In tegenstelling tot 2017 neemt momenteel het sentiment af en in het verlengde daarvan de volatiliteit toe. Voor particuliere beleggers is dat een marktomgeving waarin moeilijk een vaste koers aangehouden kan worden.
Om die reden zijn geldmarktfondsen en multi-assetstrategieën op dit moment populair. ‘Wat wij namelijk doen is de eindklant ontzorgen, zodat hij geen keuzes hoeft te maken waarnaar hij zijn belegd vermogen alloceert’, zegt portfoliomanager Niels de Visser van het multi-asset team van NN Investment Partners.
Dit neemt niet weg dat ook voor professionals als De Visser, met meer dan 20 jaar ervaring, de uitdaging van het beleggen toeneemt. In de eerste drie maanden van dit jaar bleef het First Class Multi Asset Fonds van NN IP bij de zelfgekozen benchmark achter. De correctie van februari beoordeelt hij als ‘technisch gedreven’, die volgde op de rally die sinds september duurde en aandelen te duur hadden gemaakt, terwijl de geopolitieke risico’s waren toegenomen.
‘Maar inmiddels lopen we dat weer in, dankzij de goede afgelopen weken voor aandelenmarkten,’ zegt De Visser. ‘Nu zijn de aandelenmarkten weer minder beweeglijk.’ Reden waarom het team de aandelenexposure toch weer heeft vergroot. ‘Als je naar de fundamentals kijkt dan is het perspectief voor 2018 naar ons oordeel nog altijd goed, al is het wel wat minder sterk dan hoe we er eind vorig jaar over dachten.’
De Visser stelt dat het multi-asset team van NN IP voorlopig rekent op hogere volatiliteit, omdat ‘veranderende houding van centrale banken voor onzekerheid zorgt’. Tegelijkertijd speelt toenemende geopolitieke onzekerheid mee. ‘Je hebt de Italiaanse verkiezingen gehad, Trump, het handelsconflict tussen China en de VS en de oplopende spanningen met Europa. Het is allemaal slecht voorspelbaar en moeilijk in te schatten of en hoe zich dat materialiseert en wat voor gevolgen dat heeft voor de financiële markten.’
Beperkte onrust
Het valt De Visser op dat de markten toch relatief beperkt reageren op de onrust die president Trump wereldwijd teweegbrengt. Hijzelf vraagt zich wel af wat het effect op de wereldorde op de langere termijn is. ‘Hoe gaat het verder met de Amerikaans-Europese vriendschap en wat is het veiligheidsrisico daarvan?’ Hij ziet de mogelijkheid van nieuwe allianties, bij voorbeeld tussen Europa en China.
Het First Class Multi Asset Fund is gericht op een geannualiseerd rendement van een maands-Euribor plus 3 procent vóór aftrek kosten. Daarbij ligt ook het risicobudget vast en wordt uitgegaan van 5 procent volatiliteit, dat in voorkomende gevallen ‘mag’ oplopen tot 10 procent.
Deze doelstelling probeert het multi asset-team te verwezenlijken met een breed instrumentarium: er kan worden belegd in aandelen, staatsobligaties, credits, vastgoed en grondstoffen. Alle categorieën kennen op hun beurt weer meer mogelijkheden. Zo kan er binnen aandelen zowel in regio’s als sectoren worden belegd. Veelal kiest men bij het spelen van bepaalde overtuigingen voor het gebruik van derivaten.
Binnen het opgelegde risicobudget voor dit fonds kan de beheerder zijn portefeuille flexibel positioneren. Zo kan de weging naar aandelen worden verlaagd tot maar liefst nul. Uniek voor de strategie is dat er steeds minstens 50 procent van de portefeuille in overheidsobligaties en cash wordt belegd. ‘Peers’ bij deze strategie zijn fondsen van Nordea, Standard Life, M&G en Fidelity, zegt De Visser in een toelichting.