In 2020 haalde de meestgebruikte neutrale beleggingsportefeuille van Bank ten Cate & Cie een absoluut rendement van meer dan 8 procent. Flink meer dan dat van de Nederlandse grootbanken. Het geheim volgens directeuren Reinier Westeneng en Wouter Haanappel? Veel geld uitgeven aan externe research en vooral veel dingen níet doen. ‘Wij laten ons niet van de wijs brengen.’
Dat zeggen Westeneng (rechts op de foto) en Haanappel (midden op de foto, naast Egbert ten Cate) in een interview met Fondsnieuws. Vorig jaar is het beheerd vermogen van de Amsterdamse bank met 500 miljoen euro gegroeid tot 3,2 miljard euro. Deels te danken aan het rendement van de aandelenportefeuille.
Deze portefeuille haalde een rendement van 15,5 procent na kosten (1,2 procent + BTW), de obligatieportefeuille 0,2 procent. De mixportefeuille haalde een netto rendement van 8,1 procent.
Ter vergelijking: de vijf Nederlandse grootbanken haalden voor hun neutrale beheerportefeuille netto rendementen van 1,5 tot 4,6 procent.
Aandelen-positionering
Wat Bank ten Cate & Cie in 2020 heeft geholpen, is de positionering binnen de aandelenportefeuilles. Eind april stonden die portefeuilles er al goed voor, dankzij de voorkeur voor ICT, healthcare en consumentengoederen en het niet-belegd zijn in luchtvaartmaatschappijen, banken, olie- en energiebedrijven en de reisbranche.
‘Het is niet zozeer dan we corona zagen aankomen’, blikt Reinier Westeneng nu terug op het volledige jaar. ‘In ieder geval niet de impact ervan’, aldus de directievoorzitter. ‘Wel geloven we al heel lang in de trend van digitalisering, waardoor we veel aandelen in portefeuille hebben die daarvan profiteren. Die trend heeft ons in 2020 geen windeieren gelegd.’
Bluechips
Over de precieze invulling van de portefeuille beslist een strategisch comité van zeven mannen en vrouwen. Een sterke voorkeur ligt bij bluechips, omdat deze grote internationale bedrijven bewezen hebben in tijden van economische neergang overeind te blijven. Bovendien helpt het de portefeuille meteen aan internationale exposure en is deze daardoor minder afhankelijk van een bepaalde economie.
Dat het aantal bedrijven dat voldoet aan die eis overzichtelijk is, helpt de relatief kleine bank bij het zelf beheren van de portefeuilles. ‘Daarbij worden we geholpen door de research die we inkopen. We geven veel geld uit aan externe research, ook macro-economisch en sector-specifiek’, vertelt Westeneng.
Ook in obligaties belegt de bank individueel. ‘We vinden het belangrijk dat onze klanten kunnen zien waarin we beleggen’, zeggen hij en Haanappel. ‘Als je in een tracker of fonds belegt, heb je geen idee wat erin zit en loop je het risico overlappende fondsen in portefeuille te hebben. Dat voorkom je met individuele beleggingen. Ook kun je dan beter sturen op de kosten.’
‘Alternatieven al snel te complex’
Hoe zit dat dan met vastgoed, alternatieven? Westeneng: ‘Alternatief suggereert dat het om heel bijzondere producten gaat, maar wij beleggen niet in complexe producten. Voor ons is alternatief alles wat geen aandeel of obligatie is. Dat kan bijvoorbeeld een mixfonds zijn, en in het verleden belegden we een tijdje in een goudtracker.’
‘We gaan heus niet voorbij aan trends als private debt en private equity, in een aantal portefeuilles hebben we wel private equity. Maar wij vinden het belangrijk dat een belegging liquide is. Daarom beleggen we het overgrote deel van het vermogen - zo niet alles - in aandelen en obligaties.’
Dat is dan ook het uitgangspunt van Egbert Ten Cate: “Keep it simple”. ‘Waarom moeilijk doen, als het makkelijk kan’, vertalen Westeneng en Haanappel. De bank heeft 60 medewerkers, waarvan 32 private bankers, en werkt uiterst plat: tussen de drie directieleden en de rest van de werknemers, zit geen enkele managementlaag. Iedere private banker bedient maximaal 80 familieclusters.
Wekelijks sollicitaties
De bank wil autonoom verder groeien en doet dat op een rustig tempo, met zo af en toe de toevoeging van een nieuwe private banker. Het aanbod daarvan is groot volgens Haanappel, die wekelijks benaderd wordt door private bankers van andere partijen die een open sollicitatie willen sturen.
Maar een groei van twee bankers per jaar is snel genoeg, vinden de directeuren. Over de omvang met oog op toegenomen kosten en werkzaamheden rondom nieuwe regelgeving als Mifid II en SFDR: ‘Wij hebben een omvang die groot genoeg is om mensen hiervoor vrij te maken, en kunnen tegelijkertijd snel opereren en op marktomstandigheden reageren doordat we óók weer niet zo groot zijn dat we log zijn.’
Westeneng: ‘De familie Ten Cate heeft zich gecommitteerd aan deze bank. Die wil dat bij deze bank gezonde groei en continuïteit gewaarborgd blijft. Dat zie je op allerlei manieren terug, zoals in het beleggingsbeleid en bij het aannemen van private bankers.’
Haanappel: ‘We doen veel dingen niet, bieden veel producten niet aan. Focus, focus, focus.’ Westeneng: ‘Heel belangrijk dat we onze eigen koers varen. We laten ons niet van de wijs brengen door de waan van de dag. Onze doelstelling is om de beste private bank van Nederland te zijn.’