Van Lanschot België kon de voorbije jaren stevige groeicijfers voorleggen. Overnames en eventueel ook opening van een kantoor in Brussel moeten het beheerd vermogen de komende jaren verder omhoog stuwen.
‘We zijn een bank die niet per se in het nieuws wil komen. Onze klanten hechten veel belang aan discretie en ze willen geen vermogensbeheerder die graag in de spotlights staat’, zegt Michel Buysschaert al meteen aan het begin van een exclusief interview met Investment Officer.
‘Vermogensbeheer zit in ons DNA‘
De CEO van Van Lanschot België kwam in 2013 aan het roer van de onafhankelijke vermogensbeheerder en voerde er meteen een koerswijziging door, nadat de instelling zich de jaren ervoor in de markt had gezet als een kleine universele bank. ‘Onafhankelijk vermogensbeheer zit in het DNA van de groep. We zijn in de eerste plaats een private bank en er is geen enkele reden om dat te veranderen.’
Naast het hoofdkantoor in Antwerpen heeft Van Lanschot in ons land nog kantoren in Gent, Kortrijk, Hasselt, Vosselaar, Leuven en Luik. Sinds kort is de private bank ook aanwezig in Meise. ‘Voorlopig is dat nog geen volwaardig kantoor, maar eerder een ontmoetingsplek voor de klanten uit het Brusselse.’ De vestiging in Brussel werd enkele jaren geleden gesloten en sindsdien werden de Brusselse klanten bediend vanuit Leuven.
Buysschaert: ‘Brussel is een hele complexe en concurrentiele regio. Ons kantoor was daar gewoonweg niet rendabel. Een vestiging heeft toch voor minstens 150 miljoen euro aan assets nodig om rendabel te zijn. Dat was in Brussel niet het geval, vooral omdat we daar de juiste mensen niet voor hadden. Maar daar zijn we intussen wel weer mee bezig.’ Want een kantoor in Brussel maakt nog altijd deel uit van het organische groeiplan van de vermogensbeheerder. ‘Als je echt serieus genomen wil worden, dan moet je ook actief zijn in Brussel. Daarom is het de bedoeling daar binnen dit en twee jaar opnieuw een kantoor te openen.’
Mifid II
De vermogensbeheerder mikt op vermogende klanten – vooral ondernemers en vrije beroepers – die minstens een kapitaal van 500.000 euro toevertrouwen aan de private bank of die op termijn het potentieel hebben om dat te kunnen doen. Buysschaert: ‘We zijn geen sprinter, wel een marathonloper. We bouwen geduldig een relatie op met klant die ons dan op zijn eigen tempo meer kapitaal toevertrouwt.’ Een klant met een vermogen van 300.000 euro bij de bank kan natuurlijk niet op dezelfde service rekenen als een klant met 3 miljoen euro bij de bank. ‘De klant met een beperkter vermogen kunnen we natuurlijk geen adviesbeheer aanbieden. Maar beide hebben wel toegang tot dezelfde producten en hetzelfde rendement. Daarin maken we geen onderscheid.’
Die aanpak lijkt ook aan te slaan, want de voorbije 5 jaar kon de vermogensbeheerder mooie groeicijfers voorleggen met een gemiddelde jaarlijkse nettogroei van 10 procent van de assets under contract. ‘En die groei is niet enkel afkomstig van de nieuwe kantoren die er de voorbije jaren zijn bijgekomen. Al onze vestigingen dragen bij aan de groeicijfers.’ Buysschaert: ‘De groei zal ook moeten komen van overnames. Vorige jaar hebben we twee dossiers bestudeerd en als er nog nieuwe opportuniteiten opduiken zullen we de mogelijkheden zeker bekijken.’
Adviesbeheer blijft een cruciaal onderdeel bij de vermogensbeheerder. ‘Op dat vlak roeien we tegen de stroom in. Veel instellingen bouwen het adviesbeheer af door de beperkingen van de MiFID II-regelgeving, maar voor ons blijft dat een speerpunt. Het is een minder rendabele activiteit, maar wel een waarmee je als vermogensbeheerder een echte vertrouwensband kan opbouwen met de klant.’ Zowat 45 procent van de klanten kiest voor adviesbeheer, zo’n 55 procent voor discretionair beheer.
Profielfondsen
Van Lanschot biedt vijf profielfondsen die ook aansluiten bij de vijf risicoprofielen van de bank. Het zijn geen dakfondsen en elk fonds bestaat uit individuele posities. ‘Enkel voor investeringen in opkomende landen werken we met beleggingsfondsen, om voldoende diversificatie te verzekeren’, zegt Busschaert.
De assetallocatie en ook de regiospreiding voor de verschillende fondsen wordt bepaald door het investeringscomité van Van Lanschot Kempen, de Nederlandse groep waar Van Lanschot België deel van uitmaakt. In dat zeskoppige investeringscomité zitten ook twee Belgen. Het Belgische investeringsteam geeft vervolgens wel een concrete invulling aan de krijtlijnen die in Nederland worden uitgetekend. Buysschaert: ‘Dat laat ons toe om toch nog met een eigen verhaal naar de klanten te kunnen stappen.’ Alle fondsen beantwoorden ook aan de duurzaamheidsprincipes van MSCI ESG en Ethibel.
Evi
In 2013 deed Van Lanschot met Evi z’n intrede op het online vermogensbeheer. Het is een volledig digitaal verhaal, maar wel met een veel lagere instapdrempel. Klanten kunnen al investeren in een fonds vanaf een minimumbedrag van 1.000 euro. Buysschaert: ‘Daarmee bereiken we met onze beleggingskennis een veel breder publiek. En de Evi-klanten hebben toegang tot dezelfde profielfondsen die we ook aan onze private banking-klanten aanbieden. We zien Evi dan ook als een uitbreiding van ons klantenbestand en een potentieel aanvoerkanaal voor de private bank.’