‘Small- en midcap aandelen bleven recent achter qua performance. Een rentedaling zou steun bieden aan aandelen en zeker aan small- en midcaps in het bijzonder’, zegt Rik Dhoest, medebeheerder van het Nagelmackers Small & Midcap fonds.
Dit jaar werd het beleggingsnieuws gedomineerd door verhalen over de grote en ultragrote aandelen, zoals de veelbesproken “Magnificent Seven”. ‘Small- en midcap aandelen hadden het de laatste jaren wat moeilijker. Maar de afgelopen vijf jaar behaalden we toch een rendement rond de 6,5 procent. Daarbij moet wel de kanttekening gemaakt worden dat het ging om een hobbelig parcours, met de nodige volatiliteit’, blikt Dhoest terug.
Gevraagd naar hoe hij terugkijkt op de genomen beslissingen dit jaar, is hij eerder positief gestemd. ‘Er was vrij veel volatiliteit, maar we zijn hoofdzakelijk op onze aandelen blijven zitten. Ik denk niet als een trader, als je gelooft in een bedrijf dan blijf je gewoon in het aandeel zitten. We blijven uitgaan van het principe: “let your profits run”.’
Verder merkt hij op dat er weinig kneusjes of grote tegenvallers waren bij de gekozen aandelen. ‘Je hebt altijd wel wat tegenvallers, zoals de vastgoedaandelen dit jaar. Maar het ging dan steeds om kleine posities. Anderzijds hebben we sterk ingezet op technologische trends en meer specifiek op halfgeleiders. Dat gaf onze performance dit jaar een boost.’
Make small- and midcaps great again!
Dhoest is positief gestemd over de vooruitzichten voor small- en midcap aandelen in 2024. Hij wijst er op dat kleine bedrijven sneller groeien dan hun grotere tegenhangers. ‘Als je dan ziet dat de lange rente wat gaat dalen, dan weet je dat dit een steun vormt voor aandelen in het algemeen en zeker voor smallcaps in het bijzonder. Op een bepaald moment zal men de rente toch terug moeten verlagen om de economie aan te zwengelen.’
Het moment waarop de economie terug begint aan te trekken is de sweet spot voor small- en midcap aandelen. ‘Kleine(re) aandelen zullen sterker kunnen profiteren van dat momentum en weer worden opgepikt door beleggers.’ Dhoest wijst nog op het feit dat de groei bij kleinere aandelen aantrekkelijk is. ‘Die bedraagt zowat het dubbele als bij large caps, bovendien ligt het dividendrendement hoger.’
Te negatief beeld
Dhoest hamert er keer op keer op dat de beeldvorming over kleine aandelen te negatief is. ‘Ja, het liquiditeitsaspect is een belangrijke factor. Dat heb ik zelf meermaals onderschreven. Ook het ESG-aspect vormt soms een uitdaging bij small caps, vaak zijn er niet genoeg data over beschikbaar.’ Bovendien worden veel aandelen na een tijdje te groot, waardoor ze uit de small- en midcap indexen verdwijnen. ‘Dan mogen we ze wel aanhouden, maar niet meer bijkopen. Dat is vervelend, maar als we geloven in het bedrijf dan blijven we die positie behouden. We trimmen enkel minimaal bij om binnen de limieten te blijven.’
Daarom moet men volgens de fondsbeheerder vermijden de fout te maken om in al te kleine aandelen te beleggen. ‘Bij de opstart van ons fonds belegden we nog in bedrijven als Van de Velde en Jensen. Maar die aandelen zijn te illiquide om in een fonds goed te kunnen werken.’ Er is volgens Dhoest een overdreven groot gat in waardering tussen ‘de superkleintjes’ onder de smallcap en de rest van het universum. ‘Dat gat zal volgens mij niet meer gedicht worden, daarvoor is het gebrek aan liquiditeit te groot. Zeer kleine aandelen kunnen aantrekkelijk lijken, maar een valkuil zijn omdat je er maar moeilijk in- of uit kan stappen.’
Dhoest wijst er op dat dit soort uitdagingen zich vooral voordoen bij kleinere aandelen, met een marktwaarde onder de 500 miljoen euro. ‘Dat wil niet zeggen dat er boven die grens niet enorm veel interessante aandelen bestaan om in te beleggen.’ Bij deze kansen hoort vaak wat bijkomende volatiliteit. ‘Daarom proberen wij niet in te spelen op de grillen en schokken van de markt. We gaan voor bedrijven waar we op lang termijn in geloven. Als we bepaalde ideeën hebben, dan blijven we zitten en zweten we die moeilijke periodes uit. Daarbij hebben we een voorkeur voor groeiaandelen tegen een redelijke prijs’, besluit Dhoest.