Vastrentende portefeuilles krijgen te maken met een complexere en volatielere omgeving omdat het omslagpunt van de rentecyclus verschilt per centrale bank. De marktconsensus suggereert dat de versoepeling misschien wel begint, maar niet zo snel of diep zal gaan als eerder werd verwacht. Dit zal leiden tot een grotere spreiding van de rendementen over de markten voor staatsobligaties.
Afgaande op een handvol marktcommentaren die zijn gepubliceerd in de aanloop naar het ECB-rentebesluit van morgen, neigt het algemene sentiment naar voorzichtig optimisme, met een focus op data-gestuurde beslissingen en de bereidheid om strategieën aan te passen in reactie op veranderende economische indicatoren. Beleggers wordt geadviseerd een meer tactische benadering te kiezen, rekening houdend met het potentieel voor kortere rentecycli en de gevolgen van een groot Amerikaans overheidstekort voor het beleidsbeheer.
Verwacht wordt dat de Europese Centrale Bank (ECB) een voorzichtige houding zal aannemen ten aanzien van renteverlagingen en dat er tijdens de komende vergadering op donderdag geen onmiddellijke beleidswijzigingen worden verwacht. Deze aanpak komt voort uit de voortdurende strijd tegen inflatie en de noodzaak om de groeivooruitzichten in evenwicht te houden. Het Amerikaanse Open Market Committee van de Federal Reserve (FOMC) geeft een week later een beleidsupdate, net als de Bank of England.
Schommelingen in de rente zullen gevolgen hebben
Andres Sanchez Balcazar van Pictet Asset Management waarschuwde voor al te optimistische verwachtingen dat centrale banken de rente snel en sterk zullen verlagen. Deze verwachtingen hebben de markten de afgelopen maanden fors gesteund, waardoor het rendement op Amerikaanse en Europese benchmarkobligaties meer dan 100 basispunten is gedaald. Tienjarig schatkistpapier in de VS raakte in oktober de 5 procent en leverde dinsdag 4,13 procent op. Duitse 10-jaars Bunds stonden op 2,13 procent, na drie maanden geleden nog 3 procent te hebben aangetikt.
‘Wij denken dat deze verwachtingen overdreven zijn’, aldus Balcazar in een notitie aan beleggers. ‘De rente zal niet zo laag of snel dalen als de markt verwacht. Dit heeft vooral gevolgen voor vastrentende portefeuilles in de komende jaren.’
Konstantin Veit van Pimco sluit zich aan bij dit sentiment en verwacht dat de ECB de beleidsrente in januari onveranderd zal laten. De huidige voorspelling van de markt van agressieve renteverlagingen lijkt voorbarig, zei hij, gezien de onzekere inflatievooruitzichten. ‘Wij vragen ons af of de ECB de rente nu al zal verlagen vanwege de onzekere inflatievooruitzichten’, aldus Veit.
Havik-standpunt verwacht
Monex Europe verwacht dat de ECB op de korte termijn een havikhouding zal aannemen, waarbij de versoepelingscyclus waarschijnlijk in april zal beginnen, afhankelijk van de komende economische cijfers. Bank of America voorziet geen grote beleidswijzigingen in de komende vergadering en verwacht de eerste renteverlaging in juni, met de mogelijkheid om sneller actie te ondernemen als de desinflatie versnelt.
François Rimeu van La Française AM voorspelt ook dat de ECB de belangrijkste rentetarieven zal handhaven en zal kiezen voor een aanpak per vergadering, waarbij de risico’s van overmatige aanscherping worden afgewogen tegen voortijdige versoepeling. Deze voorzichtige houding zal de rentecurve naar verwachting iets steiler maken en de euro licht verzwakken. ‘We verwachten dat president Lagarde zich zal blijven verzetten tegen weddenschappen op vroegtijdige en uitgebreide renteverlagingen’, aldus Rimeu.
Laurent Denize en Jan Viebing van ODDO BHF suggereren dat obligaties de komende maanden de voorkeur zullen krijgen boven aandelen vanwege de hogere reële rendementen, waarbij ze wijzen op de aanhoudende volatiliteit en onzekerheid op de kapitaalmarkten. ‘De verwachtingen van renteverlagingen die de rally ondersteunden, moeten uitkomen voordat het feest echt kan doorgaan’, stellen ze. ‘De vraag is niet zozeer of de rente wordt verlaagd, maar wanneer en met hoeveel.’
Staatsschuld onhoudbaar bij hoge rente
Vooral voor beleggers in vastrentende waarden is het de vraag of de trend van dalende rendementen die eind vorig jaar begon, doorzet of tot stilstand komt. ‘De rente is naar historische maatstaven nog steeds zo hoog dat staatsschulden onhoudbaar zijn’, vertellen Denize en Viebing aan hun klanten.
‘Een argument ten gunste van beleggen in langlopende staatsobligaties is dat ze nu een van de weinige beleggingen zijn met convexiteit op lange looptijden, dat wil zeggen dat de waarde van de obligatie sneller stijgt wanneer de rente daalt dan wanneer deze stijgt’, zeggen ze. ‘Dit zorgt voor een zekere risicobuffer. Volgens ons blijven bedrijfsobligaties ook een goed risico-rendementsprofiel bieden voor zowel Investment Grade als High Yield.’
“Grotere spreiding”
Balcazar van Pictet ziet een extra complicatie. Hoewel de rentecyclus voor de meeste ontwikkelde markten draait, zal het tempo waarin verschillende centrale banken kunnen verlagen, variëren. ‘Samen zullen deze factoren leiden tot een grotere spreiding van de rendementen over de staatsobligatiemarkten, volatielere rentetarieven en een kortere rentecyclus; dat zal beleggers op zijn beurt dwingen tot een tactischer benadering van het beheer van vastrentende waarden’, aldus Balcazar.