije fondsen.
Overigens lijkt het ons van groot belang dat er een duidelijke vermelding opgenomen wordt voor beleggers indien dataproviders (tevens) een rendement gaan leveren dat “geplakt” is.’
ING en Rabo
ING werkt ook met Lipper, maar zegt fondshuizen juist aan te moedigen om met Lipper te werken om deze gegevens zichtbaar te maken voor de rebatevrije varianten van hun fondsen.
Rabobank werkt met Morningstar en zegt dat voor het grootste gedeelte van de fondsen dit probleem niet speelt, omdat er is geruild naar bestaande fondsen. Voor de overige
fondsen kunnen klanten van de bank nu zowel het rendement van het rebatevrijeals van het rebatehoudende fonds zien.
Om het voor klanten overzichtelijker te maken heeft de bank Morningstar echter gevraagd ook voor de overige fondsen zo snel mogelijk de aangeplakte rendementen te tonen.
AFM
Toezichthouder AFM laat weten geen bezwaar te hebben tegen het verlengen van historische rendementen, maar wijst erop dat dit in principe alleen mag bij fondsen met een ‘gelijksoortig’ beleggingsbeleid.
Wordt een rendement aan een gelijksoortig ander fonds geplakt, bijvoorbeeld bij een fusie, dan moet er volgens de AFM uitdrukkelijk vermeld worden dat er is geplakt. Het plakken van het rendement van een rebatevrije share class aan het rendement van een rebatehoudende share class van hetzelfde fonds is echter toegestaan zonder vermelding.
Terugrekenen als ware een fonds altijd al rebatevrij mag volgens de AFM echter ook, mits daar een externe accountant bij betrokken wordt.