De energietransitie vraagt een enorme investering in nieuwe infrastructuur en die brengt een groeiende vraag naar grondstoffen met zich mee. Dit heeft de mijnbouwindustrie zelfs bij duurzame fondsen op de radar gebracht. Het rooskleurige vooruitzicht vertaalt zich vooralsnog niet in oplopende grondstofprijzen en dito aandelenkoersen van mijnbouwbedrijven.
Mijnbouwbedrijven stonden lange tijd niet heel hoog op het verlanglijstje van duurzame beleggers. Hun activiteiten hebben immers een grote negatieve impact op het milieu en in sommige gevallen vinden mijnbouwactiviteiten plaats in landen die, bijvoorbeeld vanwege het aanwezige regime of om (geo)politieke redenen, uitgesloten zijn om in te beleggen op duurzaamheidsgronden. De laatste tijd lijkt er echter een kentering plaats te vinden ten opzichte van de industrie en groeit de interesse vanuit onverwachte hoek.
Dat heeft alles te maken met de energietransitie en de groeiende behoefte aan metalen die dit met zich meebrengt. Een voorbeeld van een fonds met een duurzaam mandaat dat investeert in mijnbouwbedrijven is Templeton Global Climate Change. De strategie richt zich op beleggingen in bedrijven die bijdragen aan de mitigatie van en aanpassing aan de klimaatverandering. Daarmee schaart het zich in de Morningstar categorie aandelen sector ecologie.
Fondsen in deze categorie beleggen over het algemeen niet of nauwelijks in mijnbouwbedrijven, maar het Templeton-fonds kent met Norsk Hydro, Antofagasta en Sumitomo Metal Mining een drietal posities die activiteiten hebben in de mijnbouwindustrie. Gezamenlijk is dit trio goed voor een weging van bijna 7 procent in de portefeuille tegenover 0,7 procent voor het categoriegemiddelde.
Metaalintensiever
Een dergelijke blootstelling is goed verklaarbaar, want zonder grondstoffen is de energietransitie niet mogelijk. De vervanging van fossiele brandstoffen door hernieuwbare energiebronnen betekent aanzienlijke investeringen in duurzame infrastructuur en deze is veel metaalintensiever dan de huidige infrastructuur die gebaseerd is op fossiele brandstoffen.
Zo is er voor de productie van een elektrische auto vijf keer zoveel aan metalen nodig dan voor een voertuig met een conventionele verbrandingsmotor. Dat komt met name door de benodigde batterijen. Het Internationale Energieagentschap (IEA) schat dat in zijn net-zero scenario het aanbod van lithium, een belangrijke grondstof voor batterijen, met een factor veertig moet stijgen om aan de toekomstige behoeften te voldoen.
Daarnaast vergt ook de opwekking van schone energie meer metalen. Een offshore windpark bijvoorbeeld vereist ongeveer negen keer zoveel minerale grondstoffen als een gascentrale. En daarbij wordt nog geen rekening gehouden met bijvoorbeeld de benodigde grondstoffen voor de opslag van de hernieuwbare energie, omdat deze een minder betrouwbare energiebron zijn dan fossiele brandstoffen.
Weinig florissant prijsverloop
Ondanks deze geweldige groeivooruitzichten hebben de prijzen van de belangrijke grondstoffen voor de energietransitie een weinig florissant verloop laten zien over de afgelopen twaalf maanden. Zo daalde de koperprijs met 6,9 procent en aluminium met 9,2 procent. Maar die verliezen verbleken bij de daling van de nikkelprijs met 39,7 procent of die van lithium met 67,1 procent.
Deze metalen zijn niet alleen belangrijk binnen de energietransitie, maar spelen een grote rol binnen de bredere economie waardoor een afnemende economische groei of vrees daarvoor van invloed kan zijn op de prijs. Echter, ook de zeldzame aardmetalen die vooral een rol spelen bij de productie van bijvoorbeeld windturbines en elektrische voertuigen kenden een slecht jaar. Zo daalden de prijzen van neodymium (-39 procent), praseodymium (-47 procent), dysprosium (-32 procent) en terbium (-59 procent) allen fors.
Zwak op de beurs
Met de negatieve ontwikkeling van de grondstofprijzen in gedachte is het nauwelijks een verrassing dat de mijnbouwbedrijven die actief zijn in het delven van deze metalen de afgelopen tijd ook zwak hebben gepresteerd op de beurs. Zo daalde de MSCI ACWI Select Metals & Mining Producers Ex Gold and Silver IMI index, die de koersprestaties van mijnbouwbedrijven in industriële metalen en zeldzame aardmetalen volgt, met 7 procent de afgelopen twaalf maanden, terwijl de brede wereldwijde aandelenindex MSCI ACWI met 14 procent steeg. De index gericht op mijnbouwbedrijven van zeldzame aardmetalen, de MVIS Global Rare Earth/Strategic Metals index, daalde zelfs met 49 procent.
Eén van de weinige metalen die de afgelopen periode wel een sterke prestatie heeft laten zien is goud. Eind februari vorig jaar noteerde het edelmetaal nog 1.812,80 dollar per troy ounce. Inmiddels is dat 2.028,06 dollar, terwijl op 4 december 2023 zelfs de hoogste prijs ooit werd genoteerd op 2.145,56 dollar. Het belangrijkste edelmetaal profiteerde vooral van de afzwakkende dollar, de verwachting van renteverlagingen en geopolitieke onrust. Goud fungeerde daarmee wederom als veilige vluchthaven voor beleggers, de rol die het van oudsher heeft bekleed.
Top 5
De top 5 van deze week geeft een overzicht van de vijf fondsen met de beste prestaties over het afgelopen jaar tot en met eind januari 2024 met een blootstelling van minimaal 50 procent aan mijnbouwbedrijven. Deze fondsen behoren tot verschillende Morningstar-categorieën, inclusief grondstoffen – industriële & brede metalen, aandelen sector industriële materialen, aandelen sector grondstoffen en aandelen sector edelmetalen. Daarbij zijn alleen fondsen geselecteerd waarvan portefeuilledata bij Morningstar bekend zijn die niet ouder zijn dan drie maanden.
Schroder ISF Global Gold neemt de eerste plaats van deze rangschikking in. Het fonds wordt sinds juli 2021 beheerd door ervaren James Luke die destijds het stokje overnam van de doorgewinterde grondstofbelegger Mark Lacey, hoofd van het Commodities team van Schroders. De strategie heeft als doel te beleggen in bedrijven die actief zijn in de goudindustrie.
Het heeft echter ook de mogelijkheid om via fondsen in het edelmetaal zelf te beleggen of, tot een derde, in mijnbouwbedrijven die in andere segmenten van de markt opereren. Het is echter gebruikelijk dat de portefeuille hoofdzakelijk in goudmijnbouwbedrijven belegt, zoals per eind januari 2024 het geval was met een weging van meer dan 96 procent in dergelijke bedrijven. Onder de grootste posities behoren Agnico Eagle Mines, Gold Fields en Anglogold Ashanti, die allen een weging hebben van 5,5 procent tot 6 procent.
Twee tredes lager staat JPM Global Natural Resources, dat van Morningstar’s fondsanalisten een Morningstar Medallist Rating krijgt van Neutral. Het fonds wordt beheerd door Chris Korpan en wordt daarbij ondersteund door medebeheerder Veronika Lysogorskaya. Het duo wordt in hun werk ondersteund door een breder analistenteam met gedegen ervaringen. Zoals de naam reeds doet vermoeden, belegt het fonds niet exclusief in mijnbouwbedrijven. In plaats daarvan hanteren ze een benchmark bewuste benadering waarbij de portefeuille telkens voor de helft uit mijnbouwbedrijven en de helft energiesector aandelen bestaat.
Binnen de mijnbouwindustrie is Rio Tinto de grootste positie met een gewicht van 8,2 procent, op afstand gevolgd door BHP, Freeport-McRoRan en Vale die allen een gewicht hebben van 4,5 procent tot 6 procent.
Ronald van Genderen is senior manager research analist bij Morningstar. Morningstar analyseert en beoordeelt beleggingsfondsen op basis van kwantitatief en kwalitatief onderzoek. Morningstar is een van de kennispartners van Investment Officer en rangschikt wekelijks vijf beleggingsfondsen of aanbieders.