Edin Mujagic
EdinM.png

Het was juni 2008 toen ik naar New York vloog om voor de eerste keer te praten met Paul Volcker. Die trip was ook memorabel omdat EUR/USD net die week een all time high van bijna 1,60 aantikte.

Het was voor Europeanen heerlijk shoppen in New York toen. De EUR/USD staat inmiddels zo rond 1,17/18, wat bijna 15 procent hoger is dan aan het begin van het jaar. Opmaat naar weer een stijging richting 1,60? Dat lijkt me sterk, om een aantal redenen.

Als belangrijkste zo niet dé reden voor de recente zwakte van de dollar wijzen velen naar het beleid van de Amerikaanse president Trump en de hoge en stijgende staatsschuld van de VS. Uiteraard speelt dat mee, net als de hoop op een soort economische renaissance in Duitsland en de eurozone, nu Berlijn de Schuldenbremse heeft laten vallen en honderden miljarden euro’s extra gaat uitgeven.

Dat laatste is wel een beetje vreemde redenering, als u het mij vraagt. In veel eurolanden zijn de staatsschulden even hoog of hoger dan in de VS namelijk. Als de Amerikaanse staatsschuld een bron van zorg is, dan geldt dat toch ook voor die eurolanden!? Ik streep ‘het zijn hoge schulden’-argument dan tegen elkaar weg. Wat overblijft is de vraag wat voor economie achter de dollar respectievelijk de euro steekt.

De Amerikaanse economie is nog steeds een sterkere, veerkrachtigere, flexibelere en innovatievere economie dan die van de eurozone en dat verandert voorlopig niet. Er is veel voor nodig, niet in de laatste plaats tijd, om die structureel te verzwakken.

Daarnaast publiceerde de BIS, de Bank voor Internationale Betalingen, onlangs een analyse waaruit blijkt dat het vooral het alsnog hedgen van het wisselkoersrisico door grote Aziatische beleggers is waardoor de dollar de afgelopen maanden zwakker is geworden. Dat is een belangrijke constatering, omdat dit geen structurele reden is.

En dan is er nog onze eigen Europese Centrale Bank (ECB). Je kunt er de klok op gelijk zetten dat de bank begint te klagen over de sterke euro als EUR/USD klimt. Meerdere bestuursleden van de bank hebben de afgelopen tijd hun zorgen geuit over de sterkere euro. Hun zorg is dat die sterke euro de inflatie in de eurozone te veel omlaag zal drukken. Door een sterke euro zijn producten die de eurolanden elders kopen, in euro uitgedrukt, goedkoper.

Deze zorgen maken de kans groter dat de ECB de sterkte van de euro kan gebruiken als reden om de rente verder te verlagen dit jaar. De les is dat de ECB een sterke euro als een bron van zorg ziet, terwijl het niet vaak voorkomt dat de bank slapeloze nachten krijgt als de gemeenschappelijke munt zwakker wordt.

Tot slot is er ook een vreemde inconsistentie te zien in het geheel. Eerder deze maand brak Christine Lagarde, president van de ECB, in een toespraak én in een opiniestuk in zo’n beetje alle kranten die het wilden afdrukken, een lans voor de euro om een belangrijker rol te spelen op het wereldtoneel, nu de dollar in een hoek zit waar klappen vallen. De rest van de wereld zou de euro vaker kunnen gebruiken in onderlinge handel, en als munt waarin landen hun deviezenreserves aanhouden.

Daarvoor is onder meer wel nodig dat de rest van de wereld meer vertrouwen in de euro krijgt. Vertrouwen in een valuta neemt doorgaans toe als die valuta gezien wordt als een sterke munt. Immers, wie wil zijn spaarpotje aanhouden en facturen opstellen in een munt die zwakker wordt!?

Niet lang na die oproep van Lagarde begint de ECB dus te piepen omdat de euro sterker wordt. Daarmee geef je een duidelijke boodschap aan de rest van de wereld en die zal dus wel twee keer nadenken of  het wel een goed idee is een groter deel van de deviezenreserves en internationale handel in de Europese munt af te handelen. De ECB, die dat graag ziet gebeuren, zorgt met haar eigen woorden én daden er juist voor dat steeds minder landen er over zullen peinzen daar gehoor aan te geven.

Bovendien: als de stijging van EUR/USD echt zou aangeven dat men de euro ineens als een aantrekkelijke munt beschouwt, dan hadden we toch zeker ook moeten zien dat de Europese munt sterker was geworden tegenover de Zwitserse frank. Kijken we naar die grafiek, dan zien we echter dat de frank nog nooit zo sterk is geweest tegenover de euro als nu! En dat ondanks verwoede pogingen van de Zwitserse centrale bank om de munt zo onaantrekkelijk mogelijk te maken, door bijvoorbeeld de rente naar 0 procent te verlagen.

Een structureel sterke, goede valuta zoals de frank kun je niet onaantrekkelijk doen voorkomen, mensen weten wel beter. Eveneens geldt dat je een zwakke munt niet sterk en stoer kunt laten ogen met wat cosmetische ingrepen: de fundamentele zwakheden kun je nou eenmaal niet camoufleren. Zoals bij de euro. 

Edin Mujagić is econoom, beheerder van Beleggingsfonds Hoofbosch en auteur van het boek Keerpunt 1971. Hij schrijft iedere maand voor Investment Officer een ECB Watch over het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank.

Author(s)
Categories
Access
Members
Article type
Column
FD Article
No