Traditionele, ‘actieve’ beleggingsfondsen met Nederlandse aandelen hebben een belangrijke slag geslagen in de strijd met hun passieve concurrentie. De Nederlandse aandelenfondsen behaalden in het afgelopen jaar in de regel een rendement van rond de 20 procent of meer.
Daarmee behoren ze tot de best presterende fondsen van het land. Vergelijkbare trackers op de AEX-index of de Midkap kwamen niet verder dan respectievelijk 4 en 10 procent. Kempen is met Kempen Oranje Participaties, onder beheer van Joop Witteveen (foto) lijstaanvoerder met een rendement van 31,2 procent.
De rendementen werden gedreven door het ijzersterke jaar van de AScX. De Amsterdamse smallcapindex steeg 33,2 procent. Het zijn dan ook de smallcapfondsen als Delta Lloyd Deelnemingen (+19,2 procent), Teslin Darlin (+22,2 procent), Add Value (+22,7 procent) en Kempen Orange (+28,4 procent) die de hoogste rendementen laten zien. Kempen Oranje Participaties, dat wordt samengevoegd met het vergelijkbare Europabrede fonds, prijkt met een rendement van 31,2 procent bovenaan de lijst met populaire beleggingsfondsen uit Nederland.
Opvallend zijn ook de prestaties van NN Dutch (+19,6 procent) en BNP Paribas Netherlands (+20,1 procent). Dit waren tot voor kort pure AEX-fondsen, maar recent zijn ze ook gaan beleggen in kleinere Nederlandse aandelen. Het beperkte aantal aandelen in de AEX, plus het hoge gewicht van Shell, ING en Unilever, maken dat de AEX een sterk geconcentreerde index is. Daardoor konden de fondsbeheerders zich moeilijk onderscheiden van passieve beleggingsfondsen die simpelweg de bewegingen van de index nabootsen. Omdat dergelijke indextrackers veel lagere kosten hebben, trekken ze veel vermogen weg van de actieve fondsen.
Tot en met november stroomde er vorig jaar zo’n 400 miljoen euro weg bij de Nederlandse aandelenfondsen. Gezamenlijk beheren ze nog 2,3 mrd euro.
‘Ik zou niet direct zeggen dat dit in Nederland het jaar van de actieve fondsbeheerder was’, zegt analist Ronald van Genderen van fondsenvergelijker Morningstar. ‘Het was eerder het jaar van het kleine aandeel, al ging daar met Ballast Nedam, Fagron en Macintosh ook wel wat mis. De fondsbeheerder moet natuurlijk nog wel de juiste aandelen kiezen.’
Toch was de passieve belegger in 2015 hoe dan ook slechter af dan beleggers in bovengenoemde fondsen. Er zijn namelijk geen trackers beschikbaar op de AScX.
De twee Nederlandse fondsen die zich nog wel aan de AEX spiegelden, het SNS Nederlands Aandelenfonds (+8,6% procent) en Robeco Hollands Bezit (+10,6 procent), wisten de hoofdindex ook te verslaan. Overigens richt het Robeco-fonds zich sinds de jaarwisseling ook meer op kleinere fondsen. Voor het laatste Nederlandse aandelenfonds, dat van Achmea, viel dit jaar het doek.
Copyright: Het Financieele Dagblad, 11 januari 2016.