forest-5441466_1280.jpg

Grote bedrijven en beursgenoteerde ondernemingen in Europa moeten gaan onderzoeken - waarschijnlijk vanaf 2026 - hoe ze eventuele schade door hun bedrijfsactiviteiten aan mens en milieu kunnen voorkomen of compenseren. Of ook asset managers en andere grote financiële partijen daartoe worden verplicht, is nog onzeker.

De Europese autoriteiten maken tempo met de onderhandelingen over de definitieve tekst van de zogeheten Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD, ook wel aangeduid als de CS3D). Voor het einde van dit jaar willen de Europese Commissie, het Europese Parlement en de Europese Raad daar overeenstemming over bereiken. Lidstaten hebben vervolgens twee jaar de tijd om de richtlijn in nationaal recht om te zetten.

Een van de grootste strijdpunten waarover nog een besluit moet vallen is de vraag of banken, verzekeraars, pensioenfondsen en beleggingsondernemingen ook onder de richtlijn moeten vallen. Enkele landen zijn daar uitgesproken voorstander van, waaronder Nederland, Denemarken en Portugal, maar naar verluidt zijn de grote lidstaten - in ieder geval Frankrijk, Duitsland en Italië - daar minder enthousiast over. Frankrijk zou zelfs tegen elke vorm van deelname door de financiële sector zijn.

Aansprakelijkheid

De scheidslijnen lopen echter niet alleen geografisch. Ook binnen de financiële sector zijn er verschillen in opvatting, ook binnen Nederland. Banken en pensioenfondsen willen graag dat de verplichtingen in het kader van de CSDDD ook voor de financiële sector gaan gelden, maar asset managers zijn daar geen voorstander van.

Voor Dufas is de nieuwe regelgeving dan ook een complex dossier, zegt Randy Pattiselanno, manager regulatory affairs. ‘De richtlijn schrijft voor beleggingen een strenge due diligence voor en daar zijn wij zeker niet op tegen. Alleen vinden we dat dergelijke due diligence verplichtingen voor asset managers zouden moeten worden opgenomen in de al geldende sectorale wetgeving, en niet in de CSDDD.’

De kosten zouden anders (te) hoog zijn, zeker met betrekking tot beleggingen van geringe omvang, zo vreest de belangenvereniging. Een tweede bezwaar betreft de aansprakelijkheden die in de CSDDD worden opgenomen. ‘Die kunnen asset managers ontmoedigen om te beleggen in bijvoorbeeld opkomende markten waarbij het onzeker is of men wel kan voldoen aan de genoemde verplichtingen. En dan gooi je het kind met het badwater weg. Men ziet dan immers maar af van deze minder ‘veilige’ beleggingen, terwijl je juist ook in deze landen wil investeren.’

Pensioenfondsen versus asset managers

Voor partijen die lid zijn van én Dufas én de Pensioenfederatie - omdat ze naast asset manager ook pensioenuitvoerder zijn - kan dit anders liggen. De Pensioenfederatie steunt het voorstel (van het Europese Parlement met name) om asset managers en andere institutionele beleggers in de CSDDD op te nemen. Overigens mede omdat zij al verder zijn met het integreren van ESG-risico’s in het beleggingsproces dan veel Europese branchegenoten. Pattiselanno: ‘Vandaar ook dat wij kijken naar een compromis, in Europees jargon tegenwoordig een landing zone genoemd. Als het niet voldoende blijkt om de due diligence verplichtingen voor asset managers alleen in sectorale wetgeving te regelen, dan hebben wij zeker oog voor het voorstel van het Europese Parlement, als dat dan aangepast wordt in een en ander werkbaar te houden voor asset managers. Bijvoorbeeld door het invoeren van een minimumdrempel. Beleggingen zijn dan pas in scope van de regelgeving vanaf een bepaald percentage.’

‘Een mondiale wereld’

De Europese onderhandelingen zijn nu in volle gang en worden in november vervolgd met een triloog, een bijeenkomst van vertegenwoordigers van de Europese Commissie, de Raad en het Parlement. Op dit moment vindt een meerderheid van de EU-landen dat elk land zelf mag bepalen of de verplichtingen aan de eigen financiële ondernemingen worden opgelegd, zo zegt Jan Klink, Tweede Kamerlid voor de VVD. De afgelopen anderhalf jaar volgde hij, samen met Stieneke van der Graaf van de ChristenUnie, ten behoeve van de Kamercommissie Buitenlandse Handel & Ontwikkelingssamenwerking de ontwikkeling van de standpunten in de diverse Europese gremia. ‘Het argument is over het algemeen dat de financiële wereld een mondiale wereld is en dat Europese ondernemingen niet gediend zijn met strengere regels die alleen voor hen gelden. Met name bij blended financiering door banken kan dit een issue zijn.’

Splijtzwam in coalitie

Het Nederlandse standpunt is juist dat er zo veel mogelijk moet worden geharmoniseerd. ‘Als alles aan nationale overheden wordt overgelaten, is het speelveld nog gefragmenteerder, dan wordt het een lappendeken’, aldus Klink. Een eventuele aparte Nederlandse wet om verplicht verantwoord te ondernemen was afgelopen jaren een splijtzwam in de coalitie. Deze IMVO-wet (Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen) was in voorbereiding, maar de val van het kabinet maakte daar een einde aan. VVD en CDA waren daar niet rouwig om, zo maakt Klink duidelijk: ‘Wij wilden toch vooral eerst afwachten wat er op Europees niveau gerealiseerd zou worden, zodat we daarop konden aansluiten.’

Vaart in het proces

Dat dit jaar nog op dat Europese niveau overeenstemming wordt bereikt over de CSDDD, achten veel van de betrokken partijen waarschijnlijk. Ook al lopen op sommige thema’s de meningen dus ver uiteen. Klink: ‘Als de Europese Raad dit proces had willen frustreren, zou dat vorig jaar al gebeurd zijn. Maar men heeft toen een standpunt vastgesteld bij gekwalificeerde meerderheid, wat wil zeggen dat er ook landen tegen dat standpunt waren. Waaronder Nederland dus, want dat standpunt is dat de financiële sector buiten de regelgeving zou moeten blijven. Maar afgezien daarvan bleek toen wel dat men de vaart in dit proces wilde houden.’

Afgelopen zomer kwam ook het Europese Parlement snel tot overeenstemming. Dat nam de financiële sector wél op in het standpunt en voegde bovendien nog een paar andere, nog verder gaande punten toe.

En ook het Spaanse voorzitterschap wil tempo maken, zo veel is duidelijk. Dat voorzitterschap loopt eind december af en men wil graag laten zien dat er op dat moment veel is bereikt. Overeenstemming bereiken op een zo ingrijpend thema als duurzaam ondernemen zal het oordeel over het Spaanse voorzitterschap gunstig beïnvloeden, zo verwacht men.

Dynamiek

Hoe het kwartje uiteindelijk zal vallen wat betreft het al dan niet opnemen van de financiële sector in de CSDDD, is echter totaal geen uitgemaakte zaak. Pattiselanno van Dufas: ‘Vorige week dachten wij nog dat de grote landen het echt zouden tegenhouden, maar intussen zien wij in de uitwisseling van standpunten weer een nieuw compromisvoorstel van een van de grote landen, rond een eventuele review clause. Dat betekent dat de financiële sector eventueel pas wordt meegenomen in de CSDDD na het uitvoeren van een uitvoerig impact assessment. Dus het kan ook de andere kant op gaan. De dynamiek is in ieder geval groot.’

Volgens Responsible Investor is de kans op volledige uitsluiting inderdaad reëel. Die optie zou het beste passen bij het streven naar een mondiaal level playing field. Anderzijds zou de onderhandelingspositie van de Raad niet sterk genoeg kunnen zijn - door de interne verdeeldheid - om die optie er door te drukken en zou de stem van het Europese Parlement doorslaggevend kunnen zijn.

 

Author(s)
Categories
Target Audiences
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No