Zelden in de geschiedenis is het ingrijpen van overheden en centrale banken zo succesvol geweest als dit jaar. Toen op 23 maart omvangrijke (liquiditeits)steun werd aangekondigd, stuwden de markten indices naar all time highs. In de komende maanden moet blijken of het vooruitgangsgeloof van de beleggers - zijnde de uitrol van een vaccin - gerechtvaardigd is.
Recent vertelde Tim Warrington, de topman van Skagen Funds en een voormalige beroepsmilitair, aan Investment Officer dat men in militaire kringen de eerste zes maanden van een conflict als een “operatie” beschouwt, en dat die periode daarna als een “oorlog” betiteld wordt. Voor beroepsmilitairen heeft het passeren van die zes maandsperiode fundamentele betekenis. Daarna wordt de weerbaarheid en de moraal van soldaten namelijk snel aangetast.
Warrington deelde dit inzicht in het licht van de coronacrisis, die nu negen maanden duurt en gepaard gaat met toenemende maatschappelijke, economische en psychologische schade en uitputting. De ontevredenheid loopt op, het verzet groeit.
De pandemie rond Covid-19 laat iets bijzonders zien: ondanks al het (persoonlijk) leed, is het aantal sterfgevallen als gevolg van het virus relatief laag, ten minste als dat vergeleken wordt met Aids, de Spaanse griep, of de Pest. Maar de economische schade van deze virusuitbraak is daarentegen extreem hoog. David Cutler en Lawrence Summers van de Harvard University schatten deze in een recente paper op 16.000 miljard dollar voor de VS - dat is 75 procent van het bruto nationaal product.
Schade wereldeconomie: 96.000 mrd
De totale kosten, zo schrijven de twee wetenschappers, zijn vier keer zo hoog als ten tijde van de recessie die op de financiële crisis van 2008 volgde. Als de berekening van de Amerikaanse economie wordt vertaald naar de wereldeconomie, dan is de schade volgens het tweetal 96.000 miljard dollar.
Die ongekende economische fall-out onderstreept hoe belangrijk het uitrollen van grootschalige, en vooral ook succesvolle vaccinaties wel niet voor regeringen en hun landen is: de wereldeconomie kan zich geen tweede, opeenvolgende jaar van een pandemie veroorloven.
Tegen die nerveus stemmende achtergrond wordt duidelijk dat regeringspartijen op de rand van een scheermes lopen. Ze hebben - met de kennis van nu - de lockdown van maart veel te snel gestaakt, waardoor we nu getuige zijn van een tweede virusgolf, en van een bevolking die het spuugzat is en zijn weerbaarheid verliest.
De combinatie van forse economische schade en toenemend maatschappelijk ongenoegen maakt dat ervoor is gekozen het vaccin zo snel mogelijk uit te rollen, wat de twijfel voedt of alle regels wel in acht worden genomen. Zo zorgde farmaconcern AstraZeneca vorige week voor onrust toen bleek dat het onderzoek naar het vaccin uitsluitend is gedaan met proefpersonen jonger dan 55 jaar, zodat nu getwijfeld wordt of het vaccin echt wel 90 procent bescherming biedt tegen Covid-19, zoals AstraZeneca zei en eerder ook het duo Pfizer en BioNTech heeft geclaimd - die laatste twee bedrijven kregen overigens vandaag het groene licht van de toezichthouder voor toegang tot de Britse markt.
Complotdenkers missen hun doel niet
Halve waarheden en mogelijk door commerciële belangen gedreven vroeg aangekondigde debuten, zijn voer voor complotdenkers, vooral ook omdat misinformatie zich via sociale media moeiteloos laat verbreiden. Neem David Icke, de Britse complotdenker die eerder dit jaar het bericht verspreidde dat het vaccin tegen Covid-19 tot onvruchtbaarheid leidt.
Zijn tweet miste zijn doel niet: in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten waren 8.000 mensen gevraagd of zij bereid waren het vaccin tegen het coronavirus te nemen - 54 procent in de VK zei ja en 41 procent in de VS. Maar toen David Icke zijn tweet het digitale universum instuurde, daalde die bereidheid om het vaccin ingespoten te krijgen prompt met 6 procent in de VK en met 2 procent in de VS.
Zijn tweet lijkt op het eerste gezicht van marginale betekenis - maar het tegendeel is waar: voor het bereiken van groepsimmuniteit is nodig dat ten minste 55 procent van de bevolking bereid is zich te laten vaccineren. Sommige experts vrezen dat die groepsimmuniteit pas in 2022 bereikt wordt.
Tegelijkertijd is kritisch denken op zijn plaats. Want er zijn veel grote belangen in het spel die om gezwinde spoed vragen. Eén van de risico’s die daarbij genomen zijn door de EU-lidstaten is dat zij zullen meebetalen aan schadeclaims bij bijwerking van het coronavaccin.
Bijzonder hoogleraar Louis Visscher schrijft daarover: ‘Als de samenleving wil dat vaccins sneller beschikbaar komen dan via de normale testprocedures het geval is, dan is het ook logisch dat de ‘samenleving’ de kosten van die haast draagt. Het meebetalen door de overheid past hier goed bij. Het verminderde risico dat de industrie dan zelf draagt, moet in de prijs van de vaccins tot uitdrukking komen.’
Eind goed, al goed?
De markten denken ondertussen dat het volgend jaar allemaal op zijn pootjes terecht komt, wat het ongekende V-scenario verklaart dat zich sinds 23 maart voltrekt. Maar hier kan de vader de wens van de gedachte zijn. Want dat scenario is alleen gerechtvaardigd als met de vaccinatie ook snel begonnen wordt.
De regering voedt van haar kant dan ook het verwachtingspatroon van samenleving en financiële markten: met vaccineren wordt in de eerste week van januari begonnen; beleggers voelen zich vooralsnog bevestigd voelen in hun geloof van een “eind goed, al goed”.
Maar als dat proces vertraging oploopt door het ongekend complexe logistieke wereldwijde proces, of doordat de resultaten geringer zijn dan verwacht, of dat de bijwerkingen sterker zijn dan gedacht, dan kan dat een zwarte zwaan zijn die nog lang in ons collectieve geheugen gegrift zal blijven.