Het was in mei 2018 dat de Europese Commissie haar zeer ambitieuze European Sustainable Finance-pakket lanceerde. Zeven jaar later is de politieke wind flink gedraaid in Europa en worden voortdurend de duurzaamheidsambities teruggeschroefd.
Wij zien het aan de ontwikkelingen rond de CSRD en CSDDD, maar ook aan de tekst rond SFDR 2.0. Er is meer op komst!
Omnibus pakket van de Europese Commissie
De inkt van de Corporate Sustainability Directive (CSRD) en de Corporate Sustainable Due Diligence Directive (CSDDD) was nog maar net opgedroogd, toen op 26 februari van dit jaar de Europese Commissie haar zogenaamde Omnibus-I pakket publiceerde. Daarin stelde zij wijzigingen voor in met name de huidige CSRD en CSDDD.
Onder de CSRD worden bepaalde bedrijven en instellingen verplicht duurzaamheidsrapportages op te stellen, terwijl onder de CSDDD bepaalde bedrijven due-diligenceverplichtingen dan wel bepaalde zorgplichten rond mensenrechten en milieu opgelegd kregen. Het doel was vereenvoudiging en verlichting van verplichtingen rond duurzaamheid van Europese bedrijven en instellingen. Dit zou de Europese economie competitiever moeten maken, wat ook blijkt uit het Draghi rapport.
Inzet Europees Parlement op Omnibus-I
Waar de Europese Commissie de reikwijdte van de bedrijven die onder de CSRD vallen wil beperken tot bedrijven met meer dan duizend werknemers en een balanstotaal van meer dan 25 miljoen euro of een omzet van meer dan 50 miljoen euro, gaat het Europees Parlement veel verder. In zijn op 13 november vastgestelde positie pleit het Parlement ervoor om nóg meer bedrijven uit te zonderen van de rapportageverplichting. Het stelt voor om de drempel op te trekken naar meer dan 1.750 werknemers én een netto-omzet van meer dan 450 miljoen euro.
Ook voor wat betreft de CSDDD wil het Europees Parlement de drempel verhogen. Deze drempel komt, als het aan het Europees Parlement ligt, te liggen op bedrijven met meer dan 5.000 werknemers en een netto-omzet van meer dan 1,5 miljard euro, in plaats van meer dan 1.000 werknemers én een netto-omzet van meer dan 450 miljoen euro, zoals de Europese Commissie voorstelde.
Vereenvoudiging van regels noemt de penvoerder van het Europees Parlement, Jörgen Warborn het: ‘Today’s vote shows that Europe can be both sustainable and competitive. We are simplifying rules, cutting costs, and giving businesses the clarity they need to grow, invest, and create well-paying jobs.’
Een nogal simpele weergave van zaken. De voorstellen van het Europees Parlement leggen de transitie naar een duurzame samenleving bij een nog beperkter aantal bedrijven. De veronderstelling dat alleen deze bedrijven het werk kunnen doen voor de rest van Europa met vrijwel dezelfde klimaatdoelstellingen is natuurlijk onjuist en neigt naar greenwashing van de Europese mede-wetgever.
Impact financiële sector en SFDR 2.0
De financiële sector heeft, zoals vaak gezegd, behoefte aan duurzaamheidsgegevens van veel bedrijven, ook voor hun rapportageverplichtingen onder de SFDR. Als minder bedrijven onder de CSRD-rapportage, de EU-Taxonomie en de CSDDD-due diligence vallen, heeft dat direct gevolgen voor de informatieverplichtingen van de financiële sector. Kennelijk heeft het Europees Parlement hier wel aan gedacht door een amendement toe te voegen dat erop neer lijkt te komen dat de wetgeving die geldt voor de financiële sector in overeenstemming moet zijn met de bepalingen van de CSRD. Met andere woorden, de financiële sector moet niet gedwongen worden informatie te verkrijgen van ondernemingen die niet rapportageplichtig zijn onder de CSRD. Dat is op zich een goed teken. De financiële sector heeft er altijd voor gepleit dat haar informatieverplichtingen gelijke tred moet houden met de duurzaamheidsrapportages van bedrijven.
Waar descoping het devies is bij CSRD en CSDDD, zien wij hetzelfde terug bij de op 20 november gepubliceerde tekst van de SFDR. Ook daar stelt de Europese Commissie voor om bepaalde financiële instellingen niet meer onder de SFDR te laten vallen. Zoals financiële stellingen die individueel vermogensbeheer aanbieden of beleggingsadvies. Ook AIFMD-fondsbeheerders die alleen aan professionele beleggers aanbieden, worden vrijgesteld van de nieuwe voorgestelde SFDR-productcategorieën. Maar ook diverse kerninformatieverplichtingen onder de SFDR lijken flink te worden afgeschaald. Voorbeelden hiervan zijn het verwijderen van informatieverplichtingen rond de PAI (Principal Adverse Impact) indicatoren en rond de taxonomie-alignement.
Blijft er nog wat over van ESG?
Een soort pas op de plaats maken door duurzaamheidsregels te vereenvoudigen, was zeker een goed idee. Alleen laten Omnibus-I en de snapshots uit de SFDR zien dat de voorstellen veel verder gaan dan het vereenvoudigen van regels en zorgen voor lastenverlichting. Integendeel. Veel pijlers waarop het gehele sustainable finance raamwerk uit 2018 steunen, worden de facto afgezaagd.
Uit de tekst van de SFDR blijkt dat ook het gehele begrip ‘duurzame belegging’ uit de SFDR wordt geschrapt. Treffender kan daarmee de gewijzigde politieke wind die in Europa waait niet geduid worden.
Randy Pattiselanno is Legal & Regulatory Consultant bij de Projective Group.