Global high yield heeft er een sterke eerste jaarhelft opzitten ondanks het recordaantal uitgiftes. Een daling van de spread geeft aan dat het vertrouwen in de wereldeconomie toeneemt en beleggers geloven dat inflatie weer snel zal verdwijnen.
Dat schrijft Thomas De fauw van Morningstar in zijn bijdrage voor Fondsnieuws van deze week. Volgens de Manager Research Analyst blijft het vertrouwen in centrale bankiers groot, maar kunnen we niet om de vaststelling heen dat beleggers het risico lopen onvoldoende te worden gecompenseerd voor het kredietrisico dat ze nemen.
Ter achtergrond geeft hij de meest recente cijfers over de Morningstar-categorie die high yield obligaties volgt. Die liet in het tweede kwartaal een rendement zien van 1,6 procent. Twee veelgebruikte indices, de Bloomberg Barclays Global High Yield Index en de ICE BofA Glb High Yield Constrained Index, stegen in diezelfde periode respectievelijk 2,1 procent en 1,6 procent. Een blik op het grotere plaatje leert dat die rendementen voor een periode van twaalf maanden uitkomen op respectievelijk 8,5 procent en 9,4 procent. En over de laatste drie jaar bedroeg het rendement van de twee indices op jaarbasis 6,0 procent en 6,7 procent in euro’s.
Het effectieve rendement daalde intussen verder, analyseert De fauw verder. Een beweging die ook in het eerste kwartaal te zien was. ‘De ICE BofA US High Yield Effective Yield daalde tot 4,0 procent eind juni. Het Europese equivalent klokte af op 2,4 procent. Beide stonden op 23 maart 2020 nog op een niveau van respectievelijk 11,4 procent en 8,1 procent.’
‘En de ICE BofA US High Yield Index Option-Adjusted Spread sloot het tweede kwartaal af op 304 basispunten, een verdere daling van 40 basispunten ten opzichte van eind maart 2021. De Europese high yield index volgde dezelfde beweging en de spread daalde met 16 basispunten tot 296 basispunten.’
Niet zonder risico
De verdere daling van de premie om risicovollere schulden aan te houden, geeft volgens De fauw aan dat het vertrouwen in de wereldeconomie toeneemt en beleggers de centrale bankiers volgen in hun inflatie-voorspellingen. ‘Het vertrouwen in de centrale bankiers blijft groot, maar toch kunnen we niet om de vaststelling heen dat de rentes samen daalden met de kredietwaardigheid en dat beleggers het risico lopen onvoldoende te worden gecompenseerd voor het kredietrisico dat ze nemen. Enkele multi-asset fondsbeheerders die wij spreken, spelen dan ook liever in op het economisch herstel door te beleggen in aandelen in plaats van hoogrenderende obligaties, maar ook dat is niet zonder risico.’
Bedrijven hebben tot dusver dit jaar voor meer dan 250 miljard dollar aan schuldpapier uitgegeven op de Amerikaanse high yield markt, meer dan tijdens de piek van de coronacrisis. Toen gingen bedrijven de markt op om te overleven, maar vandaag is de situatie anders. Veel kredietnemers zoals de geplaagde cruise-operator Royal Caribbean profiteerden van de lage interestkosten om bestaande schulden te herfinancieren. Voor sommige emittenten kon er zelfs een speciaal dividend van af (wat alleen de aandeelhouders ten goede komt). Deze herfinanciering helpt de schuldenlast voor bedrijven te verminderen en hun balans te herstellen.
Top-5
Voor de Top-5 van deze week kijkt analist De fauw naar beleggingsfondsen in de Morningstar Categorie Global High Yield Bond. Deze vijf fondsen hebben de beste prestatie laten zien op basis van het rendement over de eerste zes maanden van 2021.
‘Op de eerste plaats vinden we Man GLG High Yield Opportunities. Dit fonds wordt sinds haar lancering begin 2019 beheerd door Michael Scott die overkwam van Schroders. Aanvankelijk werkte hij vier jaar als kredietanalist en later werd hij high yield portefeuillebeheerder. Vorig jaar eindigde dit fonds in de eerste deciel van de Morningstar categorie. Bottom-up kredietselectie vormt de focus van het beleggingsproces en het team doet naast solvabiliteitsanalyse ook diepgaand onderzoek naar de bedrijfsmodellen van emittenten.
Beleggingsthema’s die gevormd worden op tal van factoren zoals consumententrends en technologie bieden een top-down lens waardoor bottom-up beslissingen worden bekeken.’