Auréus, de fusiepartij in vermogensbeheer, heeft Han Dieperink in de arm genomen. De oud-CIO van Rabobank helpt de gefuseerde vermogensbeheerders voornamelijk bij het als één nieuwe partij communiceren.
Dat vertellen Auréus-CEO Stefan Roosendaal en zelfstandige Han Dieperink in een online Teams-interview met Fondsnieuws. ‘Iedereen heeft een beetje water bij de wijn gedaan, maar niemand heeft echt afstand hoeven doen van zijn beleid’, aldus Roosendaal over de vervlechting van het beleggingsbeleid van de vijf voorheen zelfstandige vermogensbeheerders.
Attent Vermogensbeheer, Auréus Vermogen, Blauwtulp Wealth Management, Boer & Olij Securities en Slim Vermogensbeheer, die sinds begin dit jaar officieel zijn samengevoegd tot Auréus, hebben daarmee het eerste deel van het proces afgerond: de inventarisatie van het beleggingsaanbod per vermogensbeheerder, de selectie van de beste punten daaruit en het creëren van één geheel. Roosendaal: ‘Nu is het tijd voor de volgende fase: communicatie. We gaan het beleid vertalen naar beleggingsoplossingen, waarmee we ook een duidelijk aanbod richting de klant kunnen communiceren.’
Omvangrijke klus
Juist in dat proces gaat Dieperink per 1 mei een rol spelen, via publicaties over beleggingsthema’s, maar ook door de creatie van een pitchbook en ondersteunende tools. ‘Het is niet de bedoeling dat ik het beleggingsbeleid overneem - integendeel. Ik ondersteun alleen omdat het zo’n omvangrijke klus is. Samen met CIO Jeroen van Lom bekijk ik wat er op papier staat en om welke verbeterpunten dat vraagt. Het gaat er mij vooral om dat beleid breed gedragen wordt en goed terecht komt bij de eindklant.’
Zijn ervaring kan daarin helpen, denkt Dieperink, die zelf al meerdere verandertrajecten heeft doorgemaakt. ‘Verandering is altijd lastig, maar je moet zorgen dat je het snel doet. Als je succesvol blijft en je groei kunt vasthouden, dan zullen je adviseurs en klanten het ook accepteren. Mijn stijl bij de bank was misschien anders dan bij andere banken. Ik ben een voorstander van “selling, not telling”, in plaats van een model van bovenaf bepalen en adviseurs zeggen wat ze moeten doen. Ik maakte altijd een investment case, ging daarover in gesprek met adviseurs en vroeg om feedback. Een adviseur die een klant centraal stelt, moet authentiek zijn in zijn geloof in de gekozen oplossing. Zo werkte het bij Schretlen, maar ook bij Rabobank.’
Auréus heeft eveneens gekozen voor een brede consultatie vanuit de diverse teams bij het vormgeven van het beleggingsbeleid het afgelopen half jaar. Steeds als een bepaalde beleggingscategorie aan bod kwam, werden vanuit de “oude” vermogensbeheerders de mensen met de meeste expertise op dat vlak aangehaakt, vertelt Roosendaal. ‘Zo hebben we iedereen erbij betrokken. Daarbij zijn we interne discussie niet uit de weg gegaan.’
Hick ups
Juist die discussies worden in de vermogensbeheerindustrie vaak als grote hick up gezien bij een fusie: het samensmelten van strategieën en ideologieën van ondernemers die hard hebben geknokt voor een eigen tent en eigen beleid. Dat (deels) loslaten stuit nog wel eens op problemen bij overnames, fusies of in verkennende gesprekken daartoe, is een beeld dat de industrie regelmatig schetst.
Maar volgens Roosendaal viel het reuze mee met moeilijkheden op dat vlak, omdat vooraf met elkaar was vastgesteld wat ieders rol zou zijn binnen de fusiepartij. Dieperink: ‘Natuurlijk zijn deze vijf clubs verschillend. Het is een auto met vijf wielen, die één goed rijdende wagen moet worden. En als één gezicht naar buiten toe moet gaan optreden.’
Roosendaal kiest als grootste moeilijkheid dan ook de communicatie rond de fusie. ‘Dat is lastig, zeker in de tussenperiode die we achter de rug hebben. Als je op 1 januari gefuseerd bent en een klant een maand later vraagt wat het nieuwe Auréus nu precies biedt, heb je daar niet direct een antwoord op. Ik ben blij dat het beleid nu staat.’
Daarin zijn behalve het actieve beleid van Boer & Olij en Blauwtulp, ook de markten- en factorportefeuille van het oude Auréus ingevoegd, plus de stijlen van de overige vermogensbeheerders. Hoeveel beheerportefeuilles onderaan de streep aangeboden worden, weet Roosendaal nog niet, maar waarschijnlijk zal het uitkomen op grofweg drie richtingen: actief, markt & factor en sustainable. ‘Zeker is dat waar we eerst enkel vanille hadden in onze ijscokar, nu ook chocolade hebben. Wie weet mixen we die twee nog tot een soort stracciatella.’
Buiten de kaders
Dieperink: ‘Beleggen is dynamisch. Kijk maar naar individueel beleggen versus fondsbeleggen, en de discussie over actief en passief. Af en toe moet je je eigen inzicht verder ontwikkelen. Kijk maar naar de Europese obligatiemarkt, die eigenlijk verdwenen is door de negatieve rente. Dan moet je met innovatieve oplossingen komen. En dat vragen klanten ook. Ze willen méér keuzes, terwijl de markt aan het standaardiseren is.’
Roosendaal: ‘We kijken ook naar vastgoed en private equity, twee categorieën waar sommige van de vijf partijen voor de fusie al wat mee deden. We worden gedwongen om buiten de kaders te denken en bepaalde standpunten te herdefiniëren, met alle niet voorziene events in de markt.’ Dieperink: ‘Ik ken organisaties die nog lastiger te veranderen zijn in dit soort omstandigheden…’
De komende periode zullen de veranderingen in portefeuilles stapsgewijs doorgevoerd worden, wat volgens Roosendaal niet betekent dat er ‘dingen in de portefeuille komen die er niet thuishoren’. ‘Maar uiteindelijk hebben we daarmee portefeuilles die voor iedereen gelden. Een nieuwe klant in Rotterdam moet bij gelijke doelstelling en beleggingsprofiel, hetzelfde aanbod krijgen als een nieuwe klant in Venlo. Daarom maken we nu een rondje langs de kantoren om het beleid toe te lichten, daarna gaan we dat extern doen.’