Smallcaps zijn een wissel op de toekomst, groeien sneller en kunnen ook een hefboom bieden op een economisch herstel. Daarom mogen ze 20 procent van de aandelenportefeuille uitmaken. Historisch doen ze het beter dan largecaps, maar met meer volatiliteit.
Dat zegt Rik Dhoest (foto) tijdens een podcast met Investment Officer. Hij beheert samen met Pascale Nachtergaele het Nagelmackers Small & Mid Cap fonds dat in 2016 werd gelanceerd.
‘We werken uiteraard ook samen met brokers en doen een beroep op research van buiten de Bank’, steekt Dhoest van wal. Als je kijkt naar de performance op lange termijn, verwijs ik bijvoorbeeld naar een studie tussen 1926 en 2012. Die heeft uitgewezen dat smallcaps over die periode een rendement hadden van 13 procent ongeveer, tegenover largecaps 9,1 procent. Uiteraard moet je wel kunnen leven met de volatiliteit. UBS heeft ook een studie gemaakt waaruit blijkt dat smallcaps zes maanden na een dieptepunt aanzienlijk beter presteren dan largecaps, in de orde van grootte zo’n 6 procent. We zitten nu nog in een herstelfase, waardoor er nog wat potentieel is.’
Economisch herstel
Dhoest wijst er op dat smallcaps kunnen inspelen op een economisch herstel in deze fase van de cyclus. ‘Of het een langdurig herstel komt, is afhankelijk van de cyclus. Je moet wel heel selectief zijn met smallcaps. Ik denk dat ze nog een serieuze rit te gaan hebben, maar je moet kieskeurig zien. Als ik naar de Duitse SDAX kijk, dan zie ik bepaalde aandelen die fors worden opgepikt door ESG-beleggers.
Er ontstaat een schaarste in de markt waardoor deze bedrijven worden opgeboden. We hebben uiteraard veel groene plannen die op ons afkomen, maar je moet kijken naar de waardering. Doordat veel institutionele partijen ESG-gelinkte aandelen willen, gaan veel smallcaps fors hoger. In bepaalde van die subsegmenten is die waardering te hoog. Smallcaps zijn niet goedkoop, maar in het verleden groeiden ze ook sterker.’
België en Nederland
Dhoest: ‘We hebben het fonds nu vijf jaar geleden opgestart, met een bias naar België en Nederland. We beleggen in wat we kennen en willen het management zoveel mogelijk ontmoeten. Daarom vissen we in de Belgische vijver. We beleggen zo in VGP, Barco en Melexis en hebben onlangs een kleine positie genomen in D’Ieteren. We hebben nu 100 miljoen euro onder beheer, en daarom moeten we wel naar de liquiditeit kijken. Dat is wel een aandachtspunt.’
EBITDA
‘We beleggen wel alleen in EBITDA-positieve bedrijven. Dat is voor ons een belangrijk schiftingscriterium. In vergelijking met largecap fondsen gaan we puur bottom-up beleggen. We beleggen niet in de pure bankaandelen. In de omringende landen zijn er ook nog kansen. Zo is een van onze grootste posities ASM International.
Dat bedrijf is uitgegroeid van een smallcap naar een midcap. Nederland heeft ook zeker mooie groeiverhalen, zoals ook Accell. We kijken ook uit naar een industrieel herstel in Duitsland. Shop Apotheke en Dermapharm zijn voorbeelden van Duitse aandelen. In Italië zien we ook interessante namen, zoals Tinexta, dat cyberbeveiliging voorziet.’
Opportuniteiten
‘Ik zie meer kansen dan bedreigingen bij smallcaps. De liquiditeit is uiteraard een aandachtspunt, maar je kan ze veel gemakkelijker opvolgen en analyseren. Bij de grote bedrijven krijg je bijna nooit de CEO te pakken. Bij smallcaps wel. Je moet uiteraard wel je huiswerk maken en uitsluitend beleggen in bedrijven met een sterke balans. Bovendien zie je bij smallcaps vaak een familiaal aandeelhouderschap. Dat kan zowel een voordeel als nadeel zijn. Maar over het algemeen heb ik hier positieve ervaringen mee. De liquiditeit van die familiale bedrijven kan wel een issue zijn.’
Cyclisch
Dhoest geeft nog mee dat hij al te cyclische aandelen wil vermijden. ‘Vaak zijn dat eerder valuegerichte aandelen. Als je naar ons fonds kijkt, is value ondervertegenwoordigd omwille van het cyclische karakter. We hebben geen zuivere banken of grondstoffenbedrijven. We zijn door het bottom-up profiel eerder geneigd om groeibedrijven op te nemen, die wel EBITDA-positief zijn en een sterke balans hebben.’