Bank Ten Cate & Cie is sinds 2004 gevestigd in een klassiek pand aan de Amsterdamse Herengracht. ‘Moderne huisvesting was nooit een optie’, zegt oprichter en mede-directeur Egbert ten Cate. ‘Dit pand past bij ons: statig, best chique, en ja, een beetje behoudend. Toch wel.’
De private bankers van Bank Ten Cate & Cie, zo’n 35 in getal, zijn één dag per week in Amsterdam, op dinsdag. Op de andere dagen werken ze thuis of bezoeken ze klanten, door het hele land. Herengracht 130 is dus niet de meest gebruikte locatie voor de gesprekken met klanten. ‘Praten met je private banker doe je toch het liefst in de eigen omgeving. Dat is ook veel makkelijker’, zegt Ten Cate. ‘Maar dat neemt niet weg dat we graag willen dat onze klanten hier in ieder geval één keer zijn geweest.’ Met een lachje: ‘Dat ze toch kunnen zien dat we een echte bank zijn.’ Ook als de bank iets organiseert in Amsterdam voor klanten, wordt het pand altijd even aangedaan.
In de hal loopt de bezoeker aan tegen de buste van D.W. Brand, oprichter van het commissionairsbedrijf dat de familie Ten Cate in 1994 overnam, om het vervolgens om te dopen tot Bank Ten Cate & Cie. D.W. Brand was gevestigd op de Keizersgracht. Ten Cate: ‘In een bescheiden pand. Toen bleek dat dit pand op de Herengracht beschikbaar kwam, hebben we niet lang geaarzeld. Het paste bij wat wij willen zijn.’
Financiële geschiedenis
Effectenbank Stroeve - in die tijd gefuseerd met het toenmalige Theodoor Gilissen, nu InsingerGilissen - was de verkoper van het statige pand, maar op dat moment was het al meer dan een eeuw in gebruik door financiële instellingen, met name ‘commissionairs in effecten’. Dat begon eind negentiende eeuw, toen het in 1871 opgerichte Kol & Co. zich vestigde aan Herengracht 130. Nadat die commissionair in 1972 (wegens problemen met de opvolging) werd overgenomen door het Britse Barclays, volgde verkoop aan een levensverzekeringsmaatschappij, die het pand de daaropvolgende jaren verhuurde aan onder meer Broekman’s Commissiebank en het effectenkantoor van de “roemruchte” Adri Strating.
Het pand zelf is overigens nog veel ouder: het is gebouwd rond 1615, en werd in de negentiende eeuw van een nieuwe gevel voorzien - overigens in achttiende-eeuwse stijl, wat toen “de mode” was.
Ten Cate heeft de “financiële geschiedenis” van het pand helemaal in tact gelaten en zo hier en daar nog geaccentueerd, zo blijkt tijdens een korte rondleiding. In de stijlkamer, aan de straatkant direct links van de entree, waar de meeste klantgesprekken plaatsvinden, hangen oude platen van het interieur van de Beurs van Berlage, waarin portretten van alle leden van de toenmalige Vereniging voor de Effectenhandel zijn ‘gefotoshopt’. In de kasten prijken reeksen antieke boekwerken. De vergaderzaal achterin het pand ademt al net zo goed financiële geschiedenis, met aan de wanden een ruime verzameling ingelijste oude certificaten en aandelen van gefailleerde ondernemingen, met name spoorweg- en mijnondernemingen (van Zuid-Amerika tot Rusland) uit het begin van de twintigste eeuw.
Roepen en schreeuwen
Bank Ten Cate & Cie heeft ook nog meer gemeen met die aloude “effectenhandel” dan de gemiddelde private bank: de bank doet niet aan beleggingsfondsen, maar koopt voor klanten zelf de aandelen (Ten Cate: ‘Uitsluitend blue chips’) en obligaties in. Elke dag actief handelen, dat is echter niet de praktijk. Ten Cate herinnert zich die tijden nog wel, lachend: ‘Dan liepen we ‘s ochtends naar het beursgebouw aan het Damrak, daar de hele dag roepen en schreeuwen naar elkaar, en om vijf uur naar het café.’
Al met al zegt hij ‘nergens anders’ gevestigd te willen zijn. Ook niet in de “Gouden Bocht”, het meest prestigieuze deel van de Herengracht ruim een kilometer verderop, tussen de Leidsestraat en de Vijzelstraat. ‘Als het dit pand niet was geworden, was het iets soortgelijks geweest, ook hier in de buurt. Niet meer dan een kwartiertje wandelen naar Amsterdam Centraal. Naar de Gouden Bocht moet je vanaf het station toch de tram pakken. En hier is, met een beetje goede wil, ook nog parkeerruimte te vinden. En het pand is in een prima staat van onderhoud. Natuurlijk is er wel eens een lekkage, maar dat hoort erbij.’
‘Dus we zitten op een uitstekende plek. Dit pand past bij ons: statig, best chique, en ja, een beetje behoudend. Zo zijn wij ook, toch wel.’
Dit is deel 4 van de zomerserie ‘Locatie, locatie, locatie’, waarin we prominente, opvallende gebouwen uit de sector uitlichten. De komende weken volgen andere edities.
Gerelateerde artikelen op Investment Officer:
- ‘Locatie, locatie, locatie’: Delen heeft uitzicht op de kathedraal
- ‘Locatie, locatie, locatie’: ASR moet blijvend investeren
- ‘Locatie, locatie, locatie’: uit eten bij InsingerGilissen