De grootbanken hebben dezelfde allocatiepuzzel op te lossen. Zij keren zich steeds meer af van veilige staatsobligaties en liquiditeiten om meer risicovolle alternatieven op te zoeken.
Traditiegetrouw schudden de banken de beleggingsmix die ze klanten adviseren ieder nieuw kwartaal op. Fondsnieuws zet de modelportefeuilles voor klanten met een gemiddeld risicoprofiel op een rij.
‘Cash levert zo weinig op’, motiveert econoom en beleggingsstrateeg Ben Steinebach de aanpassingen in de wegingenmatrix van private bank ABN Amro MeesPierson. In de modelportefeuille voor klanten met een gemengd profiel is daarom in april een deel van de aangehouden liquiditeiten omgezet in een verdubbeling van de weging naar vastgoed.
Het maakt nu 6% van de portefeuille uit, tegen eerder 3%. Toen de onzekerheid nog groot was, werd de positie liquiditeiten opgevoerd naar 13%, maar deze is inmiddels terug op 10%, al is dit is nog altijd meer dan het standaardgewicht.
Dankzij de stabiele stroom huurinkomsten wordt vastgoed vaak gezien als substituut voor obligaties. Daarbij profiteert vastgoed van een opgaande economie als dit zich vertaalt in een stijgende marktwaarde voor gebouwen. Dit en het feit dat er doorgaans een opslag op de rente voor staatspapier geldt, zou vastgoed bovendien minder rentegevoelig maken.
Rabobank onderweegt liquiditeiten ten opzichte van de eigen strategische mix. En ING adviseert beleggers überhaupt geen voor belegging beschikbare middelen in liquide vorm aan te houden.
Meer risico
De banken zijn verder eensgezind in hun afkeer van obligaties, en dan met name staatspapier van de landen die in tijden van crisis als ‘veilige haven’ worden gezien. Investment manager Simon Wiersma van ING wijst erop dat Amerikaanse en Duitse staatsobligaties recentelijk weer profiteerden van hun veilige status. Het rendement op de Duitse Bund kwam op 1,5%.
Naast bedrijfsobligaties, schulden van opkomende markten en hoogrentende obligaties, houdt ING een voorkeur voor obligaties uit de periferie. Ook al daalde het rendement op Zuid-Europees staatspapier nog harder dan dat op Noord-Europees, de huidige 3% steekt gunstig af ‘ook als de obligatiekoersen niet veel verder stijgen’.
ABN Amro’s Steinebach ziet een eventueel obligatieopkoopprogramma van de ECB, zelfs als het er komt, niet als een compensatie voor de afbouw van de stimulering door de Fed. Rabobank stelt dat nog maar een begin is gemaakt met de draai uit obligaties richting aandelen.
Aandelen worden door alle grootbanken overwogen. Zonder uitzondering adviseren ze vooral in te zetten op het herstel in Europa. ABN Amro en Rabobank beleggen meer in de Europese dan in de grotere Amerikaanse aandelenmarkt. ING zoekt de blootstelling aan vastgoed via een accent op aandelen in deze sector.
Het opschuiven van de banken naar meer risico komt ook tot uitdrukking in de verhouding van zakelijke waarden (zoals aandelen en vastgoed) tot vastrentende waarden (obligaties en liquiditeiten). Waar een verhouding onder de 1 als behoudend geldt, staat Rabobank op 1,11, zit ABN Amro op 1,13 en komt ING uit op 1,17.
Dit artikel is verschenen in het Fondsnieuws-magazine van mei.