Wat te doen als beleggers massaal hun geld terugtrekken uit vastgoedfondsen, zoals direct na het Britse EU-referendum gebeurde? Volgens voorstellen van de Bazelse Financial Stability Board (FSB) zouden toezichthouders moeten kunnen ingrijpen.
Ze zouden in zo’n geval een fonds op slot moeten kunnen gooien om de financiële stabiliteit te waarborgen.
Maar de Britse toezichthouder FCA verzet zich daar nu tegen. De Britten vrezen dat een ingreep door de toezichthouder de paniek in de markt alleen maar zal verergeren, zo blijkt uit een woensdag gepubliceerd discussiedocument.
De kwestie rond zogeheten open-end beleggingsfondsen die in illiquide activa beleggen is een van de voornaamste thema’s voor financiële toezichthouders. Aanleiding is het brexitreferendum. Nadat de Britten onverwacht voor brexit hadden gekozen, trokken beleggers massaal hun geld terug uit Britse vastgoedfondsen. Omdat die de onderliggende bezittingen - vastgoed - niet snel genoeg konden verkopen om aan de uitstroom te voldoen, kwamen ze in liquiditeitsnood en moesten ze de fondsen op slot gooien. Beleggers konden hun geld toen niet meer terugtrekken.
Panieksignaal
De FSB stelde vorige maand voor toezichthouders voor dit soort gevallen de macht te geven fondsen zelf op slot te gooien. De vrees bestaat dat fondsaanbieders te huiverig zijn voor gezichtsverlies om fondsen uit eigen beweging te sluiten, met als gevolg dat ze bij aanhoudende uitstroom moeten overgaan tot een uitverkoop die de paniek op de markten vergroot en de zittende beleggers hard raakt.
Maar de Britse FCA denkt daar anders over. Een ingreep door de toezichthouder zal door de markt als panieksignaal worden opgevat, aldus het document, ‘een signaal dat beleggers geen vertrouwen zouden moeten hebben in de gehele beleggingscategorie’. Dit zou mogelijk ‘juist de run veroorzaken die de ingreep had willen voorkomen’.
Copyright: Het Financieele Dagblad, 9 februari 2017