Ook stuurt China aan op een “Dual Circulation Economy” oftewel de dubbele omloop economie. ‘Om dat te voorkomen dat het land afhankelijk wordt van de VS rolt het een strategie uit waarbij de binnenlandse consumptie voorrang krijgt terwijl het land openblijft staan voor internationale handel en investeringen. Binnen China zelf bijvoorbeeld haalt de overheid bottlenecks weg die interne competitie kunnen tegenwerken.’
Een derde thema is het “Common Prosperity” beleid, oftewel de bevordering van de gemeenschappelijke welvaart. China wil buitensporige inkomens verlagen en personen en bedrijven met hoge inkomens aanmoedigen om meer terug te geven aan de samenleving. ‘Wat wij in het Westen doorgaans doen is het belasten van inkomen en bezit, voornamelijk van de bovenklasse.
Het is in China veel lastiger om via belastingen geld weg te trekken bij het rijkste gedeelte van de bevolking.
Veel mensen hebben twee of drie huizen maar een laag inkomen. De Chinese overheid moet voorkomen dat door veranderingen in het belastingsysteem mensen hun onroerend goed gaan verkopen, dat zou die hele markt doen instorten.’
Volgens Gatley is het waarschijnlijk dat de Chinese overheid de druk opvoert op bedrijven om de laagstbetaalde werknemers meer inkomen te betalen. Dat doen ze in beginsel door zich te concentreren op flexwerkers zoals bezorgers. In China werken 85 tot 100 miljoen mensen in de “flex-economie” en die werkers krijgen doorgaans minder dan het minimumloon betaald. Aan de andere kant zullen ze investeren in services. Onderwijs, kinderopvang, gezondheidszorg zullen steeds makkelijker en goedkoper bereikbaar worden voor een groter wordende groep Chinezen.
De Chinese overheid is echt bezorgd over de demografische ontwikkeling van het land. Tegenwoordig mag een gezin drie kinderen krijgen maar de bereidheid tot het krijgen van kinderen is aanzienlijk afgenomen. Kinderen krijgen is simpelweg heel duur, en die kosten zitten voornamelijk in de eerdergenoemde services zoals onderwijs, gezondheidszorg et cetera. Logischerwijs spelen zich in die hoek van de markt ook de crackdowns af.
De “veilige” sectoren
Deze maand kondigde Cathie Woods, CEO van Ark Invest, aan haar blootstelling naar Chinese aandelen “drastisch” terug te dringen. Woods noemde als katalysator een reeks ingrijpende wijzigingen in de regelgeving die de Chinese regering tijdens één weekend in juli oplegde aan de online onderwijssector van het land. Volgens haar wees deze maatregel erop dat het streven van de regering naar “gemeenschappelijke welvaart” haar grootste zorg was geworden.
Volgens Catley is het, ondanks dat Woods reactie erg laat is, niet onverstandig om de exposure naar bepaalde sectoren in China terug te brengen. ‘Alle investeerders in dat land willen weten hoe stevig de overheid ingrijpt in die sectoren. Een investeerder moet zich daarom volgens mij het volgende afvragen: welk belang heeft de regering? De gaming industrie is een goed voorbeeld van een sector waar de overheid geen belang bij heeft en dat maakt dat de regering daar een keiharde lijn in kan, en waarschijnlijk zal, trekken.’
‘Veel beleggers denken dat er zogenaamde veilige sectoren bestaan zoals halfgeleiders, elektrische voertuigen en nieuwe energie omdat dit beleidsprioriteiten zijn. Het klopt inderdaad dat de overheid inderdaad specifieke sectoren begunstigd, maar er zijn een aantal problemen. Een belangrijk probleem is dat bedrijven die veel overheidssteun krijgen, te maken hebben met periodische blow-ups. Er zijn bedrijven die, ondanks dat er gigantisch veel geld naartoe stroomt, een totale zwendel blijken zoals de in Wuhan opgerichte chipproducent HSMC. Dat bedrijf had een enorme fabriek en maakte nooit één chip. Zoiets heeft kunnen gebeuren omdat iedere provincie een eigen semiconductor kampioen hebben er te gemakkelijk geld wordt uitgegeven.
Een tweede belangrijk probleem is volgens Gatley dat hoe belangrijker een sector is voor de Chinese overheid, hoe hoger die op de lijst komt te staan van sancties en embargo’s vanuit de VS. ‘Een van de beleidsparels was Hikvision, een producent van beveiligingscamera’s. Die hebben fantastische technologie en een hele berg aan overheidscontracten maar ze kwamen op de Amerikaans zwarte lijst te staan en uit de MSCI gegooid. Investeerders doen er goed aan om de “US government entity list” te blijven volgen om te zien of er meer bedrijven een niet-verhandelbaarheidsstatus krijgen.
Zogenaamde “veilige” sectoren zijn veel duurder dan de bekende internetbedrijven die handelen voor 20 keer de winst met een solide en continue groei, aldus Gatley. ‘De lievelingetjes van de Chinese overheid zijn verkrijgbaar voor maar liefst 60 keer de winst of meer, en in de nabije toekomst gaan die bedrijven geen dividend uitkeren. Al het geld wordt ingezet voor kapitaalinvesteringen, onderzoek en ontwikkeling.’