Een jaar geleden, op 5 december 2022, kreeg ik het boek The Changing World Order cadeau van een vriend op leeftijd. In het boek beschrijft Ray Dalio hoe samenlevingen langjarige cycli doorlopen die kunnen worden opgedeeld in zes fasen.
De fasen worden sequentieel doorlopen. Na fase zes begint een nieuwe cyclus in fase een. Westerse samenlevingen zouden zich op dit moment in fase vijf bevinden van een cyclus die is ingezet eind jaren zeventig, begin jaren tachtig van de vorige eeuw.
In fase vijf staat de manier van (economisch) samenleven onder druk. Het sociale contract tussen burger, overheid en bedrijfsleven is gebroken. Hieronder een (letterlijke) opsomming van enkele door Dalio genoemde kenmerken van fase vijf, alsmede een aantal voorbeelden.
Decadentie
Voor veel mensen loont het niet om (meer) te werken. Kopen op afbetaling en flitsbezorgers weten zich van genoeg klanten verzekerd.
Overmatige bureaucratie
Toeslagenschandaal, btw op groente en fruit, KYC-processen.
Populisme
Een kleine rondgang langs de velden van recente westerse verkiezingsuitslagen is hier verhelderend.
Een gebrek aan een gedeelde waarheid
Het wantrouwen van traditionele media, alternative facts, door sociale media gevoede en breed gedragen complottheorieën.
Klassenstrijd
Zie hier graaiflatie, de beeldvorming rondom verhuurders van woningen (huisjesmelkers!) en vluchtelingen.
Als lezer zou ik mij nu afvragen hoe fase zes eruit ziet. Dit is helaas niet al te rooskleuring. Er wordt gesproken over burgeroorlogen, revoluties en het instorten van munteenheden. Gezien de treffende typering van fase vijf, kunnen we enkel hopen dat fase zes minder accuraat is beschreven door Dalio.
Maar de auteur schetst ook uitwegen. Weet de samenleving zijn vertrouwen te leggen in een leider die economisch kan hervormen en verschillende groepen kan binden, dan is het mogelijk dat fase zes wordt afgewend. Een nieuwe cyclus en een nieuw sociaal contract tussen overheid, burger en bedrijfsleven dient zich dan aan. Terugkijkend kun je stellen dat politici als Ruud Lubbers, Jimmy Carter, Ronald Reagan en Margaret Thatcher deze rol hebben vervuld (hoewel niet allen in een even verbindende wijze).
Dan het hier en nu. Op 22 november jl. gingen wij burgers naar de stembus. De uitslag is bekend. Grote afwezigen in de stemhokjes waren de bedrijven, met een opkomstpercentage van nul procent. Hun mening is evenwel van groot belang voor een vredelievende transitie naar de volgende maatschappelijk economische cyclus. Het lijkt dan ook zaak voor onze nieuwe leider om te voorkomen dat bedrijven alsnog hun stem uitbrengen met hun voeten. Het is immers moeilijk verbinden met een lege portemonnee – ja alles draait om geld. Zorg, een (warm) huis en veiligheid: het moet allemaal worden ingekocht.
Bedrijven op hun beurt, zouden er goed aan doen hun zeggenschapsstructuur en aandelenkapitaal verder te verankeren in de samenleving. Nederlands pensioengeld weet maar moeilijk haar weg te vinden naar de Nederlandse economie. “Woekerwinsten” krijgen een andere connotatie wanneer het personeel een winstdeling geniet. Van politici kan niet worden verwacht dat ze het voor de bedrijvigheid opnemen als dat hun de electorale kop kost.
Terug naar 5 december. Sint Nicolaas zou bij uitstek de rol van de verbindende doch tot gehoorzaamheid oproepende leider kunnen vervullen. Charismatisch en rechtvaardig zonder aanziens des persoons: “wie zoet is krijgt lekkers, wie stout is de roe”. Mocht deze zo gewenste leider niet blijken te bestaan, dan kunnen we op zijn minst lering trekken uit de inhoud van zijn cadeaus.
Justin de Ridder is partner bij Nectar, een bedrijf dat actief is op het terrein van private markten cq vastgoed. Hij heeft een achtergrond bij ING.