Joachim Bitterlich
Schermafbeelding 2022-04-27 om 16.36.56.png

De oorlog tussen Rusland en Oekraïne maakt duidelijk dat het de EU aan “strategische autonomie” ontbreekt. In een wereld waarin nieuwe machten, krachten en risico’s opdoemen, is het hoogste tijd voor een formulering van een gemeenschappelijk buitenlands- en defensiebeleid, zegt Joachim Bitterlich. Hij was jarenlang de belangrijkste adviseur van bondskanselier Kohl en nu bijzonder hoogleraar. Gesprek over wat gemis aan realpolitik teweegbrengt. 

‘Toen Rusland in februari Oekraïne binnenviel was ik woedend, omdat niemand wilde zien wat daar aan het opborrelen was. Ik ken Oekraïne relatief goed en ging er vaak naar toe. Eerst ten tijde van bondskanselier Helmut Kohl en later met het Franse werkgeversverbond. Het probleem van Oekraïne is dat het ten tijde van het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in een keer onafhankelijk is geworden. Maar Rusland accepteerde diens onafhankelijkheid vanaf het begin niet en er was ook geen enkele sprake van een nationaal gevoel. De oligarchen hadden het er voor het zeggen en een overheid was er niet meer, die was naar Moskou vertrokken.’ 

Uitslaande brand in flatgebouw, Charkov, 2022

‘En toen kwam de interne revolutie. Wat daarbij opviel, dat was dat Polen het voorbeeld voor de bevolking was geworden. Dat kwam omdat er wel 1 miljoen Oekraïners in Polen werkten en bij hun terugkeer zeiden: waarom kunnen wij niet zijn zoals zij? Daarbij ging het niet zozeer om de politiek, maar om de welvaart, de vrijheid en de moderniteit. De Russen konden en wilden dat niet begrijpen en toen kwam gaandeweg het anti-Rusland sentiment in Oekraïne op. Ten tijde van Kohl was het voor ons nog een uitgemaakte zaak dat Oekraïne niet bij de NAVO kon. Wij zagen het land als een brug tussen Oost en West.’ 

Oekraïners hebben geen gevoel voor nationaliteit

‘Toen de Amerikanen in 2008 de hand uitreikten naar Oekraïne, zag ik dat meteen als een grote fout, als het passeren van de rode lijn. Vervolgens kwam in Oekraïne het verzet op tegen de oligarchen, het systeem en Rusland. Maar probleem bleef dat de Oekraïners toen geen gevoel hadden voor nationaliteit en dat schep je ook niet in 2 tot 5 jaar. Daar gaan wel twee generaties overheen. Dat komt mede doordat Oekraïne uit wel 5 hele verschillende gebiedsdelen en mentaliteiten bestaat, waarbij de Krim sinds de verovering door prins Potemkin en zijn gift aan Catherina de Grote in 1783 altijd Russisch is geweest.’

Aan het woord is Joachim Bitterlich (hoofdfoto), onder de Duitse bondskanselier Kohl één van de meest invloedrijke topambtenaren van Europa. Hij was in de jaren negentig van de vorige eeuw één van de mensen die de Duits-Franse samenwerking door zijn meest succesvolle periode liet gaan, met als resultaat de Europese monetaire unie, de ECB en de lancering van de euro.

Als Kohl in het Europese integratieproces vastliep, of een probleem had waarvoor hij geen oplossing had, dan riep hij tot zijn naaste medewerkers: “Wo ist Bitterlich?” In 2021 publiceerde hij zijn memoires. Dat werd het lezenswaardige boek “Grenzgänger: Deutsche Interessen und Verantwortung in und für Europa”, dat met mooie anekdotes en inkijkjes laat zien hoe Europa achter de schermen functioneert. 

Joachim Bitterlich is geboren en getogen in de tegen de Duits-Franse grens gelegen deelstaat Saarland. Na zijn studie rechten ging hij naar de eliteschool ENA in Parijs, trouwde met een Française, en was ruim 11 jaar de rechterhand van bondskanselier Kohl voor het buitenlands beleid. Voortdurend vloog hij in opdracht van zijn baas voor overleg en contacten naar Washington, Moskou, Parijs, Brussel en naar talrijke andere hoofdsteden. 

‘Rusland was paranoia’

Zo deed de Duitse regering in de jaren negentig van de vorige eeuw haar best om Rusland bij te staan om het land van binnenuit te stabiliseren. ‘Maar we waren alleen en uiteindelijk lukte het niet, noch met Jeltsin, noch met Poetin. Het hield geen stand. Wij hebben geprobeerd ze te begeleiden, op eigen benen te krijgen, bij voorbeeld met leveranties van gas aan Europa. Maar dat is niet gelukt. We waren tot op zekere hoogte naïef. WeVladimir Poetin hadden niet mogen verwachten dat Rusland ons systeem overneemt. Historisch-gezien kennen ze namelijk geen democratie. We hebben geprobeerd Rusland te civiliseren, maar dat is ons niet gelukt. Maar het probleem is dat Europa zich niet veilig kan ontwikkelen zonder Rusland’, zegt Bitterlich, die tegenwoordig bijzonder hoogleraar is aan de ESCP Business School. 

‘Ik begrijp nog altijd niet waarom het in 2008 zo mis heeft kunnen gaan en er niet meer gepraat is over een gemeenschappelijke veiligheidsstructuur. Rusland was paranoia. Ze voelden zich omsingeld, met in het oosten China, islamitisch Iran in het zuiden, en Turkije aan de Zwarte Zee en dan het oprukkende Westen aan de westgrenzen. Daarover maakten zij zich nog de meeste zorgen.’

Op de vraag of Bitterlich het eens is met de opvatting dat Duitsland door de oorlog in Oekraïne, met een dreigende escalatie naar het westen, weer het kwetsbare land in het midden van Europa is, antwoordt hij: ‘ja, daar zit beslist iets in.’ Als voorbeeld daarvan verwijst hij naar Joschka Fischer, die in 1999 als minister van Buitenlandse Zaken, in de Bondsdag de oorlog in Kosovo vergeleek met Auschwitz. Hij kreeg steun voor de inzet van Duitse gevechtstroepen in NAVO-verband.

‘Poetin maakt zich schuldig aan barbarij’

‘Nu Poetin van denazificatie, en zelfs van een vernietiging van Oekraïne spreekt, werpt dat de vraag op, net zoals toen, of we niet verplicht zijn tot interventie, uit humanitaire gronden. Ik worstel daarmee. Feit is dat wat Poetin doet barbarij is, net zoals het Russische leger zich met zijn vernietiging in de Oekraïne schuldig maakt aan barbarij. Het is je reinste terrorisme. Moet de NAVO dan niet ingrijpen, gaat steeds door mijn hoofd. Maar je wilt ook niet dat Rusland naar zijn kernwapens grijpt en bovendien is Oekraïne te groot en te risicovol. We moeten de Oekraïners helpen, maar feitelijk komt alles aan steun en wapens te laat.’ Franck Steinmeier en Angela Merkel

‘De wijze waarop het conflict om Oekraïne is geëscaleerd, komt mede doordat noch Duitsland of Frankrijk, noch de Europese Unie beleid heeft ontwikkeld op dit terrein. In 2015, toen zowel door Rusland als Oekraïne de hand werd gelicht aan de Minsk II-akkoorden, toen hadden bij bondskanselier Merkel en toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Steinmeier alle alarmklokken moeten afgaan. Maar Steinmeier was misschien naïef, terwijl Merkel (beiden op archiefbeeld) de indruk maakte erin te berusten’, oordeelt Bitterlich.

De oud-topambtenaar stelt dat als Kohl in deze periode nog kanselier zou zijn geweest hij de afhankelijkheid van Duitsland van Russisch gas nooit zou hebben geaccepteerd. ‘Hij had vroegtijdig ingezet op een gemeenschappelijk Europees beleid jegens Rusland en de Oekraïne.’

Europa kent geen strategische autonomie 

Op de vraag hoe het zo heeft kunnen escaleren, antwoordt Bitterlich: ‘Het overheersende probleem is dat Europa geen “strategische autonomie” heeft, dat wil zeggen: Europa moet zich op het wezenlijke concentreren. Hoe verzekeren wij onze economische onafhankelijkheid in een wereld met uitdagingen als China, Rusland en Afrika? Daarbij gaat het niet alleen om digitalisering. Dat is meer een neveneffect. Het gaat om grondstoffen, handelsrelaties, investeringen en om het vermijden van afhankelijkheden. Het is geen probleem dat men in China koopt, maar als het essentiële producten zijn dan moeten we het zelf hebben, of we moeten naar meerdere partijen en regio’s kunnen diversifiëren.’ 

In mei wil president Macron van Frankrijk, dat op dit moment de halfjaarlijkse voorzitter is van de Europese Unie, het thema van de “strategische autonomie” bij een Europese top  van staatshoofden en regeringsleiders hoog op de agenda zetten. 

Bitterlich maakt zich er zorgen over dat er van realpolitik geen sprake meer is. Dat komt volgens hem, omdat veel mensen, ook politici, teveel in illusies leven, of – zoals hij zegt – een postmodern wereldbeeld hebben. Daarbij valt het hem op, in het pendelen tussen zijn twee woningen en werkzaamheden in Parijs en Berlijn, dat zelfs partners als Frankrijk en Duitsland over weinig kennis en inzicht over elkaar beschikken. Hij zegt in dat verband dat realpolitik altijd verbonden moet zijn met een kompas waarop je je voor een aantal jaren richt. Kohl had dat volgens hem wel, mede op basis van ervaring en uitgesproken politieke overtuigingen, maar Merkel had dat kompas volgens hem niet, als was ze wel een goede crisismanager.

‘Dat kompas is in de huidige politiek volledig verloren gegaan. Kohl begreep de angst voor Brussel als bestuurlijke moloch en dat men besluiten liever door de regeringsleiders van de lidstaten wilde laten nemen. Daarom volgden wij altijd het beleid van ‘concentreer je op wezenlijke, dat wil zeggen op het economisch-, het buitenlands- en het defensiebeleid, voor het geval de NAVO uit elkaar zou vallen.’ Ook zette dat Kohl aan tot een Duits leiderschap in Europa, zonder dat anderen zich dat echt realiseerden.

Rusland tot NAVO: dit is geen dialoog

Als voorbeeld van realpolitik verwijst Bitterlich naar de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE), waarin meer dan 70 landen samenwerken op militair, economisch en humanitair terrein. In de jaren negentig stelde Bitterlich bij de eerste discussies aan Kohl voor om binnen de OVSE een Europese veiligheidsraad op te zetten.

‘Daar kwam meteen onraad over bij diverse lidstaten in de EU, maar als je Russen en Turken er meer bij wil betrekken, dan heb je een gremium nodig waar je dergelijke thema’s met elkaar op hoog niveau kunt bespreken. Maar na de oorlog om Afghanistan, en vervolgens de Russische aanval op Tsjetsjenië werden die gesprekken door het Westen afgebroken. Dat was een kardinale fout.’

In dat kader is volgens Bitterlich onvoldoende oog geweest voor de mentaliteits- en cultuurverschillen tussen het Westen en Rusland. Als voorbeeld spreekt hij over de ambassadeur van Rusland, Sergey Kislyak, die betrokken was bij het reguliere overleg tussen NAVO en Rusland. ‘Hij zei: ik voel me hier niet thuis. Ik zit tegenover 17 ambassadeurs namens de NAVO-lidstaten, die bovendien onderlinge afstemming hebben, en het is dan de secretaris-generaal die het besluit bekendmaakt. Dat is geen dialoog.’ De man wilde volgens Bitterlich alleen met de overwinnaars van de Tweede Wereldoorlog praten, de VS, Groot-Brittannië en Frankrijk, en eventueel dan ook met Duitsland.

‘Zo’n gremium had Rusland meteen geaccepteerd. Dat vond hij een volwassen omgang. Met al die kleine lidstaten praten en overleggen, begreep hij niet. Het paste niet in zijn denken. We hebben geprobeerd Rusland op dat punt te civiliseren, maar dat is ons niet gelukt’, zegt Bitterlich. ‘We moeten opnieuw nadenken over Europa, over het nabuurschap. In dat kader moeten we het buitenlands beleid anders doen. Of je het nu er mee eens bent of niet, maar bij voorbeeld onze opvattingen over mensenrechten exporteren, dat lukt gewoon niet. Ze willen ons niet kopiëren.’ 

Joachim Bitterlich, “Grenzgänger: Deutsche Interessen und Verantwortung in und für Europa”, 2021. De zelfredzaamheid van de Europese Unie komt aan de orde op de 15e editie van het Fondsevent, op maandag 26 september, dat “De nieuwe wereldorde” als thema heeft. 

Author(s)
Categories
Target Audiences
Access
Public
Article type
Article
FD Article
No