Het concentratierisico in aandelenmarkten groeit naarmate de Amerikaanse megacaps in de technologiesector kapitaal aantrekken. De enige ‘free lunch’ in investeren - diversificatie - dreigt een kostenplaatje te gaan krijgen.
Een van de leden van het multi-asset beleggingsteam van Aegon Asset Management bracht tijdens een vergadering in november met een grafiek het onderwerp “marktconcentratie” op tafel. De grafiek van de S&P500 toont de sectordominantie over een periode van 35 jaar. Portefeuillebeheerder Jordy Hermanns: ‘We zagen meteen dat de meeste marktconcentratie afkomstig is van de technologiesector, geleid door de Magnificent Seven aandelen.’
De huidige marktconcentratie - de tien grootste bedrijven hebben een weging van 37,5 procent in de benchmark - is in de afgelopen 35 jaar slechts één keer eerder voorgekomen, namelijk tijdens het barsten van de dotcombubbel in 2001. Ondanks de overeenkomsten, zoals hoge koersen in de technologiesector, kan de parallel volgens Hermanns niet één op één worden getrokken. ‘In 2001 zat er veel gebakken lucht in de markt, met waarderingen gebaseerd op hoopvolle verwachtingen. Vandaag de dag tonen techbedrijven solide cijfers, hoewel een zekere mate van bubbelvorming aanwezig blijft.’
Grootste sector in de SP500
Voor Aegon was het voldoende reden om een deel van de winst op de aandelenportefeuille te verzilveren. Van de vrijgekomen liquiditeiten breidde het team de allocatie naar beursgenoteerd vastgoed uit. Binnen de aandelenallocatie was er geen reden om te schuiven: ‘Techaandelen kunnen nog verrassend lang de stijging voortzetten, maar we houden de concentratie nauwlettend in de gaten en kijken naar slimme manieren om de risico’s te beperken.’
Techmonopolies
Met het grote aantal monopolies in de technologiesector is het geen verrassing dat deze sector de marktconcentratie aandrijft. Inherent aan een sector waarin bedrijven streven naar een zo groot mogelijk marktaandeel in een zo kort mogelijke tijd. ‘Zodra bedrijven een monopoliepositie bereiken, kunnen zij gemakkelijker hun winsten maximaliseren. Door schaalgrootte is het voor nieuwe partijen moeilijk de markt te betreden’, aldus Hermanns.
De verhoogde concentratie in Amerikaanse techbedrijven heeft het aandeel van de Amerikaanse markt in de MSCI ACWI naar 67 procent gedreven. Deze uitzonderlijke prestaties van de Amerikaanse megacaps in tech gaan ten koste van het diversificatie-effect, blijkt uit de Equity Diversification Index (hieronder getoond). Deze index meet de diversificatie binnen het wereldwijde aandelenuniversum en noteert momenteel op 113: het laagste punt in 35 jaar. Hoe lager de index, hoe minder diversificatie in de aandelenmarkt.
Equity Diversification Index (MSCI ACWI)
Saxo Nederland waarschuwt op de eigen website dat de Amerikaanse aandelenmarkt, gemeten met de Herfindahl-Hirschman Index (HHI), nu twee keer zo geconcentreerd is als tijdens de piek van de dotcom-bubbel in 2000. De HHI is een maatstaf voor marktconcentratie, berekend door de kwadraten van de marktaandelen van alle bedrijven in een markt op te tellen. Een hogere HHI-waarde duidt op minder concurrentie.
De bank stelt dat de concentratie een piek zal bereiken en een bron van kwetsbaarheid zal vormen voor aandelenmarkten. De firma adviseert retailbeleggers om hun portefeuilles te beschermen door meer te diversifiëren.
Amerikaanse belegger versus Europese spaarder
De naar marktaandeel jagende techbedrijven zijn een reden voor de huidige hoge marktconcentratie, de home bias van beleggende Amerikanen is er nog één, opgeteld met het feit dat Amerikanen veel meer beleggen dan de spaarlievende Europeanen.
Hermanns wijst erop dat Amerikanen voornamelijk in hun eigen markt investeren en weinig interesse tonen in Europese aandelen. Europeanen hebben net zo goed de voorkeur te investeren in de thuismarkt en hebben daardoor een ‘kostbare vergissing’ gemaakt door de techrally te missen, volgens Hermans. Terwijl Amerikaanse aandelen bijna 70 procent van de wereldwijde aandelenmarkt vertegenwoordigen, beleggen Nederlandse beleggers slechts 18 procent van hun aandelenallocatie in de VS, volgens DNB. Dat percentage is de afgelopen jaren wel toegenomen, maar blijft nog steeds aanzienlijk lager dan 70 procent.
Concentratierisico in Nederland
Nederland heeft een eigen geliefd techaandeel: uit onderzoek van de VEB blijkt dat Nederlanders gemiddeld 6,1 procent van hun portefeuille in ASML beleggen, vergeleken met slechts 0,6 procent in de wereldwijde aandelenindex.
Ook in Nederland is het concentratierisico aanzienlijk hoog. De AEX is een heuse ASML+ index geworden, zegt Hermanns. ‘De AEX hanteert een limiet van 15 procent per aandeel, maar in de MSCI Netherlands vertegenwoordigt ASML maar liefst 37 procent.’ In 2003 vormde ASML nog maar 2 procent van de Nederlandse index.
De complexe samenstelling van de Nederlandse benchmark draagt bij aan de verhoogde concentratie. ASML is 100 procent Nederlands, terwijl andere zwaargewichten zoals Unilever en Shell ook aandelen genoteerd hebben op de beurs in Londen. Alleen de stukken die in Amsterdam genoteerd zijn, worden door Euronext meegeteld in de Nederlandse index. Dit zorgt voor extra disbalans in de index.
Nederland heeft in het verleden vaker met concentratierisico te maken gehad. Vlak voor de financiële crisis van 2008 domineerden financials en grootbanken de index. Tegenwoordig behoort alleen ING nog tot de top 3 holdings in Nederland.