De Europese Autoriteit voor Effecten en Markten (Esma) wil op 11 oktober 2027 een snellere afwikkeling van effectentransacties invoeren in de Europese Unie. Met deze overgang wordt de tijd tussen de uitvoering en afwikkeling van transacties teruggebracht van twee dagen naar één dag.
Dat blijkt uit de maandag gepubliceerde routekaart van de Europese toezichthouder. Hiermee volgt Europa het voorbeeld van de Verenigde Staten, die in mei 2025 overstappen op deze zogenaamde “T+1”, en het Verenigd Koninkrijk, dat eind 2027 als streefdatum heeft vastgesteld voor dezelfde wijziging.
Risicoreductie
Volgens Esma’s analyse, gebaseerd op input van de sector eerder dit jaar, kan snellere afwikkeling de risicoposities van clearinginstellingen met ongeveer 47 procent verminderen. Dit vertaalt zich in een risicoverlaging van 30 miljard euro voor aandelen en 25 miljard euro voor obligaties, aldus Esma.
‘Margebesparingen en lagere kosten door betere afstemming met andere belangrijke markten wereldwijd zijn belangrijke voordelen voor de EU-kapitaalmarkten’, aldus Esma.
Cruciaal
Tanguy van de Werve, directeur-generaal van de European Fund and Asset Management Association (Efama), benadrukt dat een Europese overstap naar T+1 cruciaal is om de concurrentiepositie op de mondiale financiële markten te behouden.
‘Het niet afstemmen op een grote markt zoals de VS brengt aanzienlijke doorlopende kosten met zich mee, die op termijn het concurrentievermogen van onze producten schaden, vooral voor wereldwijde beleggers’, aldus Van de Werve tegenover Investment Officer. ‘Efama is van mening dat eind 2027 haalbaar is. Dit tijdpad biedt ruimte voor broodnodige coördinatie met andere markten zoals het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland.’
Esma’s stappenplan
Hoewel de overgang voordelen biedt op het gebied van efficiëntie en risicoreductie, wijst Esma ook op aanzienlijke operationele uitdagingen en ongelijke kosten binnen de sector.
Tijdens een achtergrondbriefing gaven Esma-functionarissen aan dat middelgrote banken 3 tot 10 miljoen euro aan aanloopkosten kunnen verwachten voor IT-investeringen. Deze kosten zijn niet gelijk verdeeld; sommige marktpartijen zullen op korte termijn een zwaardere last dragen dan anderen.
De overgang vormt een bijzondere uitdaging voor Europese ETF’s die in de VS beleggen. Hier blijven verschillende afwikkelingstermijnen meer dan twee jaar van kracht, wat extra complexiteit met zich meebrengt.
Het ‘donderdageffect’
Volgens Esma wordt beleggen in Amerikaanse effecten tijdens de transitieperiode duurder voor Europese ETF-fondsbeheerders vanwege financieringstekorten. Dit heeft geleid tot wat in de sector bekendstaat als het “donderdageffect.”
Op donderdag moeten ETF-beheerders een financieringsgat overbruggen tot de daaropvolgende maandag, wat hogere kosten met zich meebrengt. Volgens feedback aan Esma zal dit tot een aanzienlijke daling leiden van Europese beleggingen in Amerikaanse effecten op donderdagen.
Routekaart van Esma