Om ze beschikbaar te maken voor een breder publiek heeft InsingerGilissen haar duurzame indexfondsen genoteerd aan Euronext.
De fondsen komen hierdoor gemakkelijker beschikbaar voor anderen dan klanten van de bank. Als gevolg van de beursnotering zijn ze nu bijvoorbeeld ook geschikt voor opname in beleggersgiro’s en op execution-only-platforms. Voor eigen klanten beheerde Theodoor Gilissen al duurzame indexstrategieën sinds 1996.
Duurzaam belegd
De bekendmaking van de beursnotering valt niet toevallig samen het eenjarig bestaan van de fusiebank InsingerGilissen. In het kader hiervan tekent CEO Peter Sieradzki binnenkort ook de principes voor duurzaam beleggen van de Verenigde Naties (UN PRI). Dit verplicht de bank onder meer duurzaamheidscriteria mee te nemen bij het nemen van beleggingsbeslissingen en met klanten in gesprek te gaan over duurzaamheid. De asset managementtak van Gilissen had deze principes al in 2012 ondertekend, maar de fusiebank zelf nog niet.
Momenteel wordt 5 miljard van de in totaal 27 miljard aan vermogen onder beheer bij de bank duurzaam belegd. Hiervan zit 4,3 miljard euro in duurzame indexstrategieën, waarvan 1 miljard euro in de duurzame indexfondsen.
Fondsbeoordelaar Morningstar bestempelde InsingerGilissen op basis van deze fondsen onlangs tot het meest duurzame fondshuis van Nederland. De fondsen zijn afkomstig van Theodoor Gilissen. Deze bank was met de strategieën een voorloper in Nederland.
‘Wij beheren institutione indexmandaten sinds 1996’, vertelt directeur Institutional Services Paul Broholm (foto) van InsingerGilissen in een toelichting.
‘In 2003 lanceerde we ons eerste duurzame indexfonds, het wereldwijde fonds. In 2010 volgden ook een Europees en een Noord-Amerikaans duurzaam-indexfonds, omdat sommige klanten behoefte hadden bepaalde regio’s nader aan te zetten.’
Binnen InsingerGilissen worden de fondsen vooral gebruikt in portefeuilles voor pensioenfondsen, stichtingen en verenigingen. ‘Er is veel vraag naar duurzame beleggingsoplossingen. Niet in de laatste plaats onder druk van de toezichthouder. Pensioenfondsen zijn verplicht een duurzaamheidsbeleid te definiëren’, aldus Pim Baljet, van de sectie maatwerkoplossingen voor institutioneel beleggers van InsingerGilissen.
‘Sweet spot ligt tussen 1 en 10 mln’
De bank heeft zelf nadrukkelijk geen ambitie ook direct kleinere klanten te gaan bedienen. ‘Onze sweet spot blijft klanten met een belegbaar vermogen tussen de 1 en 10 miljoen euro.’ De fondsen zullen dus ook niet actief aan klanten met kleinere vermogens gepromoot gaan worden.
Specifiek aan de fondsen is dat zij DowJones Sustainability-indices volgen, wat betekent dat er alleen belegd wordt in de 10 tot 20 procent duurzaamste bedrijven in een sector, vertelt Broholm. De samenstelling is gebaseerd op onderzoek van RobecoSam. Wapens, alcohol, tabak en gokken zijn uitgesloten.
Daarbij komt dat InsingerGilissen, hoewel het om passieve fondsen gaat, ook een actief engagement-beleid heeft. ‘Dit hebben wij uitbesteed aan BMO, omdat je als je meer schaal hebt een grotere vuist kan maken’, zegt Broholm. BMO voert engagement-trajecten over bij elkaar 130 miljard euro aan assets.
De fondsen zijn gevestigd in Nederland, omdat de Nederlandse FBI-structuur om belastingtechnische redenen aantrekkelijk is voor Nederlandse beleggers, al vervalt dit voordeel binnenkort mogelijk als de dividendbelasting wordt afgeschaft.
Mogelijk komen er op den duur ook Luxemburgse varianten van de fondsen. Moederbedrijf KBL heeft volgens Broholm interesse getoond in de strategie.
Als er vraag is van klanten, kan er bijvoorbeeld ook een duurzaam emerging market-indexfonds worden opgezet, zegt Broholm. ‘Wij beheren voor een klant al een Asia duurzaam indexmandaat.’
Geen obligatiefondsen
Duurzame index obligatiestrategieën liggen minder voor de hand. ‘Enerzijds omdat een marketcapgewogen index zich niet goed leent voor obligatiebeleggen omdat het niet logisch is het zwaarst belegd te zijn in bedrijven of landen met de grootste schulden’, zegt Broholm,
Hierbij komt dat als gevolg van de huidige lage rentestand veel leningnemers leningen afsluiten met lange looptijden, waardoor indices veel leningen met lange looptijden bevatten. Als gevolg hiervan loop je als je zo’n index gaat volgen als de rente gaat stijgen, een enorm renterisico, aldus Pim Baljet. ‘Voor ons is het dus niet zinvol zoiets te bouwen.’
Wel zie je steeds meer uitgiftes van green bonds, merkt Baljet op. ‘Als er daar straks genoeg van zijn, zijn er misschien indexbouwers die daar indices van maken, die zich wel goed zouden lenen voor een duurzaam indexfonds.’
Meer achtergronden op Fondsnieuws: