
De Luxemburgse vermogensbeheerder Shelter Investment Management (Shelter IM) viert zijn tiende verjaardag. Aan het hoofd staan twee Belgen: voorzitter van de raad van bestuur Benedict Peeters en CEO Tim Vanvaerenbergh.
Shelter IM belegt niet rechtstreeks voor eindklanten, maar werkt via makelaars en agenten. De beheerder biedt hen ‘technische en operationele ondersteuning en beheer’, aldus Peeters en Vanvaerenbergh in gesprek met Investment Officer. ‘We leveren kwalitatieve, competitieve oplossingen zonder eenheidsworst.’
‘Tien jaar geleden zagen we de nood aan een vermogensbeheerder die niet per se pretendeert superieur te zijn in beleggen, maar wel zinvolle portefeuilles samenstelt uit een breed aanbod’, zegt oprichter Benedict Peeters. ‘We bieden een onafhankelijke visie op strategische allocatie van activa, zonder zelf het gedetailleerde beheer ‘lijn per lijn’ te doen.’
Huidig CEO Tim Vanvaerenbergh sloot zich drie jaar na de oprichting van Shelter aan. Samen met Peeters deelt hij het volledige aandelenkapitaal van Shelter. ‘Op die manier hebben wij geen banden met een bank of andere financiële instelling, wat ons in staat stelt om echt neutraal en transparant te opereren.’
Over die transparantie benadrukt Peeters ook dat bij veel concullega’s van Shelter – een deel van – het geld naar hun eigen producten gaat. ‘Wij zijn echt onafhankelijk. We kunnen aandelen en obligaties kopen voor wie dat wenst, maar focussen vooral op de juiste selectie van producten van derde partijen.’
Welke beleggingen genieten jullie voorkeur?
Vanvaerenbergh: ‘We vermijden dure grootbankproducten. Wij adviseren vaak brede, goedkope indexfondsen of ETF’s vanwege hun wereldwijde diversificatie en lage kosten. Daarnaast selecteren we fondsen van nichespelers met diepgaande expertise, zoals Scandinavische obligaties via een Finse beheerder.’
Peeters: ‘Een portefeuille moet regionaal en sectorieel gespreid zijn. Niet alles hoeft liquide te zijn. We bieden ook semi-liquide en illiquide beleggingen aan, zoals private equity van derden en vastgoedprojecten met derde partij ontwikkelaars.’
Hoe financieel gezond is Shelter?
Vanvaerenbergh: ‘We beheren sinds vorig jaar meer dan een miljard euro, zijn winstgevend en blijven sterk groeien. Ook in de moeilijkere jaren schreven wij zwarte inkt. Onze marges zijn wel lager dan bij vermogensbeheerders met eindklanten, gelet op onze werking met partnerships.’
Peeters: ‘Wij opereren in een streng gereguleerde omgeving in Luxemburg, waar we zijn gevestigd en enorm worden gecontroleerd. Ondanks onze kleinere omvang vallen wij volledig onder dezelfde nationale en Europese regelgeving als grote vermogensbeheerders. Wij beschikken over een volledige vergunning zodat wij het volledige spectrum van diensten kunnen aanbieden zonder derden: fondsen, alle Mifid-diensten en alternatief beheer.’
Waarom een Luxemburgse basis?
Vanvaerenbergh: ‘Luxemburg is het wereldcentrum voor Ucits-fondsen en AIF’s. Hier vinden we de beste dienstverleners om Belgische (en andere) klanten te bedienen. Het regelgevingsklimaat is stabiel en internationaal gerespecteerd. Wie aan biotech wil doen, zoekt zijn biotoop ook in Gent en niet in Limburg.’
Hoe evolueert de sector volgens jullie?
Vanvaerenbergh: ‘We zien een duidelijke shift in het landschap voor wie naar vermogensbeheer en financiële oplossingen zoekt: van grootbanken naar onafhankelijke financiële adviseurs. Als partner voor die partijen zitten wij mee in die shift. Die transitie geeft ons de wind in de rug. Er zit ook een enorme druk op vergoedingen die vaak te hoog zijn. Wij hebben daar weinig last van omdat wij altijd al aan een heel competitieve vergoedingsstructuur hebben gezeten.’
Peeters: ‘Grote financiële instellingen zijn veel minder toegankelijk geworden. Klanten verwachten nochtans persoonlijke dienstverlening voor hun vermogen. Tegelijk wordt technologie cruciaal. Zonder investeringen in automatisering en cybersecurity ga je ten onder aan de steeds complexere regelgeving en administratieve lasten in onze sector. Daar zetten wij dan ook hard op in.’
Vanvaerenbergh: ‘Onze groei is te danken aan efficiëntie en technologie. We hebben sterk geautomatiseerd, onder meer in compliance-rapportering. Ons team telt nu vijftien mensen, wat ons efficiënter maakt dan vergelijkbare beheerders.’
Wat zijn jullie toekomstplannen?
Vanvaerenbergh: ‘Onze groei is altijd organisch gebeurd, prudent vanuit een bedrijfsperspectief. We zijn nooit leningen aangegaan om acquisities te financieren. Wij werken met onze organische positieve cashflows en dat werkt heel goed. Wij keerden nog geen dividenden uit. We pakken de zaken heel pragmatisch aan, stap voor stap met de visie op de komende twee jaar. Onderweg blijven we flexibel.’
Peeters: ‘We mikken niet op snelle expansie. Mijn zoon is mee in het bedrijf gestapt, dus een snelle verkoop is niet aan de orde. We overwegen wel partnerships en uitbreidingen, bijvoorbeeld in Frankrijk of Nederland. Ook het B2C-segment of kleinere institutionele klanten kunnen in de toekomst interessant zijn. Daarnaast willen we illiquide producten toegankelijker maken voor een breder publiek, bijvoorbeeld via Eltif-structuren of privaks. Zo brengen we klanten naar de ‘specialiteitenafdeling’ van de financiële supermarkt.’
Tot slot: hoe kijken jullie naar de huidige markten en geopolitiek?
Peeters: ‘Niemand heeft een glazen bol. Wij schatten scenario’s in volgens een bepaalde visie, maar uiteindelijk wordt de dobbelsteen gegooid. Markttiming is bijna onmogelijk. Daarom blijven we als ‘hangmatbeleggers’ in kwaliteit beleggen, met wereldwijde spreiding. Diversificatie is de enige free lunch.’
Vanvaerenbergh: ‘Dat klinkt natuurlijk saai. Beleggers willen soms alles op één cijfer zetten, maar dat helpt hen niet. Ze zijn meer geholpen bij iemand die rustig blijft, een visie implementeert en van daaruit scenario’s bouwt die niet te riskant zijn.’
Peeters: ‘De huidige geopolitieke situatie is geen zwarte zwaan, maar de escalatie daarvan is wel een groot risico. Zeker ook niet te onderschatten is het risico van cyberattack. Volgens mij onderschatten we wel nog altijd de gevolgen van een bank die daar ernstig slachtoffer van zou worden. Of een belangrijke speler in het instrumentarium, zoals pakweg Microsoft. Dat zou catastrofale gevolgen met een cascade-effect met zich mee kunnen brengen. Tot slot maak ik me veel zorgen over de ophoping van schuld en het ongebreideld gedrag daarrond op supranationaal niveau.’