Michiel van Vugt
i-FsHhBQW-XL.jpg

NNEK heeft een nieuw vermogensbeheerconcept gelanceerd voor financieel planners. Vernieuwend is dat de planners verantwoordelijk zijn voor de intake en de asset allocatie en NNEK vervolgens alleen de beleggingen doet.

Dit voorkomt dubbel werk, wat kosten scheelt. Maar een risico is het ook. Hoewel er werkzaamheden zijn uitbesteed, ligt de volledige zorgplicht bij NNEK.

‘Wij laten de planners waarmee wij samenwerken wel een verklaring tekenen dat als NNEK een claim krijgt die toe te wijzen is aan de werkzaamheden van de planner, deze op hen verhaald zal worden’, vertelt manager financieel adviseurs Michiel van Vugt (foto) van NNEK dat zich al jaren richt op financieel planners. 

‘Maar wij hebben niet de illusie dat wij 300.000 euro zullen kunnen verhalen op een planner’, zegt hij verwijzend naar de recente zaak waarbij Harmony Vermogensbeheer uit Aalsmeer een klant dit bedrag moest terugbetalen.

Volgens Van Vugt van NNEK is dit echter geen probleem. ‘Wanneer gaat het fout? Meestal als er te veel risico genomen wordt,’ zegt hij in gesprek met Fondsnieuws. ‘Dat gebeurt niet omdat de financieel planners daar geen enkel belang bij hebben.’

Belang van de klant

De planners worden direct betaald door de klant, wat er volgens Van Vugt voor zorgt dat zij enkel oog hebben voor het belang van de klant. 

Hierin verschilt het model van het hybride model van Insinger de Beaufort, waar eerder nogal wat ophef over ontstond. Insider de Beaufort berekent klanten een all-in fee en betaalt vanuit deze fee ook de externe financieel planners die zij voor haar klanten inschakelt.

In de markt werd verbaasd gereageerd op het feit dat de AFM had ingestemd met een constructie waarbij de planner niet direct door de klant betaald wordt, terwijl het provisieverbod dit laatste juist wel leek voor te schrijven.

In het model van NNEK betaalt de klant de planner en krijgt hij als deze hem aanraadt zijn vermogen door NNEK te laten beleggen hiervoor een aparte rekening. 

Eerder konden planners het vermogensbeheer voor hun klanten ook al uitbesteden aan NNEK. Maar dan deed NNEK de intake, stelde het risicoprofiel op en bepaalde vervolgens de daarbij behorende asset allocatie. 

Dubbel werk

Als een planner de klant heel lang en goed kent, dan kan hij dit werk echter overnemen, zo is de gedachte achter het nieuwe concept. Dat voorkomt dubbel werk en bovendien heeft deze planner vaak een beter beeld van de totale financiële huishouding van de klant.

‘Als iemand met 500.000 euro bij ons komt en zegt dat hij dat volledig in aandelen wil beleggen, zullen wij waarschijnlijk vaak zeggen: zou u dat nou wel doen? Maar als de planner weet dat de klant ook nog 1,5 miljoen op een spaarrekening heeft staan, is dit een ander verhaal.’  

Doordat NNEK nogal wat overlaat aan de financial planners waarmee samengewerkt wordt, wordt er wel een aantal eisen gesteld. 

Planners die klanten in de propositie willen onderbrengen moeten minimaal FFP, FVP of MFP gecertificeerd zijn. Zij moeten een holistisch klankadvies nastreven, hun klanten echt goed willen leren kennen, wat onder meer inhoud dat zij niet meer dan 100 klanten per persoon hebben en hun klanten minimaal een keer per jaar zien.

Uiteraard moet de adviseur gewend zijn klanten te adviseren over hun vermogen en moet hij klanten met meer dan 100.000 euro belegbaar vermogen maandelijks spreken. ‘Zo borgen we dat adviseurs daadwerkelijk het advies kunnen geven.’

Testcasus en studiegroep

Voordat planners daadwerkelijk klanten kunnen doorverwijzen moeten zij vervolgens eerst met goed gevolg een testcasus uitwerken, geeft Van Vugt aan. Ook moeten zij vier keer per jaar deelnemen aan een door NNEK georganiseerde studiegroep. 

De nieuwe NNEK-propositie, Portefeuillebeheer geheten, heeft het afgelopen jaar als pilot gedraaid. Van Vugt: ‘We zijn begonnen met 15 planners.’ 

De kosten voor het vermogensbeheer bedragen 0,7 procent per jaar (inclusief transactiekosten en bewaarloon, maar exclusief fondskosten) met een maximum van 3450 euro per jaar. ‘Als je dus 1 miljoen belegt, betaal je maar 0,34 procent’.

De klant en zijn adviseur kunnen vervolgens kiezen uit een van 21 profielen, lopend van 100 procent obligaties tot 100 aandelen. Deze portefeuilles beleggen vervolgens in passieve duurzame fondsen van onder meer Actiam en Northern Trust.

De onderliggende fondskosten bedragen pakweg 25 basispunten voor obligatiefondsen en 35 basispunten voor aandelenfondsen.    

Meer achtergronden op Fondsnieuws:

Author(s)
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No