De vraag naar beleggingen die ‘goed doen’ neemt zowel onder institutionele beleggers en staatsfondsen als onder family offices en private banks wereldwijd fors toe. Wetgeving maakt het echter nog wel lastig om dergelijke fondsen naar de particuliere markt te brengen, zegt Deutsche Bank.
De Duitse grootbank is een pionier op het terrein van wat zij ‘social finance investing’ noemt. Al sinds de jaren negentig is Deutsche Bank met DB Global Social Finance actief bij het financieren van producten en strategieën op dit terrein.
Aan de basis hiervan staat Garry Hattem (foto), een Amerikaan die voorheen vooral actief was in New York op het terrein van stadsontwikkeling, sociale woningbouw en steun aan de zwakkeren in de samenleving.
Uit deze initiatieven, die dateren uit een periode dat New York het moeilijk had en veel sociale ellende en criminaliteit kende, werd in 1990 Deutsche Bank Global Social Finance geboren. Inmiddels wordt door het beleggingsteam een wereldwijde portefeuille beheerd van bijna 1,2 miljard dollar die voor beleggers zowel naar financieel als meetbaar sociaal rendement en of milieuimpact streeft.
Het portfolio bestaat ondermeer uit renteloze leningen aan lokale bedrijven, belasting gunstige kredieten, leningen voor bouwprojecten en gestructureerde fondsen. In totaal gaat het om partnerships met 130 MicroFinance organisaties in meer dan vijftig landen, waarmee ongeveer 3,9 miljoen startende ondernemers gefinancierd worden zegt Hattem in een gesprek met Fondsnieuws.
Daarnaast heeft het beleggingsteam geïnvesteerd in circa 30 ‘sociale ondernemingen’ en derden fondsen in onder meer de zonne-energie sector, oogziekenhuizen als fondsen die investeren in betaalbare educatie en gezondheidszorg. Er wordt volgens hem in interessante bedrijven geïnvesteerd, die hierdoor ‘schaalbaar en winstgevend’ worden.
Wet- en regelgeving
Bij spelers als DB Global Social Finance ligt bij de selectie van projecten volgens Hattem het accent op de business case, de governance en de (potentiële) winstgevendheid. Projecten op het terrein van micro finance, milieu en woningbouw worden gefinancierd met ‘geduldige’ renteloze leningen en meer commerciële leningen.
Volgens de managing director van Global Social Finance is er sprake van toenemende interesse onder beleggers, ook onder private bankingklanten in Europa. ‘Maar wet- en regelgeving is niet echt behulpzaam’, zegt Caroline Vance, vice-president van DB Global Social Finance. Voor een deel heeft dat met de (il)liquiditeit van deze projecten en vorm van financiering te maken. Maar volgens Vance wordt er hard gewerkt om de toegankelijkheid van deze fondsen in Europa te verhogen.
‘We hebben de laatste twee jaar veel geleerd’, stelt Hattem, ‘maar de uitdaging is zowel in de VS als Europa groot. Dat is jammer, want Deutsche Bank is zo groot en heeft zoveel kennis en kunde in huis om goed te doen’.
Hattem wijst erop dat Deutsche Bank met dit onderdeel zich vooral richt op impact investing. Hierbij ligt de nadruk op ‘goed doen’, waarbij alleen traditionele filantropie nog een stap verder gaat in zijn ‘sociale rendementsdoelstellingen’. Aan de andere kant van het spectrum ligt het traditionele beleggen, dat agnostisch is en een maximaal rendement wil behalen.
Focus op relevante doelen
Volgens Hattem richt men zich op een rendement van 4 procent per jaar. ‘Andere fondsen leveren meer rendement op, maar wij zijn niet op zoek naar optimalisering. Liever bereiken wij relevante doelen, zoals bij voorbeeld de verlaging van de Co2-uitstoot’, zegt Hattem.
Deutsche Bank denkt dat projecten zoals genoemd kunnen bijdragen aan het terugwinnen van vertrouwen in de sector en dat het momentum heeft. ‘Veel organisaties denken na over hun bedrijfscultuur, het motiveert personeel en klanten en is bovendien een belangrijk bewijs dat een instelling goed wil doen’, zegt Hattem.
DB Global Socal Finance voert sinds de jaren negentig een aantal fondsen, zoals het DB Micro Development fund, het DB Microfinance Invest Fund en het in 2012 gelanceerde Global Commercial Microfinance Consortium II Fund. Op de totale fondsenrange van 380 miljoen dollar is in totaal bijna 11 miljoen afgeschreven, wat minder is dan 3 procent.