De afdeling is klein, de telefoon gaat zelden en gesproken wordt er weinig. Toch zijn er weinig afdelingen van ING Investment Management waar zoveel wordt gehandeld als bij Money Markets.
Op de vijfde verdieping van het witte pand in Den Haag wordt op een doordeweekse ochtend voor 200 miljoen euro aan kortlopend schuldpapier gekocht. Elke dag.
‘Wij hebben een jaarlijkse turnover van enkele duizenden procenten’, zegt Menno van Eijk, portefeuille manager bij Money Markets. Over een maand is van de huidige beleggingen nauwelijks meer iets over en bestaat de portefeuille uit allemaal nieuwe leningen.
Dat geldt voor alle geldmarktfondsen. Ze beleggen in ‘kortlopend rentedragend papier’. Dat zijn leningen met een looptijd van ongeveer een maand. Daarna worden de leningen afgelost en krijgt ING IM zijn geld terug. Vaak worden leningen doorgerold: een bedrijf of (semi)overheid gaat wederom geld lenen.
Geen vetpot
Geldmarktfondsen zijn geen vetpot. De vergoeding op de leningen waarin wordt belegd zijn laag maar de liquiditeit is hoog en vanwege de korte looptijd is het risico klein. De fondsen zijn nauw verbonden met de geldmarkt – en daarin trok de crisis diepe sporen.
In de zomer van 2007 gingen de financiële markten schuiven en in september 2008 viel Lehman Brothers om. Banken wantrouwden elkaar en rentes op de geldmarkt gierden omhoog.
De rest is bekend: centrale banken verlaagden de rentes en kwamen met ongekende liquiditeitssteun. Marktrentes gierden net zo hard weer naar beneden. Van een zuivere ‘markt’ is amper nog sprake.
Wat betekent dat voor de geldmarktfondsen? Veel partijen die zich financieren op de geldmarkt zijn gedowngraded, zegt Wim Veraar, hoofd geldmarkten bij ING IM.
Dubbel A
‘Daardoor is er minder om in te beleggen.’ AAA is de hoogste kredietwaardigheid. Voor de crisis had de Nederlandse Staat die rating, en Rabobank. Die zijn nu AA. ‘Dubbel A is het nieuwe tripple A’, klinkt het in jargon.
Veraar spreekt over een constante zoektocht naar nieuwe leningen. Zes jaar terug waren er minder debiteuren, maar waren ze van betere kwaliteit.
‘Nu beleggen we bijvoorbeeld in een Frans nutsbedrijf. Het is een beetje alsof je constant de Franse brocanterieën afloopt in de hoop een Renoir te vinden.’ En als dat niet gebeurt? ‘Dan laat je het cashniveau in het fonds wat oplopen.’
In 2007 had de Europese geldmarkt een omvang van 272 miljard, vorig jaar was dat 185 miljard. Het Liquid Euro fonds van ING IM ‘ademt mee’ met de markt. Een paar jaar geleden had dat een omvang van 6 miljard euro. Nu is dat 4 miljard euro. Eerder dit jaar was dat 3,2 miljard euro.
Weer een alternatief
De Franse geldmarkt, maatgevend voor de eurozone, is de laatste maanden met 30 procent gegroeid, aldus Veraar. ‘Kennelijk stellen bedrijven hun investeringen uit.’ Hij gelooft dat de geldmarkt weer een alternatief wordt, nu de rentes in de eurozone ongekend laag zijn.
Toegegeven, qua rendement hebben geldmarktfondsen nu ook niets te bieden. De fondsen spiegelen zich aan ‘eonia’. Dat is de rente waartegen banken elkaar leningen verstrekken voor één dag. Eonia stond eind vorige week op -0,045 procent. Wie geld uitleent op de geldmarkt, krijgt uiteindelijk minder terug.
Eonia is verbonden aan het depositotarief van de ECB. De centrale bank heeft een negatieve depositorente van 0,2 procent. Commerciële banken krijgen een boete om geld te stallen.
‘Het aanhouden van geld betekent dat onze klanten moeten betalen voor veiligheid’, zegt Van Eijk. En paar jaar geleden was zoiets nog ondenkbaar. Nu accepteren klanten het, aldus Van Eijk. ‘Iedereen snapt dat het goedkoper maken van geld, ook geld kost.’
Copyright: Het Financieele Dagblad, 7 oktober 2014.