September is gewoonlijk de maand waarin de beweeglijkheid op de aandelenmarkten, gemeten door de VIX, het grootst is. Wat in de regel wacht na september, zijn drie maanden van stijgende beurzen in Amerika. Zeker als dat gepaard gaat met verkiezingen aldaar.
Dat concludeert State Street Global Advisors SPDR op basis van historische data over de S&P 500.
In de jaren 1990 tot en met 2018 bereikte de VIX index op maandbasis zijn hoogste niveau gemiddeld in september. Intussen boekte de S&P 500 tussen 1995 en 2018 in september gemiddeld negatieve rendementen.
Wat traditioneel gezien volgt, is een nog altijd hoge stand van de VIX index in oktober, maar intussen: stijgende rendementen voor de S&P 500 in oktober, november en december. In oktober klom de S&P 500 gemiddeld 0,91 procent, in november 1,56 procent en in december 1,51 procent.
Een verklaring voor de stijging in het najaar heeft het fondshuis niet. ‘Natuurlijk, de herbalancering van beleggingsfondsen na marktherstel speelt een rol, maar de redenen zijn niet volledig bekend’, aldus het ETF Strategy team van SPDR.
Verkiezingen
Wat volgens het fondshuis verder blijkt uit historische data, is dat tussentijdse Amerikaanse verkiezingen een extra stimulans kunnen vormen. In de jaren waarin dat voorkwam in de meetperiode van ruim 20 jaar, maakten de rendementen voornamelijk in oktober en november een flinke sprong. In oktober kwamen de rendementen in verkiezingstijd gemiddeld op 3,47 procent, in november op 2,82 procent en in december op 1,61 procent.
