Sinds Athora Group het verzekeringsbedrijf Vivat heeft overgenomen wordt stevig verbouwd. Dat gebeurt op basis van een strategische revisie die geformuleerd is voor de periode tot 2025. Daarin ligt het accent op groei, de opbouw van een operationeel model dat beter past bij de kerncompetenties van het bedrijf en het voeren van een beleggingsbeleid dat zorgt voor hogere rendementen.
In het kader van deze doelstellingen is vorig jaar de asset managementtak Actiam verkocht aan de in Rotterdam gevestigde Cardano Group en is tegelijkertijd een strategisch partnership voor tien jaar aangegaan. Daarin blijft Actiam de asset manager van de unit-linked fondsen van Zwitserleven en de kennispartner op het gebied van ESG voor zowel unit-linked als het eigen boek.
Tegelijkertijd heeft er een wisseling van de wacht plaatsgevonden. Zo is onder meer Jan de Pooter aangesteld als bestuursvoorzitter en is Etienne Comon (foto) aangetrokken als chief investment officer van Athora Netherlands. Hij is overgekomen van Goldman Sachs Asset Management en heeft de dagelijkse leiding over het investment office, dat verantwoordelijk is voor het eigen boek van de verzekeraar - het zogenoemde general account.
Drie pijlers voor beheer van eigen boek
In een gesprek met Investment Officer vertelt Comon dat Athora Netherlands hierbij uitgaat van een drietal pijlers: de eerste is risico management, waarin asset/liability management het fundament vormt. Hierbij gaat het om een nauwkeurige sturing van de rente, inflatie en valuta-exposures.
De tweede pijler is het beheer van de ‘markt beta’ van de portfolio. De blootstelling aan systeemkredietrisico en aandelenrisico wordt beheerd met een sterke focus op het beheer van marktconforme volatiliteit. Zo draagt de combinatie van deze risicobeheeracties ertoe bij dat Athora Netherlands de Oekraïne-crisis relatief goed doorstaat met een zeer matige volatiliteit, zegt Comon. De derde pijler bepaalt dat alle investeringen - als onderdeel van het ESG risicobeleid - moeten voldoen aan de ESG-maatstaven en periodiek worden beoordeeld.
Ongeveer 50 procent van de portefeuille die voor eigen rekening is, is belegd in staatsobligaties en vergelijkbaar schuldpapier en contanten. Deze portefeuille dient verschillende doelen, waaronder de ondersteuning van liquiditeitsbehoeften in verband met uitbetalingen aan de polishouders, derivatenonderpand of behoefte aan herallocatie van activa. ‘Wat de samenstelling van de staatsobligatieportefeuille bepaalt, staat een combinatie van risicomanagementbeslissingen en beleidslimieten voorop. Zo is onze staatsobligatieportefeuille voornamelijk belegd in ‘core’ en ‘semi-core’ overheidsemittenten’, vertelt Comon.
Hogere beleggingsopbrengsten
Door haar risicoprofiel in lijn te brengen met de markt, kan Athora hogere beleggingsopbrengsten realiseren. Doel daarbij is om klanten een goed en zeker pensioen te bieden. Daarom is het bedrijf vorig jaar al begonnen om voor het eigen boek meer beleggingen te alloceren naar private markets. Daarbij gaat het onder meer om private debt, private equity en vastgoed. Zo stond aan het einde van 2021 de private credit allocatie op 6 procent, vastgoed op 2 procent en private equity op 1 procent.
Volgens Common heeft die herbalancering van de portefeuille al bijgedragen aan een hoger rendement uit de beleggingen in 2021. Voor investeringen die specifieke “asset origination” capaciteiten vereisen, en die niet aanwezig zijn bij het Investment Office, werkt Athora Netherlands samen met verschillende internationale vermogensbeheerders via mandaten en investeringsfondsen. Zo wordt de toegang tot private markets verkregen via de mede-eigenaar van Athora Group, zijnde Apollo Global Management. Dat is een fusie van alternative asset management Apollo en van pensioendienstverlener Athena.
Behalve via Apollo verkrijgt Athora ook via andere, geselecteerde managers toegang tot deze exclusieve markten, die goed passen bij institutionele partijen als verzekeraars. Voor hen geldt namelijk dat vanwege de lange termijnverplichtingen exposure naar illiquide beleggingen goed mogelijk is en als zodanig zorgt voor een betere risico/rendementsverhouding. Bovendien passen ze ook goed in de solvabiliteitseisen die toezichthouders aan verzekeraars stellen.
Om te alloceren naar private markets is volgens Comon echter wel veel aanvullende kennis, ervaring en relaties nodig, want anders dan in de publieke markten kun je in tegenstelling tot een bijzonder liquide staatsobligatie niet zomaar van een illiquide belegging af. ‘In dat opzicht kun je ook niet in algemeen zin zeggen dat publieke markten risicovoller zijn dan private markten of vice versa. In beide markten moet je goed kijken naar het risico. Voor ons is het klantbelang het vertrekpunt, zodat we ons voortdurend afvragen of de beoogde belegging stabiel is, en op het juiste niveau’, zegt Comon.
Liquiditeit belangrijker dan rendement
Zo benadrukt hij dat bij het beleggingsbeleid van het investment office de langere termijnverplichtingen en de matching uitgangspunt zijn. ‘De rente en de inflatie-ontwikkelingen controleerden we in het eerste kwartaal van dit jaar scherp. Maar het had niet echt invloed op de balans of de allocatie’, zegt Comon. Zo bestaat de helft van de beleggingen ten behoeve van het general account uit staatspapier.
‘Gemiddeld was de spread van het portfolio staatsobligaties negatief, maar bij de allocatie gaat het ons eerder om liquiditeit dan om rendement. Je moet namelijk je klanten kunnen uitkeren als ze daar om vragen en dus heb je collateral- of liquiditeitsbuffers nodig. Het managen van het eigen boek met staatsobligaties gaat dan ook eerder om het risico en de liquiditeit dan om hoge rendementsverwachtingen of doelstellingen’, zegt Comon. Volgens hem komt het rendement van bedrijfsobligaties, vastgoed en private equity, waarbij inmiddels de helft van het open boek wordt gealloceerd naar private markets en inkomensgerelateerde beleggingen.
‘Wel is het zo dat de interesse voor private markets wereldwijd sterk is toegenomen, met als gevolg dat er sprake kan zijn van “crowded trades”, waardoor de risico/rendementsverhoudingen niet meer up to date zijn. Dat geldt bij voorbeeld voor infrastructuur gerelateerde schulden. ‘Dat was een aantal jaren geleden een zeer populair thema en dus zeer druk bezet’, zegt Comon. Nu is property lending in trek. Het is er nog niet ‘zeer druk’, zegt hij, maar dat kan op enig moment veranderen en daarom dient voortdurend geïnnoveerd te worden naar andere typen van private investeringen.
De wens om meer te alloceren naar de private markten, werd indertijd door Athora Group bij zijn interesse in een overname van Vivat ook benadrukt. Athora sloot daarmee aan bij de trend die je al geruime tijd onder institutionele beleggers ziet, namelijk dat men alternatieven zoekt voor het klassieke schuldpapier dat nog maar weinig oplevert en bovendien door de stijgende rente (en de hoge inflatie) ook niet meer risicovrij is.