‘Het is niet vijf voor twaalf, maar één voor twaalf’, zegt Detlef van Vuuren, één van de Nederlandse wetenschappers die meewerkte aan het nieuwste rapport van het klimaatbureau van de VN, het IPCC.
Volgens het maandag gepresenteerde rapport moeten landen drie tot zes keer zoveel investeren in maatregelen om broeikasgassen te reduceren dan nu is afgesproken. Als dat niet gebeurd, dan raken de klimaatdoelen ver uit zicht. Dat is de alarmerende boodschap van de Verenigde Naties.
‘Het pad om opwarming van de aarde te beperken tot 1.5°C is bijzonder nauw’, aldus Van Vuuren tegenover het FD. De IPCC-rapporten gelden internationaal als belangrijkste wetenschappelijke bron, waarop landen hun klimaatbeleid baseren.
Kosten voor duurzame technieken fors gedaald
Het afgelopen decennium zijn de kosten voor duurzame technieken veel sneller gezakt dan wetenschappers eerder voorspelden, concludeert het rapport. Zo zakten de kosten voor zonnepanelen en batterijen voor elektrische auto’s met 85 procent en windturbines zijn nu gemiddeld 55 procent goedkoper dan in 2010. Op veel plekken ter wereld is elektriciteit uit zon en wind nu goedkoper dan stroom uit fossiele brandstoffen als steenkool.
Desondanks is er volgens wetenschappers veel meer inspanning en geld nodig om de opwarming van de aarde beperkt te houden tot 2°C . ‘Er is wereldwijd voldoende kapitaal beschikbaar om dit gat in benodigde investeringen te dichten. Het vraagt om scherp klimaatbeleid van regeringen’, aldus het IPCC.
Niet alleen staten, ook bedrijven en financiële dienstverleners staan onder toenemende druk om meer te doen. Zo stelt consultant Profundo, die al 15 jaar geleden is begonnen met het evalueren van het klimaatbeleid van internationale banken, dat ze de fossiele sector financieel blijven steunen. ‘We deden dit voor banken in verschillende landen, twee van de eerste waren Canada en Nederland’, stelt Jan Willem van Gelder, director van Profundo.
‘Banken produceren veel witte ruis’
‘Sommige dingen zijn sindsdien veranderd, maar de constante factor in deze 15 jaar is dat banken onze berekeningen en beoordelingen in diskrediet brachten, door te beweren dat de eisen van NGO’s onrealistisch waren en dat ze meer dan genoeg deden om klimaatverandering te beperken. En dat bankregulatoren niet echt aandacht besteedden aan al onze analyses’, stelt van Gelder.
Hij wijst er echter op dat sinds enkele weken de wind guurder is geworden voor marktpartijen. Zo heeft de Europese Centrale Bank een scherp rapport gepubliceerd. Uit die analyse blijkt dat vrijwel geen van de banken alle basisinformatie over klimaat-gerelateerde en milieurisico’s openbaar maakt, waarmee voldaan zou worden aan alle verwachtingen van de ECB. ‘Maar liefst 45 procent van de bekendmakingen van de banken werd zelfs als onvoldoende beoordeeld, zowel vanuit het oogpunt van de inhoud als van de onderbouwing’, zo stelt Profundo op basis van het ECB- rapport.
‘Banken produceren veel witte ruis en geen echte inhoud over klimaatverandering’, merkte bestuurslid Frank Elderson van de ECB in een toelichting op het rapport op.
The Finance & Climate Change, influence map 2022, dat recent verschenen is, onderstreept de kritiek van de ECB. ‘Financiële instellingen (FI’s) blijven een groot gebrek vertonen aan zinvolle kortetermijnactie met het oog op de klimaatcrisis, ondanks het feit dat er sprake is van een toename van klimaatdoelstellingen op lange termijn en vrijwillige klimaat-gerelateerde rapportage door deze groepen.’
Dit blijkt volgens het onderzoek ondermeer uit het lidmaatschap van brancheorganisaties waarbij die instellingen zijn aangesloten en die zich verzetten tegen pogingen van beleidsmakers om een duurzaam financieringsbeleid te voeren. Ook blijkt het uit de aanhoudende en aanzienlijke financiering van waardeketens van fossiele brandstoffen en uit het ontbreken van routekaarten op korte termijn om hun langetermijndoelstellingen te halen.
Hoewel 29 van de 30 beoordeelde financiële groepen klimaatdoelstellingen voor 2050 hebben vastgesteld in lijn met het initiatief van de Glasgow Financial Alliance for Net Zero (GFANZ), blijven alle 30 FI’s lid van financiële brancheverenigingen die zich verzetten tegen opkomend duurzaam financieringsbeleid, waaronder eisen inzake openbaarmaking van de financiële sector in de EU en eisen om ESG in aanmerking te nemen als onderdeel van investeringstaken in de VS.
Bovendien zijn 15 van de 30 banken lid van brancheorganisaties die rechtstreeks hebben gelobbyd voor de belangen van fossiele brandstoffen, waaronder de Amerikaanse Kamer van Koophandel en de American Gas Association, aldus de onderzoekers. Een klein aantal financiële instellingen, vooral BNP Paribas, AXA en Allianz, gaat tegen de trends in en neemt met ambitieuze standpunten deel aan het beleid van duurzame financiering.
De 30 beoordeelde FI’s maakten in 2020 en 2021 cumulatief ten minste 740 miljard dollar aan primaire financiering mogelijk voor de waardeketen voor de productie van fossiele brandstoffen, wat overeenkomt met 7 procent van hun totale primaire financiering in deze periode.
Deze financiering staat in schril contrast met de wetenschappelijk onderbouwde richtsnoeren van de Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering (IPCC) en het Internationaal Energieagentschap (IEA), die duidelijk maken dat de exploratie en productie van steenkool, olie en gas snel moeten worden teruggeschroefd en dat de mondiale emissies tegen 2030 moeten zijn gehalveerd. De grootste financier van fossiele brandstoffen was J.P. Morgan met 81 miljard dollar in 2020-2021.
Het is onduidelijk of en hoe de instellingen van plan zijn deze verschillen aan te pakken, aangezien slechts 11 financiële instellingen doelstellingen hebben vastgesteld voor meerdere sectoren en de klimaatgerelateerde rapportage door financiële instellingen over de hele linie aanzienlijke hiaten vertoont. Slechts 7 van de 30 financiële instellingen hebben exitplannen voor thermische kolen opgesteld in overeenstemming met de 1,5°C-richtsnoeren van het IPCC, terwijl alleen Barclays, BNP Paribas, ING en Société Générale hebben toegezegd hun blootstelling aan olie en gas tegen 2025 te verminderen.
Het blijft waarschijnlijk dat de financiële sector activiteiten in de reële economie mogelijk zal blijven maken die niet zijn afgestemd op 1,5 °C-klimaatscenario’s, zolang ze op korte termijn juridisch en economisch haalbaar blijven. Het is ook waarschijnlijk dat de financiële sector als geheel zal blijven achterlopen op het gebied van concrete klimaatmaatregelen. Tegelijkertijd blijven het noodzakelijke bindende klimaatbeleid en de noodzakelijke bindende klimaatregelgeving ontbreken. De sector blijft zich volgens het rapport tegen regelgeving verzetten.
Canada komt met fors aangescherpte kapitaaleisen
Profundo onderschrijft dat er een verschil is tussen droom en daad. Zo kondigde volgens de consultant de Nederlandse grootbank ING aan te stoppen met het financieren van nieuwe fossiele brandstofprojecten. ‘In oktober 2021 publiceerde de Eerlijke Geldwijzer onze berekening dat van de 9,1 miljard euro aan leningen en acceptatiediensten die ING in de periode 2018-2020 aan de energiesector heeft verstrekt, 75 procent was toe te schrijven aan fossiele brandstoffen en slechts 25 procent aan hernieuwbare energie’, aldus van Gelder van Profundo.
Maar hij wijst erop dat de autoriteiten in diverse landen de maatregelen en eisen aan de financiële sector nu versneld aanscherpen. Een voorbeeld daarvan is Canada dat de kapitaaleisen voor klimaatrisico’s in de narionale wetgeving heeft aangescherpt. Dart gebeurt inclusief een risicogewicht van 1250 procent voor nieuwe posities in fossiele brandstoffen en een risicogewicht van 150 procent voor alle andere posities in fossiele brandstoffen.
Profundo wijst erop dat uit het laatste IPCC-rapport naar voren komt dat als gevolg van klimaatveranderingen de bestaansmiddelen van miljarden mensen bedreigd wordt. ‘Nu banken en financiële regelgevers eindelijk beginnen in te zien dat de banksector een cruciale rol spelen heeft in het versnellen van de wereldwijde energietransitie, is er geen tijd meer te verliezen. Laten we hopen dat de Europese Unie en andere grote financiële markten over de hele wereld het Canadese voorbeeld zullen volgen en banken zullen dwingen om zo snel mogelijk uit de fossiele brandstoffen te stappen’, aldus van Gelder in een reactie.
Beleid heeft effect, maar niet genoeg
Nam de uitstoot de eerste tien jaar van deze eeuw jaarlijks met 2,1 procent toe, de laatste tien jaar is dat gezakt naar 1,3 procent per jaar, zegt het IPCC. Volgens Van Vuuren laat die conclusie zien dat het klimaatbeleid van landen effect heeft, maar het is niet genoeg. Emissies moeten niet langzamer groeien, maar zakken om ernstige klimaatverandering tegen te gaan, zegt de klimaatwetenschapper. Voor 2025 moeten wereldwijde emissies dalen wil de opwarming van de aarde onder de 1,5°C blijven, stelt het IPCC.
Afgelopen zomer stond in het eerste deelrapport dat de aarde tot nu met ruim 1°C is opgewarmd en dat dit nu al heeft geleid tot ernstige klimaatverandering met hittegolven en overstromingen. Het tweede deelrapport verscheen vlak na de inval van Rusland in Oekraïne begin februari en concludeerde dat de opwarming het leven op aarde steeds meer bedreigt.
Het derde deel, dat maandag is gepubliceerd, gaat over oplossingen voor de klimaatcrisis, zegt Heleen de Coninck, die ook meewerkte en klimaatwetenschapper aan de Technische Universiteit Eindhoven is. ‘Er zijn snel grote veranderingen nodig; van een schoner energiesysteem tot verandering van menselijk gedrag. De wetenschap is nog nooit zo duidelijk geweest over wat er nodig is om klimaatdoelen te halen. De grote uitdaging is dat landen beleid ook uit gaan voeren,’ zei ze dinsdag tegenover het FD.
In 2015 spraken landen op de VN-klimaattop in Parijs af om de opwarming van de aarde te beperken tot ver onder de 2°C en te streven naar een maximale opwarming van 1,5°C . Maar op de klimaattop in Glasgow afgelopen november werden slecht mondjesmaat stappen gezet om meer broeikasgassen te reduceren.
Gerelateerde artikelen op Investment Officer: