Koen Laarhoven
i-CmgpZBG.jpg

Er is een groep vermogensbeheerders die riskante beleggingsproducten opneemt in defensieve en zeer defensieve portefeuilles zonder beleggers goed over de risico’s hiervan te informeren.

Hoewel de groep waarschijnlijk klein is, is dit een groot probleem, stelt Koen Laarhoven van vergelijkingssite Vermogensbeheer.nl, die van ‘een tikkende tijdbom’ spreekt.

Door de almaar zakkende rente wordt het steeds lastiger een goed rendement te behalen op vastrentende waarden.  

Lage rente

‘Onze ervaring is dat vermogensbeheerders heel verschillend omgaan met de extreem lage rente van dit moment’, zegt Laarhoven. 

‘Er zijn beheerders die de huidige obligatiemarkt zo oninteressant vinden vanwege de rente/risicoverhouding dat men klanten adviseert om het deel dat anders in obligaties belegd zou zijn nu maar gewoon op een spaarrekening te zetten. 

Een grote groep heeft ervoor gekozen om tactisch zwaar overwogen in aandelen te gaan zitten. En tot slot zijn er beheerders die ervoor kiezen flinke hoeveelheden high yields, perpetuals, notes, vreemde valuta’s et cetera in hun portefeuilles op te nemen.’

Opvallend

Laarhoven vindt dit laatste ‘opvallend’ na alle aan het licht gekomen ervaringen sinds 2008. Er zijn sindsdien verschillende zaken onder de rechter en het Kifid geweest waarin gesteld werd dat het in strijd was met de zorgplicht om Lehman-notes of perpetuals op te nemen in defensieve portefeuilles.

Hij vertelt zelf onlangs een zeer defensieve portefeuille onder ogen te hebben gehad, die voor 100 procent uit vastrentende waarden bestond maar wel 63 procent high yields bevatte en 23 procent perpetuals. Daar bij kwam dat 68 procent van de portefeuille belegd was in Amerikaanse dollars.  

‘Niet wat je in algemene zin verwacht bij een zeer defensieve portefeuille’, aldus Laarhoven.

‘De partij gaf bovendien aan dat volatiliteit van deze portefeuille kleiner dan 5 procent zou zijn, iets wat wij niet kunnen rijmen met de door de VBA en de AFM gegeven standaarddeviaties voor deze categorieën.’

Het beleid van de centrale banken wereldwijd drukt de belegger steeds meer naar risicovollere beleggingen, concludeert hij. 

Geen toezicht

‘En op dit onderdeel lijkt er geen toezicht te zijn en kunnen beheerders dus blijkbaar doen en laten wat ze willen. Klanten zullen in de meeste gevallen niet op de hoogte zijn van de werkelijke risico’s.’

Toezichthouder AFM laat in een reactie weten de worsteling van veel beleggingsondernemingen te zien om met de huidige lage rente een defensieve portefeuille te construeren die past bij de klant.

‘Waar in het verleden vaak de afspraak is gemaakt om de portefeuille grotendeels in staatsobligaties te beleggen, genereren die op dit moment een erg laag rendement dat als rekening wordt gehouden met de kosten, niet in het belang van de klant zou kunnen zijn.’

Passendheid

Belangrijk is volgens de toezichthouder echter dat de zoektocht naar rendement niet mag betekenen dat het risicoprofiel van de portefeuille wijzigt en niet meer past bij de klant.

‘De beleggingsonderneming moet erop toezien dat de risico’s in een portefeuille in lijn blijven met de risico’s die de klant kan en wil accepteren. Dit vereist dat de beleggingsonderneming deze risico’s in kaart brengt en vaststelt of ze passen bij de klant.’

Beleggingsondernemingen doen er volgens de toezichthouder goed aan om de verschillende soorten risico te meten, en niet alleen naar de de standaarddeviatie te kijken. ‘De veelgebruikte standaarddeviatie, die ook is opgenomen in de Leidraad Risicoprofielen, zal namelijk niet altijd de risico’s weergeven.’ 

Indien de AFM constateert dat de risico’s in een portefeuille niet in lijn zijn met de doelstellingen van de klant of de risico’s die de klant wil lopen, kan de AFM daarbij ingrijpen.

Ruimte voor verbetering

Overigens heeft de AFM in een rapport uit 2014 ook geconstateerd dat op dat moment er ruimte voor verbetering was bij het meten van het risico in de portefeuille, en het aan laten sluiten van het risico bij de wensen van de klant.

Tot slot merkt de toezichthouder op dat als beleggingsondernemingen hun defensieve portefeuilles met andere instrumenten gaan inrichten dit moet worden afgestemd met de klant.

‘Het is immers een belangrijke wijziging ten opzichte van de asset allocatie die veelal bij aanvang van de relatie met de klant is afgestemd. Daarbij dient een beleggingsonderneming voorafgaand aan het beleggen in andere soorten financieel instrumenten, de klant te informeren over de karakteristieken van deze instrumenten.’

Onder meer de Nederlandse Vereniging van Banken is momenteel met de eigen leden en de AFM in gesprek over hoe de risicoprofielen van de verschillende aanbieders beter op elkaar afgestemd kunnen worden. 

 

Author(s)
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No