De opname van de Chinese munt in het valutamandje van het IMF is de opmars naar het einde van de dollar als wereldstandaard betoogt Wall Street-veteraan Jim Rickards. Onzin, stelt Louis Gave van GaveKal in de rubriek His master’s voice. Deze crisis versterkt de dollar juist.
James Rickards, één goed ingevoerde valuta-expert, die meerdere bestsellers heeft geschreven, schreef recent in een bijdrage voor Daily Reckoning dat de naoorlogse dominantie van de dollar zal plaatsmaken voor een nieuwe wereldorde rond SDR’s - special drawing rights - die een evenwichtigere verdeling weergeeft van de valuta- en machtsverhoudingen in de wereld.
Dat gebeurt volgens hem onder regie van het IMF in een aantal stappen. De eerste is inmiddels genomen: de opname per 1 oktober van de Chinese yuan in het valutamandje van de organisatie. Dat zijn de zogenoemde Special Drawing Rights, waarvan behalve dollar, euro, yen en pond nu ook de yuan deel uitmaakt.
Rickards gaat zo ver dat hij stelt dat als er een liquiditeitscrisis ontstaat, er dan op grote schaal SDR’s worden uitgegeven om liquiditeit in de markt te pompen en daarmee wereldwijde inflatie te laten ontstaan. Het gevolg zal volgens hem zijn dat er een einde komt aan de hegemonie van de dollar als wereldreservevaluta. Hij denkt dat ten gevolge van deze ontwikkeling de dollar 60 tot 80 procent in waarde zal dalen.
Louis Gave (foto), multi-asset specialist van het Asian Opportunities Fund en het Global Asset Allocation Fund van GaveKal: ‘Een manier om te denken over een reservemunt is door deze te vergelijken met het besturingssysteem van een computer. Hoe meer mensen één en hetzelfde systeem gebruiken, hoe minder stimulans er is om op een ander systeem over te stappen. Daarom, zodra een reservevaluta wordt verankerd, is het buitengewoon moeilijk er los van te komen, omdat de voordelen van de nieuwe munt ten opzichte van de oude niet een beetje maar véél zwaarder moeten wegen.
De centrale uitruil is dat de Verenigde Staten ermee akkoord zijn dat zij een permanent tekort hebben op de lopende rekening, waardoor er voldoende Amerikaanse overheidsschuld in het systeem is om de rest van de wereld te voorzien van liquiditeit. Tegelijkertijd, de ultieme basis van de dollar-schuldstandaard is een geloofwaardige belofte van de Verenigde Staten om voortdurend zijn economie te herstructureren, zodat voldoende groei en productiviteitsgroei wordt gegenereerd om de liquiditeit ten behoeve van de rente op de eeuwige Amerikaanse overheidsschuld te financieren.
Dat deze belofte vertrouwen wekt bij de markten komt voort uit tweehonderd jaar economische geschiedenis, en van enkele bijkomende factoren zoals de militaire hegemonie van de VS, maar ook ook het groeiende comparatieve voordeel dat het land in het tertiair onderwijs heeft (die getalenteerde mensen aan te trekken van overal over de hele wereld) en een stijgende bevolking.
Deze achtergrond verklaart waarom de dollar-schuldstandaard, ogenschijnlijk gebouwd op lucht, zo lang heeft geduurd, en waarom voorstellen om deze te vervangen niet overtuigen. Want alle klachten over de instabiliteit van de dollar en zijn gevoeligheid voor deze crisis zijn al te horen sinds de eerdere internationale monetaire opstelling jegens de gouden standaard (bimetallisme).
De gouden standaard duurde 43 jaar, van 1871 tot 1914. De daaropvolgende goudstandaard in het interbellum functioneerde was onvolkomen en stortte tijdens de Grote Depressie in. Het Bretton Woods systeem duurde een kwart eeuw, van 1946 tot 1971. De dollar-schuld standaard is nu 45 jaar oud en in tegenstelling tot de verwachting, is de positie van de dollar als reservemunt juist versterkt en niet verzwakt.
De realiteit is dat, zolang de VS bereid blijven om grote tekorten op de lopende rekening toe te staan, en zolang buitenlanders bereid blijven om Amerikaanse activa te kopen, zijn er weinig redenen om te denken dat de dollar zijn status als ‘s werelds belangrijkste reservemunt zal verliezen.
Geïnteresseerd in de visies van asset managers op actuele beleggingsvragen, klik dan hier