
In stilte voltrekt zich een machtsverschuiving in de Europese fondsenindustrie. Beleggers kiezen steeds vaker voor grotere Ucits-fondsen en laten gespecialiseerde of kleinschalige fondsen links liggen. Schaal, eenvoud en kostenefficiëntie wegen zwaarder dan het onderscheidend vermogen van boutiques.
Deze structurele trend wint aan kracht en verandert fundamenteel hoe succes in de fondsensector wordt gedefinieerd. Tegelijkertijd vergroot het de druk op kleinere spelers om zich aan te passen of aansluiting te zoeken bij grotere partijen.
Dat blijkt uit de jongste editie van het jaarlijkse Fact Book van brancheorganisatie Efama (European Fund and Asset Management Association). Volgens de publicatie zijn fondsen met meer dan 1 miljard euro onder beheer inmiddels dominant in de Ucits-markt. De kleinste fondsen — met minder dan 100 miljoen euro in activa — zagen hun marktaandeel slinken tot onder de 4 procent.
‘Flight to scale’ versnelt
De verschuiving richting grotere fondsen hangt nauw samen met twee onderliggende ontwikkelingen: de aanhoudende daling van beheerkosten en de stormachtige opmars van passieve beleggingsproducten, met name ETF’s en geldmarktfondsen.
Volgens Efama-directeur-generaal Tanguy van de Werve staat de sector op een kantelpunt. ‘De concentratie in de fondsenmarkt neemt toe, asset allocaties verschuiven en kosten blijven dalen,’ stelt hij in een toelichting. ‘Hoewel duurzaam beleggen tegenwind ervaart, tonen particuliere beleggers juist meer betrokkenheid. Dat is een positief signaal voor het welslagen van de Savings and Investment Union. Cruciaal daarbij is het behoud van Ucits als goudstandaard én het stimuleren van lifecyclebeleggen voor pensioensparen.’
Aandelenfondsen bijna een kwart goedkoper
De gemiddelde kosten van alle belangrijke Ucits-categorieën daalden verder in 2024. Aandelenfondsen werden in vier jaar tijd 21 procent goedkoper en rekenen nu gemiddeld 0,75 procent aan kosten. Obligatiefondsen zakten naar gemiddeld 0,56 procent. Multi-assetfondsen blijven het duurst, met een gemiddelde van 1,16 procent.
Vooral ETF’s hertekenen de Europese fondsenkaart. Ze boekten een recordjaar qua netto-instroom, aangevoerd door aandelen-ETF’s. Traditionele actief beheerde aandelenfondsen daarentegen kampten opnieuw met uitstroom. In totaal vertegenwoordigen passieve strategieën inmiddels bijna een derde van de Ucits-markt — een forse stijging ten opzichte van tien jaar geleden.
Ook particuliere beleggers keerden in groten getale terug op het toneel. Na een korte terugval in 2023, toen overheden spaargelden richting staatsobligaties leidden, hervatten huishoudens in Europa hun aankopen van beleggingsfondsen. Luxemburg, als toonaangevende vestigingsplaats voor grensoverschrijdende fondsen, blijft een belangrijk kanaal voor deze instroom.
Duurzaam beleggen: gemengd beeld
De markt voor duurzaam beleggen liet een gemengd beeld zien. Fondsen onder SFDR Artikel 9, die de strengste duurzaamheidscriteria hanteren, zagen voor het eerst netto-uitstroom. Fondsen onder Artikel 6 en 8 daarentegen wonnen weer terrein, mede dankzij de toename van ETF’s en geldmarktfondsen die meestal buiten de scope van Artikel 9 vallen.
Gerelateerde artikelen op Investment Officer:
- Sandro Pierri: goede oude tijd in asset management is voorbij
- Asset managers en verzekeraars in verzet tegen extra EU-regelgeving
- Esma: meer onderzoek nodig voor beter beeld van fondskosten