Dit jaar wordt het een uitdaging om de markt te outperformen, maar met genoeg durf moeten beleggers toch mooie rendementen kunnen behalen.
‘Ze moeten daarom ter aanvulling op de kernbeleggingen in hun portefeuille niet terugdeinzen om tegendraadse keuzes te nemen.’
Dat zegt Louise Kooy-Henckel, portfoliomanager van het JP Morgan Global Focus Fund, in een gesprek met Fondsnieuws.
Japan
Als voorbeeld van zo’n ‘tegendraadse’ investering noemt Kooy-Henckel de overweging van Japan in het fonds. ‘We hebben nu zo’n 17 procent in het land belegd, terwijl de benchmark, de MSCI World, op ongeveer 10 procent zit.’
Volgens haar zijn andere fondsen nog voorzichtig uit onzekerheid over de Japans economie. Maar het JPM Global Focus Fund heeft hoge verwachtingen van een aantal bedrijven dat kan outperformen ten opzichte van internationale concurrenten.
Vandaar dat er nu Japanse bedrijven in de top tien van de portefeuille prijken: Japan Tobacco (2,2 procent), Mitsubishi Electric (2,1 procent) en Marubeni (1,8 procent).
‘Stockpicks’
Kooy-Henckel stelt dat de markten zich in 2010 verder normaliseren. ‘Een jaar zoals 2009 zal het waarschijnlijk niet worden voor het JPM Global Focus Fund, aldus Kooy-Henckel. ‘Het komt nu aan op de juiste stockpicks.’
In 2009 zette het beleggingsfonds een performance neer van 58,14 procent, 25,94 procent beter dan de benchmark. Mede op basis hiervan was het fonds genomineerd voor een FD Morningstar Award in de categorie Aandelen wereldwijd.
Volg de actuele koers van het JP Morgan Global Focus Fund
Drie fondsmanagers
Het JPM Global Focus Fund wordt beheerd door drie fondsmanagers. Dat zijn Georgina Perceval Maxwell, Gerd Woort Menker en Jeroen Huysinga, die de beslissende stem heeft.
Wereldwijd staan zestig analisten het drietal bij en dragen vanuit New York, Londen, Tokio en Singapore sterke aandelenideeën aan.
‘Huysinga is direct verantwoordelijk voor de strategie maar op basis van een teambenadering stellen we een “high conviction portfolio” samen’, aldus Kooy-Henckel.
Fase van winstherstel
Het JPM Global Focus Fund investeert wereldwijd in aandelen van ondergewaardeerde ondernemingen die zich in een fase van winstherstel bevinden. De focus ligt op vermogensgroei op lange termijn.
Kooy-Henckel benadrukt dat er geen geen regionale benadering wordt gevolgd. Ook van sectoren en hoe groot de marktkapitalisatie van een bedrijf is, wordt in de bottom up-strategie weinig aangetrokken.
‘Het gaat ons primair om individuele bedrijven.’ Uitgangspunt is dat deze aan vier selectiecriteria voldoen.
‘Weinig geduld’
Belangrijk criterium voor opname in de portefeuille is dat een aandeel aantrekkelijk gewaardeerd is ten opzichte van vergelijkbare aandelen op mondiaal niveau.
Daarnaast moet er sprake zijn van een aanzienlijk winstgroeipotentieel. ‘Het moet om ondernemingen gaan die op een keerpunt van verandering staan. Er moet uitzicht zijn op een sterke verbetering van de winst.’
Een derde selectievoorwaarde is dat er katalysatoren zichtbaar zijn die het winstpotentieel tot wasdom kunnnen brengen. ‘Dat kunnen kostenbesparingen, reorganisaties maar ook veranderingen binnen het managementteam zijn.’
Veel geduld heeft men binnen het fonds niet. Binnen relatief korte tijd moet de in portefeuille onderneming genomen sporen van verandering tonen. ‘Dat moet binnen zes en achttien maanden gebeuren. Zoniet, dan verkopen we het aandeel.’
Omslag
Het JPM Global Focus Fund kreeg het in 2008 echter zwaar voor de kiezen. Het fonds noteerde een negatief rendement van 44,67 procent. ‘Ja, het was een beroerd jaar voor ons’, zegt Kooy-Henckel.
‘Maar vanaf eind 2008 ging het weer bergopwaarts. Dat was te danken aan enkele beleggingen, zoals Rhodia, een verliezer uit 2008. Dit Franse chemiebderijf dat grondstoffen maakt voor autobanden, kwam in 2009 sterk terug.
‘Rhodia voldeed aan alle onze criteria’, zegt Kooy-Henckel. ‘Het bleek ondergewaardeerd, terwijl het winstpotentieel goed was en de schuldpositie verminderd werd.’
Naast een sterke vraag uit China en Brazilië, profiteerde Rhodia van en vervangingsvraag naar nieuwe banden.
Het JPM Global Focus Fund had Rhodia in 2009 voor 2 procent in de portefeuille. Per januari is dat opgehoogd tot 2,6 procent, waarmee het de belangrijkste deelneming van het fonds is.
Klein maar belangrijk
Ook de Amerikaans-Belgische bierbrouwer Anheuser-Busch InBev - goed voor 1,5 procent in de portefeuille - droeg bij aan de outperformance. Inmiddels is winst genomen op dit aandeel.
Een derde deelneming die volgens Kooy-Henkel in 2009 sterk bijdroeg was het Canadese Interoil. Dit kleine energiebedrijf, dat in Papua Nieuw-Guinea opereert, richt zich op het zoeken naar vloeibaar aardgas.
‘Het is specialistisch en klein, maar vanwege de niche waarin het opereert, is er sprake van een belangrijk concurrentievoordeel.’ Van de portefeuille is 1,8 procent in dit fonds belegd.