Van Lanschot Kempen
i-KL4TQvf-XL.jpg

Van Lanschot heeft een deel van de bedrijfsobligatiefondsen in de vermogensbeheerportefeuilles van klanten verkocht. De lage compensatie voor het kredietrisico in combinatie met minder gunstige technische factoren zijn de belangrijkste redenen voor het besluit.

De fundamentele factoren blijven overigens nog steeds positief, vindt de bank. De opbrengst van de verkoop van de bedrijfsobligaties gaat naar liquiditeiten en staatsobligaties.

In een toelichting aan klanten schrijft de afdeling vermogensbeheer van Van Lanschot dat de risico-opslag die beleggers in bedrijfsobligaties ontvangen ter compensatie van het kredietrisico momenteel laag is. 

‘Het gemiddeld renteniveau op een mandje investmentgrade-bedrijfsobligaties is 1,1 procent-punt hoger dan voor een vijfjaars Duitse staatsobligatie. De extra vergoeding biedt naar onze mening nauwelijks ruimte voor tegenvallers. We komen tot de conclusie dat deze obligatiecategorie zeer stevig is geprijsd.’

Negatieve signalen

Tegelijkertijd ziet de bank de technische factoren, ‘die tot voor kort zeer gunstig waren voor bedrijfsobligaties’, minder aantrekkelijk worden. ‘Zo verslechtert de verhouding tussen vraag en aanbod. Dit bleek duidelijk toen medio maart 2018 een groot volume nieuwe bedrijfsleningen in euro’s werd geplaatst.’

‘Bedrijven moesten beleggers een extra premie bieden om ze over de streep te trekken om in te stappen. Dit beïnvloedde de koers van bestaande bedrijfsleningen negatief. De uitstroom uit bedrijfsobligatiefondsen verergerde dit nog eens en tegelijkertijd merkten fondsbeheerders die posities wilden verkopen dat de animo van handelaren aan de koopkant beperkt is.’ 

Dit zijn dus negatieve signalen, terwijl de ECB nu nog als grote koper actief is in de creditmarkt. Van Lanschot: ‘Als de ECB hiermee stopt, zet dit de verhouding tussen vraag en aanbod nog verder onder druk. Iets wat te verwachten valt als het obligatie-opkoopprogramma bij de ECB later dit jaar mogelijk geheel wordt afgebouwd.’

De economische omstandigheden en bedrijfsomstandigheden in de eurozone zijn volgens de bank echter nog steeds gunstig voor bedrijfsobligaties. ‘De economie draait goed, bedrijfswinsten zijn sterk en de inflatie blijft binnen de perken. Dat laatste is belangrijk omdat daarmee sterk stijgende rentes, en daarmee hogere financieringslasten voor het bedrijfsleven, niet voor de hand liggen.’

Author(s)
Categories
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No