China bevindt zich in een waterkolk tussen Scylla en Charybdis. Het zit vast in een eindeloze vastgoedrecessie, terwijl niemand meer in het land wil investeren. En Fed-voorzitter Powell heeft het leven van Chinese beleidsmakers nog lastiger gemaakt. Mocht devaluatie van de Chinese munt worden ingezet, maak dan vooral ook buiten China de stoelriemen goed vast.
De Chinese huizenprijzen zijn in 29 van de laatste 32 maanden gedaald. Dat is gigantisch. Ter vergelijking: in Nederland gingen de huizenprijzen tussen augustus 2022 en april 2023 in acht van de negen maanden omlaag, om vervolgens weer omhoog te schieten. En toen was ‘het huis’ al te klein.
Die Chinese vastgoedrecessie zorgt voor heel veel problemen. De Chinese welvaart neemt af, aangezien vastgoed het beleggingsobject bij uitstek was. Van ellende zijn de Chinezen daarom maar goud gaan kopen. Local Government Financing Vehicles (LGFVs), die echt tjokvol schuld zitten, verkopen geen land meer voor constructie en zijn dus hun belangrijkste bron van inkomsten kwijt. En vastgoedontwikkelaars staan massaal op omvallen.
Gelukkig is er altijd hetzelfde wondermiddel dat alle (schuldgerelateerde) problemen verdooft: een lagere rente. En dat is dan ook waar zo’n beetje elke econoom op zit te wachten. Maar desondanks besloot de Chinese centrale bank de rente niet te verlagen.
Issues
Waarom niet? Omdat er legio redenen zijn om te verwachten dat nog lagere rentes (de 10-jaarsrente ligt in China op 2,22 procent) mogelijk nog grotere problemen veroorzaken. Ten eerste leiden die lagere rentes tot verdere schuldengroei, waarmee vastgoed- en LGFV-problemen naar de toekomst worden geschoven. Echter, na Moody’s heeft onlangs ook Fitch China een tik op de vingers gegeven omdat de schuldenopbouw te omvangrijk is en te snel gaat.
Ten tweede zou een lagere rente nog meer druk zetten op de Chinese valuta. En dat kunnen de Chinese beleidsmakers niet gebruiken, aangezien de interesse om in ‘het land van het midden’ te investeren sterk is afgenomen. Foreign Direct Investment laat maar één trend zien: omlaag.
Powell Pivot
Overigens is de druk op de Chinese munt al flink opgelopen doordat stevige inflatietegenvallers de Federal Reserve hebben gedwongen hun voornemen om de rente snel te verlagen in de ijskast te zetten. In onderstaand figuur staat de ontwikkeling van de US Dollar Index afgezet tegen de US dollar versus de Chinese Yuan. Waar de Powell-pivot de dollar omhoog liet schieten, is de appreciatie ten opzichte van de Chinese yuan verdacht beperkt.
https://lh7-us.googleusercontent.com/SnOdHA2rnsT7AZJy1K82BECM_bKoT56imM…” width=”602” />
Riemen vast
Nu geldt ten aanzien van het verwachten van een devaluatie van de Chinese munt een duidelijk ‘be careful what you wish for’. Een devaluatie zorgt voor een schok voor veel economieën in de regio’s die hun munt direct of indirect hebben gekoppeld aan die van China. Bovendien zorgt het ook voor een schokmoment in de relatieve concurrentiepositie van China, Japan en Zuid-Korea. Grondstoffen worden flink duurder, hetgeen verder op de Chinese groei drukt. En zo zorgt die devaluatie voor een rimpeleffect dat overal ter wereld te voelen is.
Nu roepen wel meer mensen dit zonder enige onderbouwing. Daarom bovenstaande grafiek. Dat laat de negatieve correlatie zien tussen de dollar/yen-koers en de MSCI World Index enerzijds, en de dollar/yen-koers en de Emerging Markets Index anderzijds. Een verzwakking van de Chinese munt gaat in de regel gepaard met lagere aandelenkoersen.
En China? Dat zal moeten kiezen tussen een sneller herstel in de vastgoedsector en daarmee de binnenlandse economie of het niet verder afbrokkelen van aantrekkelijkheid als internationale investeringsbestemming.
Jeroen Blokland is oprichter en manager van het Blokland Smart Multi-Asset Fund en oprichter van True Insights, een platform dat onafhankelijke multi-asset beleggingsresearch levert. Blokland was daarvoor hoofd multi-assets bij Robeco. Zijn column verschijnt elke donderdag op Investment Officer.