Het kan geen kwaad risico’s van tafel te halen, waarschuwen specialisten met het oog op het beleggingsjaar 2016. Aan het woord drie van hen: een hoofdeconoom, een beleggingsstrateeg en een assetallocatiespecialist.
Een groene oase in een oranje context’, zo betitelt Wim Boonstra, de hoofdeconoom van Rabobank, de huidige economische vooruitzichten. De ‘groene oase’ is Nederland, waar het herstel nu op vrijwel alle fronten doorzet.
Boonstra prijst daarvoor de regering-Rutte. ‘Je kan van alles van dit kabinet zeggen, een schoonheidsprijs verdient het niet. Maar het heeft onze economie met hervormingen in de AOW, de pensioenen en de hypotheekrenteaftrek wel voor de langere termijn geschraagd.’
Minder florissant ziet het wereldwijde beeld eruit, vindt Boonstra. China staat er minder goed voor, meerdere opkomende markten gaan door een fase van krimp en Japan slaagt er ondanks de astronomische omvang van de monetaire verruiming niet in de economie aan de praat te krijgen.
Over Europa is de Rabo-econoom ook uitgesproken. ‘De risico’s komen dichterbij. De Verenigde Staten en Europa zijn in verschillende stadia van herstel. In de VS is het herstel al langere tijd bezig, terwijl Europa net aantrekt. Deze uiteenlopende fase in de cyclus verhoogt de kans op divergentie in het beleid. Een renteverhoging in de VS, die door ons al in december wordt verwacht, zorgt voor extra opwaartse druk op de dollar.’
Boonstra is niet echt blij met het ECB-beleid. De kwantitatieve verruiming van 60 miljard euro per maand helpt vrijwel uitsluitend de financiële markten. Beter was het volgens hem geweest de monetaire verruiming te gebruiken om de reële economie in de eurozone te versterken.
‘Nu is sprake van een enorm monetair experiment, met een onvoorspelbare uitkomst.’ Dat het beleid niet aanslaat in de zin dat het voor investeringen en consumptie zorgt, is volgens Boonstra een bewijs van ontbrekend vertrouwen, en tekent de dilemma’s waar beleidsmakers voor staan.
Rendemenstverwachting
‘De spaarquote in de Verenigde Staten is momenteel 3 procent. Deze was vóór de crisis negatief. Op zich is dit cijfer dus positief, maar het betekent ook dat er onder Amerikaanse huishoudens weinig vertrouwen is in de toekomst’, zegt Olaf van den Heuvel (foto). De beleggingsstrateeg van Aegon Asset Management begrijpt dat wel: de schuldenberg is wereldwijd enorm gestegen en dat verlangt deleveraging.
Maar ook komt de behoedzaamheid voort uit het besef dat de gouden jaren van de stijgende groei voor de Verenigde Staten voorbij zijn. ‘We komen in de laatste fase van de cyclische opgang. Het herstel van de arbeidsmarkt holt namelijk bedrijfswinsten uit en dat zorgt samen met inflatie voor monetaire verkrapping.’
In de rendementsprojecties voor 2016-2020 gaat Aegon AM dan ook uit van gematigde rendementen: gemiddeld 2,6 procent per jaar voor Amerikaanse aandelen, 3,8 procent voor wereldaandelen en 5,9 procent voor Europese aandelen. Europa zal het relatief goed doen, vanwege het feit dat het in een andere fase van de economische cyclus is, maar over de hele linie genomen worden de rendementen lager.
De oorzaak is dat vrijwel alle beleggingscategorieën door herstel en kwantitatieve verruiming duur zijn geworden. Dat geldt ook voor obligaties, die last zullen hebben van stijgende kapitaalmarktrentes. Het meest aantrekkelijk zijn volgens Aegon AM Europese investment grade en high yield bedrijfsobligaties.
Beleggingsmix
Beleggingsstrateeg Roelof Salomons van Kempen Capital Management onderschrijft de visie van de twee andere specialisten. ‘Onderweg naar gematigde groei’ luidde de kop boven de vorige Outlook van Kempen. ‘Daar zijn we gearriveerd; het gaat nu over getemperde verwachtingen. Wij houden rekening met lage inflatie, lage rente, lage groei en lage rendementen, omdat vrijwel alle asset classes aan de prijs zijn.’
Aanleiding voor deze lagere groei en inflatie zijn volgens KCM drie grote thema’s: er is tussen 1945 en 2008 sprake geweest van een astronomische opbouw van schulden, waardoor economische groei naar voren is gehaald. Daarnaast is er geprofiteerd van een periode van twintig jaar van globalisering.
Tot slot voltrekt zich nu een demografische ontwikkeling van vergrijzing. Salomons stelt dat tegen die achtergrond de waarderingen te hoog zijn — met uitzondering van de opkomende markten. ‘Daar zit veel waarde in, maar dat komt er vanwege economische ontwikkelingen op korte termijn nog niet uit.’
De deeltijdhoogleraar in Groningen verwacht dat er een correctie komt in 2016/2017, tegen het licht van lage economische groei, marges die onder druk staan en een conjunctuurcyclus die sinds 2009 in historisch opzicht al erg lang duurt.
‘In dat kader zeggen wij: het kan geen kwaad om risico van tafel te halen. Wij adviseren onze klanten een meer neutrale positionering. Het centralebankbeleid heeft niet gefaald, maar heeft nu wel een grens bereikt. De risicocurve is omlaag getrokken. De risico-opslag op aandelen versus obligaties is nog steeds 4 procent, maar het rendement is wel van 8 procent naar 5 procent voor aandelen en van 6 procent naar 1 procent voor obligaties gegaan, zegt Salomons.
Cashpositie
‘Dat betekent dat zowel aandelen als obligaties relatief weinig opleveren. Voor het bepalen van de beleggingsmix is dat een duivels dilemma. Wij raden onze klanten aan de cashpositie weer als een asset class te gaan zien en deze op te hogen.’
Vooral family offices die geen verplichtingen hebben, schalen deze exposure volgens Salomons al fors op om kruit droog te houden in afwachting van een marktcorrectie.
Voor een neutralere portefeuille komt KCM zo tot de volgende assetverdeling: obligaties onderwogen met een voorkeur voor bedrijfsobligaties; aandelen licht overwogen maar richting neutraal en cash gaandeweg naar overwogen brengen.
In zijn basisscenario gaat KCM uit van een recessie medio/eind 2017. Dat betekent dat pakweg negen maanden daarvoor een marktcorrectie te verwachten is. ‘Voor ons houdt dat in dat we blijven dansen, maar wel dicht bij de deur.’
Dit artikel is gepubliceerd in het Fondsnieuws-magazine van 25 november.
Lees ook het Fondsnieuws-dossier: Outlook 2016: De risico’s stapelen zich op