Sven Smeets, Kempen
i-v4L87QG.jpg

De goede rendementen van private equity zijn niet zonder meer te extrapoleren. Toch blijft private equity interessant in een low yielding omgeving. Zeker familiebedrijven die voor gemiddeld zo’n zes keer de winst gekocht kunnen worden en de potentie hebben door te groeien richting het middensegment.

Dat zeggen Marvin de Jong en Sven Smeets (foto) van het private markets team van Kempen. Niet toevallig heeft het team een voorkeur voor kleine private-equitybedrijven.

Private equity is populair in de zoektocht van beleggers naar rendement. Zo populair dat de hoeveelheid cash onder private-equitybeleggers recordhoog is. 1.450 miljard dollar ligt op de plank, volgens dataleverancier Preqin (eind 2019). Dat is twee keer zo veel als vijf jaar geleden. Tegelijkertijd groeit het aanbod van bedrijven die de komst van een private-equity investeerder zien zitten met sprongen, blijkt uit cijfers van Preqin en onderzoek van McKinsey. 

Ook Kempen Capital Management is de laatste jaren meer waarde gaan toedichten aan private equity, getuige het feit dat het fondshuis in 2017 vier private-market-specialisten van Altis in huis heeft gehaald. 

Sven Smeets, Edzard Potgieser, Richard Jacobs en Bram Bikker versterkten destijds Kempen, waarbij Marvin de Jong al langer invulling gaf aan de Private Equity activiteiten. Het vijftal beheert nu ongeveer 1 miljard euro, verdeeld over twee fondsen: het Kempen European Private Equity Fund en het Kempen Private Markets Fund. Daarnaast beheert het team een aantal institutionele mandaten. 

Het eerstgenoemde fonds is eind december gesloten voor nieuwe participanten, toen het de beoogde 193 miljoen euro had opgehaald bij beleggers (inleg minimaal 250.000 euro). Inmiddels is een kwart van dat geld aan het werk gezet, via investeringen in niet-beursgenoteerde bedrijven met een ondernemingswaarde tot 100 à 150 miljoen euro.

Juist door die keuze voor ‘lower mid-market’ en ‘small-cap private-equitybedrijven’ is de vijver waar het team uit kan vissen enorm, volgens De Jong en Smeets. ‘Alleen al in Nederland voldoen meer dan 10.000 bedrijven aan de kenmerken’, rekenen ze voor. ‘Het prijsopdrijvende effect dat je bij beleggers in grote private equity bedrijven ziet, geldt in ons segment niet’, ervaren de twee beheerders.  

Groot versus klein

Sterker nog: waar de hoeveelheid dry powder bij grote private-equityfondsen nog altijd groeit, is die omvang cash bij kleine buyoutfondsen juist aan het slinken sinds 2019. Het kwalitatieve aanbod groeit, en de hoeveelheid beleggers die in kleine private equity bedrijven wil stappen, blijft relatief klein. In Nederland gaat het om een paar handen vol kleine private-equityfondsen waarmee Kempen mogelijk mee concurreert voor nieuwe deals, volgens De Jong en Smeets.

Dat is terug te zien in de waarderingen: voor grote buy-outs wordt 11 tot 12 keer de winst betaald, waar dat voor het middensegment 7 tot 8 keer is. ‘In ons segment heb je het zelfs over 6 keer de winst. Het mooie is dat dat soort bedrijven in enkele jaren kan opklimmen tot het middensegment, waardoor je extra opwaarts potentieel haalt.’ 

Belangrijker dan een doorgroei naar een volgend segment, vinden de investeerders overigens een internationaliserings- en digitaliseringsslag. Vooral familiebedrijven kunnen daardoor meer waard worden, schatten ze in. 

Blauwdruk

Een voorkeur van het Kempen-team is daarbij dat een bedrijf niet eerder hulp van een private-equitybelegger heeft gehad. Smeets: ‘Je stapt voor een X aantal jaren in een bedrijf, om het daarna weer te verkopen. Als een bedrijf al door meerdere handen is gegaan, zijn er misschien al veel goede verbeteringen doorgevoerd. Onze blauwdruk is een familiebedrijf waarbij de oprichter mede-aandeelhouder wil blijven. Daar kun je als eerste investeerder nog veel waarde toevoegen.’

‘Het aanbod van dit soort bedrijven groeit’ merken hij en De Jong. ‘Ondernemers staan meer open voor het honderd-dagen-plan dat we samen met hen opstellen en voor een professionaliseringsslag. We denken mee, dragen acquisities aan. We willen niet op de stoel van het management zitten, maar we zijn wél ondernemend. Daarom hebben we het liefst ook een meerderheid van de aandelen, zodat we samen een route kunnen uitstippelen.’

De eerste 50 miljoen euro is belegd. Net als voor dit deel, zal ook de overige 150 miljoen euro gespreid worden over de Benelux, Duitsland, Frankrijk, Scandinavië en het Verenigd Koninkrijk, en over verschillende sectoren. De helft zal daarbij in directe co-investeringen zijn, de andere helft van het vermogen stroomt naar specialisten die een regio of sector goed kennen, in de vorm van een partnership. 

Rendement

Het rendement dat kleine private-equityfondsen de afgelopen jaren behaalden - ongeveer 18 procent per jaar - denken de beheerders niet te kunnen extrapoleren. Liever houden ze het op 12 tot 15 procent, waarbij natuurlijk geldt dat in de eerste jaren geen rendement wordt gehaald omdat dan voornamelijk aankopen worden gedaan van bedrijven die nog op kostprijs gewaardeerd blijven. ‘Zodra we bedrijven gaan verkopen na vijf tot zeven jaar, kunnen we positieve kasstromen gaan uitkeren aan de beleggers.’ 

Het fonds is dan ook niet voor iedere belegger geschikt. Tot de beleggers in het fonds behoren onder meer Van Lanschot-klanten, vermogende ondernemers die hun bedrijf succesvol verkocht hebben en stichtingen. Er was ook interesse van een pensioenfonds, maar daarvoor kwam de closing in december te vroeg.

 

Author(s)
Target Audiences
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No