Institutionele beleggers staan de komende jaren voor een aantal grote uitdagingen. Pensioenfondsen staan voor de overgang naar het nieuwe pensioencontract en moeten gaan bezien hoe het beleggingsbeleid vormgegeven gaat worden binnen de nieuwe kaders. De kansen en bedreigingen rondom duurzaam beleggen staan bij alle beleggers hoog op de agenda.
Maar ook het uitdijende beleggingsuniversum en de onzekerheid op de financiële markten vragen om de juiste aandacht. Een onderdeel van de beleggingscyclus, die beleggers helpt om, gegeven randvoorwaarden en uitdagingen, een robuuste en toekomstbestendige beleggingsportefeuille in te richten, is het proces van portefeuilleconstructie. In dit artikel geven wij inzicht in ons raamwerk, welke ondersteuning biedt voor een meer gestructureerde aanpak.
Eerst de ALM, dan de portefeuille
Portefeuilleconstructie is het proces waarbij gewichten worden toegekend aan individuele beleggingsmogelijkheden. Dit proces volgt veelal op of is onderdeel van een ALM studie. Het proces beoogt de kwalitatief beste portefeuille te realiseren, met behulp waarvan fondsdoelstellingen kunnen worden behaald, rekening houdend met geldende risicorestricties en marktverwachtingen. Op dit moment wordt een optimale portefeuille overwegend gebaseerd op een optimalisatie van risico versus rendement (twee dimensionaal). Wij pleiten in dit artikel voor een bredere en andersoortige blik.
Een bredere en andersoortige blik is noodzakelijk vanwege twee aspecten. Ten eerste is er steeds meer sprake van meervoudige doelstellingen (denk bijvoorbeeld aan doelen voor een klimaatbestendig beleggingsbeleid). Ten tweede is een proces om te komen tot de beste portefeuille op basis van het combineren van beleggingscategorieën niet nauwkeurig genoeg. Deze aanpak is te grof omdat een beleggingscategorie in veel gevallen een samenstelling is van verschillende risicobronnen. Om de kwaliteit van een beleggingsportefeuille echt op haar merites te kunnen beoordelen, pleiten wij voor een andersoortige blik, concreet een multi-factor benadering in plaats van een multi-asset benadering.
ALM vangt multi-dimensionale karakter niet
ALM-studies of risicobudgetteringsstudies zijn naar onze mening onvoldoende in staat om dit multi-dimensionale karakter te vangen. Dit wordt eens te meer evident als we kijken naar het immer uitdijende beleggingsuniversum. “Nieuwe” beleggingscategorieën worden vaak gemodelleerd als een combinatie van een aantal basisparameters. Denk bijvoorbeeld aan een relatief nieuwe categorie als “Secure Income Assets”, dat deels gezien wordt als onderdeel van vastgoed of infrastructuur, maar ook een termijn-, inflatie- en een kredietcomponent bevat.
Het kunnen vangen van dit multi-dimensionele karakter is de reden geweest om een raamwerk te ontwikkelen. Met behulp van dit raamwerk kijken we door een beleggingsmogelijkheid heen en zijn we in staat de kwaliteit van een beleggingsoplossing en/of een beleggingsportefeuille op haar onderliggende lenzen en factoren en in onderlinge samenhang te scoren. In ons raamwerk bepalen we de kwaliteit en passendheid van een individuele beleggingsmogelijkheid en/of een totale portefeuille aan de hand van 4 lenzen:
- Efficiëntie. Deze lens concentreert zich op de compensatie (rendement) die een belegger ontvangt voor genomen beleggingsrisico. Des te hoger het voor risicogewogen rendement des te efficiënter de portefeuille is.
- Diversiteit: Deze lens concentreert zich op de spreiding over rendements- en risicobronnen. Meer diversificatie draagt bij aan de kwaliteit van een portefeuille.
- Robuustheid: Beter bestand zijn tegen negatieve scenario’s, draagt bij aan een robuustere portefeuille, waardoor het bereiken van de missie en doelstellingen van de belegger niet in gevaar komen.
- Implementatie: Deze lens concentreert zich op de wijze van implementatie en hoe een effectieve implementatie bijdraagt aan de kwaliteit van een portefeuille.
De vier generiek ogende lenzen concretiseren we door per lens een aantal kenmerkende factoren te onderscheiden. Door deze factoren tot slot maatstaven mee te geven, creëren we een raamwerk met behulp waarvan de beleggingsmogelijkheden op hun individuele bijdrage én op hun onderlinge samenhang kunnen worden beoordeeld. Het raamwerk biedt beleggers veel ruimte en flexibiliteit voor eigen beleidskeuzes; maatstaven kunnen naar eigen inzicht worden gekwantificeerd. Daarnaast kunnen in het kader van portefeuilleconstructie ook eigen keuzes gemaakt worden aan welke lenzen en factoren prioriteit gegeven moet worden.
Tegen de achtergrond van meervoudige doelstellingen helpt ons portefeuilleconstructie raamwerk beleggers bij het top-down construeren van de best passende portefeuille en stelt het beleggers in staat om op een meer geïnformeerde wijze portefeuillealternatieven te beoordelen.
Totaalaanpak
Door het rangschikken van de verschillende factoren en het bepalen hoe goed een portefeuille scoort op iedere factor, wordt inzichtelijk hoe alternatieven kunnen bijdragen aan het verbeteren van de kwaliteit van een portefeuille. Bottom-up stelt het beleggers juist in staat om de kwaliteit en passendheid van de beleggingsportefeuille te beoordelen tegen de achtergrond van de fondsdoelstellingen, beleggingsovertuigingen en portefeuille constructie overtuigingen.
In eerdere publicaties hebben we beargumenteerd waarom beleggers zouden moeten kiezen voor een Total Portfolio Approach. Ons portefeuilleconstructie raamwerk is hier een vitaal onderdeel van. Het implementeren van het hier beschreven portefeuilleconstructie raamwerk heeft voor beleggers een drietal voordelen: ten eerste houdt het raamwerk rekening met de overtuigingen van de belegger en door het rangschikken van deze overtuigingen in volgorde van belangrijkheid wordt een juiste focus geborgd.
Daarnaast draagt het raamwerk bij aan de uitlegbaarheid van het gekozen beleid door de koppeling met de implementatie en de verantwoording. En tenslotte helpt het om beter geïnformeerd beleggingsbeslissingen te nemen ter verbetering van de kwaliteit van de bestaande portefeuille.
Een bredere aanpak lijkt complex, maar binnen de juiste structurering leidt het uiteindelijk tot een robuuster uitgangspunt en een beleggingsportefeuille die beter bestendig is voor de toekomst.
Dick Veldman (foto) en Marnix Koster zijn investment consultant bij Willis Towers Watson. WTW is één van de kennispartners van Fondsnieuws en schrijft maandelijks een bijdrage over uiteenlopende thema’s.