Overheden blijven zich committeren aan net zero, en we staan nog maar aan het begin van de energietransitie. Wind- en zonne-energie en e-mobiliteit zijn aantrekkelijke groeimarkten voor beleggers.
Dat zegt Colm O’Connor, portfolio manager van het KBI Global Energy Transition Fund, in gesprek met Investment Officer. De grote investeringen in schone energie hebben beleggers in de voorbije jaren weinig opgeleverd. De Wilderhill New Energy Global Innovation Index, de benchmark van het fonds, is in de voorbije drie jaar gehalveerd.
Het fonds (IE00BKLH2363) deed het een stuk beter en is ongeveer gelijk gebleven. Wie bij de fondslancering eind oktober 2019 instapte boekte een jaarlijks rendement van gemiddeld 14,1 procent, tegen 3,3 procent voor de benchmark. ‘De magere laatste jaren moet je in het perspectief zien van de koersverdubbeling van de index in 2020’, zegt O’Connor. Toen stroomde er veel geld naar de sector, nadat overheden massale investeringen in de energietransitie aankondigden. ‘Dat zorgde voor speculatie op de beurs en te hoge waarderingen in sommige marktsegmenten zoals waterstof, batterij-opslag en e-mobiliteit.’
Juist deze segmenten kenden in de jaren daarna weer een forse uitstroom van beleggersgeld en presteerden bijzonder slecht op de beurs. ‘Een markt als waterstof is in dit vroege stadium nog afhankelijk van externe financiering en subsidies. Dat maakt het speculatief, zeker wanneer de groeiverwachtingen niet uitkomen en de rente stijgt. Wij hebben echter geen blootstelling aan de waterstofmarkt en andere speculatieve marktsegmenten.’
Wind- en zonne-energie
Juist door te spreiden over sectoren, stijlen en regio’s heeft het fonds de benchmark ver achter zich gelaten, vertelt O’Connor. ‘We richten ons op kwaliteitsbedrijven en willen niet teveel betalen voor groeiaandelen, waardoor we de meeste, slecht presterende aandelen hebben vermeden.’ Met een aandeel van 50 procent is energie-efficiëntie het grootste thema binnen de portefeuille.
Daarnaast zijn nutsbedrijven en hernieuwbare energie de belangrijkste sectoren voor het fonds. In de nutssector gaat het zowel om energieproducenten als bedrijven die zich richten op de netwerken en distributie. Dit zijn volgens O’Connor bedrijven met een defensief profiel en een hoog dividendrendement.
Hernieuwbare energie is de snelst groeiende markt. ‘Hier beleggen we in biomassa en technologieën die de integratie van hernieuwbare energie vergemakkelijken of energie efficiënter gebruiken, maar de beste groeikansen zien we in wind- en zonne-energie.
Beide zijn sterke groeimarkten, waarbij de windmarkt vooral gericht is op industriële eindmarkten en zonne-energie op de technologiemarkten. Dat levert dus enige diversificatie op.’ Bedrijven in de hele waardeketen staan op de radar van het team, waaronder producenten van stroom-omvormers en turbines, installatie-schepen en zonne-energiesystemen voor huiseigenaren.
Offshore wind heeft ook een lastige periode achter de rug door de gestegen rente, hoge kosteninflatie en knelpunten in de toeleveringsketen. Maar de tegenwind gaat volgens O’Connor liggen. ‘Kapitaalkosten en inflatie komen weer omlaag en de gegarandeerde stroomprijs op nieuwe veilingen in bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk ligt veel hoger dan in het verleden.’
Ondertussen zijn de waarderingen in de offshore windsector significant gedaald. ‘Een van de marktleiders in offshore windenergie noteerde een paar jaar geleden nog tegen ruim twintig keer het bruto bedrijfsresultaat, nu is dat circa zeven. Wij denken dat de operationele problemen voorbij zijn en kijken weer positiever tegen het aandeel aan.’
Chinees concurrentievoordeel
De fondsmanager blijft ook positief over de vraag naar elektrische auto’s op langetermijn. In de VS en Europa zijn de verkopen ingezakt, maar in China blijft de groei spectaculair en stekkerwagens hebben hier al een marktaandeel van 50 procent, zegt O’Connor.
De problemen in het westen zijn volgens hem tijdelijk en hebben betrekking op zorgen over de actieradius en de nog gebrekkige laadinfrastructuur. ‘Fabrikanten komen met meer modellen op de markt en de accu’s worden goedkoper en efficiënter. Wij blijven daarom enthousiast over de markt voor elektrisch rijden en zijn van mening dat beleggers te negatief zijn. De gedaalde koersen leveren een aantrekkelijk instapmoment op.’
Een van de aandelen waar O’Connor enthousiast over is, is een toonaangevende Chinese fabrikant van elektrische voertuigen. ‘Dit bedrijf heeft Tesla als mondiaal marktleider van de troon gestoten en vergroot zijn marktaandeel in opkomende landen in Zuidoost-Azië en Latijns-Amerika. Door de eigen batterijproductie heeft dit bedrijf een concurrentievoordeel.’
De portefeuille noteert tegen ruim twintig keer de verwachte winst en dat is een kleine premie vergeleken met de wereldindex. ‘Die premie is onveranderd vergeleken met pre-corona en is volgens ons gerechtvaardigd gezien de betere voorspelbaarheid van de winsten. We staan nog maar aan het begin van de energietransitie, terwijl overheden in de voorbije jaren zich nadrukkelijk hebben gecommitteerd aan de net zero klimaatdoelstellingen.’