Steeds vaker besluiten asset managers om op bestaande beleggingsfondsen het etiket ‘duurzaam’ of ‘ESG’ te plakken, in plaats van een nieuw fonds te lanceren. Alleen al in het derde kwartaal van 2020 telde Morningstar 32 van zulke rebrands.
Van alle duurzame fondsen die dit jaar werden opgericht, is volgens de dataleverancier maar liefst een derde een bestaand fonds dat een nieuw duurzaamheidsetiket heeft gekregen. Volgens Morningstar-analist Elizabeth Stuart hebben beleggingshuizen over het algemeen twee redenen om fondsen om te katten.
‘Soms wordt een bestaand fonds om logistieke redenen gebruikt om een vernieuwd fonds te huisvesten. Op die manier kunnen asset managers zich de moeite besparen om een geheel nieuw fonds op te richten’, aldus Stuart.
‘Maar in sommige gevallen veranderen asset managers de naam van een fonds puur en alleen vanwege marketingdoeleinden zonder de structuur of de beleggingsfilosofie van het fonds aan te passen.’
Soms lijken allebei deze overwegingen een rol te spelen, zoals in het geval van DWS. Dat is volgens Morningstar koploper in ESG rebranding. Maar liefst 40 procent van de 28 duurzame fondsen van de Duitse assetmanager zijn van origine niet-duurzame fondsen. DWS zegt te kiezen voor deze benadering om ‘kannibalisering’ van haar bestaande fondsen, die had kunnen optreden als gekozen was voor het starten van een geheel nieuw fonds, te voorkomen.
In totaal telde Morningstar in de 10 jaar tot en met september 2020 648 beleggingsfondsen die een metamorfose tot een duurzaam fonds hebben ondergaan. En de trend zet ook dit kwartaal onverminderd voort. Zo voegde het Columbia Threadneedle Pan European Equities Fund in november het acronym ‘ESG’ toe aan de naam van het sinds 1998 bestaande fonds.
Sluitstuk
Dit was het sluitstuk van een jarenlang proces om ESG-criteria in het fondsmanagement te integreren, vertelt beheerder Ann Steele in gesprek met Fondsnieuws. ‘In 2016 realiseerde we ons bij Columbia Threadneedle dat ESG “the way forward” was en hebben we een speciaal team voor verantwoord beleggen opgericht. Vanaf dat moment zijn we ook rekening gaan houden met niet-financiële aspecten in ons beleggingsproces.’
Dit heeft volgens Steele geresulteerd in een geleidelijke aanpassing van de beleggingsportefeuille. Zo werd in 2017 Ryanair verkocht vanwege de slechte behandeling van het personeel. ‘We hebben toen verschillende keren met CEO David O’Leary gesproken, maar het was hem niet aan het verstand te brengen dat hij de rechten van werknemers op een goede manier moest waarborgen.’
Steele geeft nog een voorbeeld. ‘Vorig jaar hebben we de farmaceut Novartis verkocht omdat ze te maken hadden met corruptie in Griekenland en daar onvoldoende aan deden. Uiteindelijk raakte ons geduld op en hebben we het bedrijf ingeruild voor Roche, dat zulke problemen niet kent.’
Maar de belangrijkste verandering in de portefeuille ten opzichte van een paar jaar terug is dat het fonds nu nauwelijks meer in de energiesector belegt. ‘Het enige oliebedrijf waar we nog in beleggen is Neste, maar dat is vooral groot in biobrandstoffen.’ Het Finse bedrijf haalt het leeuwendeel van haar winst uit de productie van biodiesel. De positie in Shell is dit jaar verkocht. ‘We vinden dat ze te langzaam de overstap naar hernieuwbare energie maken.’
Geen impactfonds
Dit betekent trouwens niet dat het fonds nu fossiele energiebedrijven uitsluit. De uitsluitingslijst die het fonds hanteert is met tabaksproducenten, steenkool, nucleaire energie, wapens en bedrijven die de UN Global Compact schenden beperkt. ‘We zijn geen impactfonds, en hebben een lighter touch’, aldus Steele, die ook belegt in private-equitybedrijf 3i, de eigenaar van discountketen Action. De benchmark van het fonds is dan ook niet gewijzigd, en is nog steeds de MSCI Europe. ‘We willen ons niet alleen vergelijken met duurzame fondsen, maar met alle Europese aandelenfondsen.’
Toch wil Steele wel degelijk een ESG-label (zoals dat van Luxflag, of het Franse Greenfin label, red) hebben. ‘Zeker ons salesteam zou dat graag zien, en zij zijn hier mee bezig. Klanten vragen hier ook regelmatig naar.’
Want dat duurzame fondsen ‘hot’ zijn, dat heeft Steele ook gemerkt. Hoewel de facto niets aan de portefeuille is veranderd na de rebrand, heeft het 276 miljoen euro grote fonds direct na het toevoegen van ‘ESG’ aan de naam een forse instroom mogen verwelkomen. ‘Het beheerd vermogen van ons fonds is in een maand met meer dan 72 miljoen euro gestegen, met name door bestaande klanten. Anderen hebben ons laten weten dat ze ons een tijdje gaan volgen, en dan mogelijk willen investeren.’