Actieve managers presteren dit jaar het slechtst tegenover hun benchmarks in dertig jaar. Dat stelt data- en fondsenvergelijker Lipper in een onderzoek. Maar liefst 85 procent van de actieve fondsen zou bij de index achterblijven.
De achterblijvende prestaties komen indexfondsen ten goede. De instroom bedraagt dit jaar tot eind oktober meer dan 206 miljard dollar.
De netto-instroom van actieve fondsen was niet meer dan 35 miljard, tegen 162 miljard dollar in 2013.
Jeff Tjornehoj, hoofd onderzoek van Lipper in de VS zegt dat beleggers die geloven in actieve managers een stevige maag moeten hebben. ‘Een jaar als dit maakt duidelijk wat voor belegger je bent’, zegt hij tegenover persbureau Reuters.
Actieve managers stellen dat zij over een hele cyclus de markt wel degelijk kunnen verslaan.
Dat actieve managers dit jaar fors bij de benchmark achter blijven, komt volgens Lipper doordat zij een aantal kansen in de florerende technologiesector hebben gemist, en te veel vermogen in cash hebben aangehouden.
Bob Homan, hoofd van het investment office van ING, gaf eerder deze week tegenover Fondsnieuws nog een andere reden: de markt is ernstig verstoord door het beleid van financiële repressie en kwantitatieve verruiming. Daardoor verliezen fundamentals waar actieve managers doorgaans op sturen aan gewicht en betekenis.
Door de slechte performance neemt het aantal voorbeelden toe bij zowel banken als vermogensbeheerders die een actieve asset allocatie combineren met de invulling van de portefeuille met passieve, en vooral ook goedkope trackers en indexfondsen.
De laatste keer dat actieve managers hun benchmarks overtuigend versloegen was in 2009. Toen deed volgens Lipper meer dan 50 procent van de actieve managers het beter dan de index.
Meer achtergronden op Fondsnieuws: