Betere beleggersbescherming is een van de hoofddoelen van Mifid II. Maar sommige zaken kunnen op de klant overkomen alsof u zich probeert in te dekken, schrijft FN Kennisexpert Iris van de Looij.
‘Een aantal marktpartijen heeft een inhaalslag te maken wat betreft het vastleggen van de financiële situatie van de klant en zijn kennis en ervaring met beleggen. Deze partijen zullen opnieuw met hun relaties een vragenlijst moeten doorlopen om de financiële doelstellingen en behoeften in kaart te brengen.
Door de uitgebreide definitie van complexe producten moeten veel klanten benaderd worden met een test over kennis en ervaring met beleggen in complexe producten zoals derivaten en hedgefondsen. Best een gênante situatie in het geval het gaat om langlopende klantrelatie. Waarom komt u nu met deze vragen en testjes?
Beperkter aanbod
Door verschillende richtlijnen op het gebied van productselectie, kan het zijn dat een aantal type producten voor bepaalde cliënten straks niet langer toegankelijk is. Veel marktpartijen beperken het productaanbod om kosten van productselectie te verlagen en risico’s van misverkoop te verkleinen. Wat is de impact hiervan voor de klant en hoe legt u dit uit?
Klanten zullen door Mifid II meer rapportages en toelichting ontvangen. Adviesklanten ontvangen straks voorafgaand aan ieder advies een geschiktheidsverklaring. Deze moet een klant bevestigen voordat de transacties worden uitgevoerd. Met alle eisen voor productbijlagen, zoals een PRIIP-KID, kan dit een behoorlijk pakket informatie worden.
Daarnaast ontvangen alle klanten straks een jaarlijks overzicht van de werkelijke gemaakte kosten. Deze kosten worden verplicht in percentages en absolute bedragen weergegeven. Deze kostentransparantie gaat zeker tot kritische vragen leiden.
10 procents-eis
Dan hebben we nog de befaamde 10 procents-rapportage-eis. Binnen een beheerrelatie met een klant ben je verplicht de klant te informeren op het moment dat de gemiddelde portefeuille met 10 procent is gedaald. Lastig te verantwoorden aan de klant waarom u dit doet.
U heeft een beleggingshorizon van bijvoorbeeld vijf jaar afgesproken. Toch moet u bij iedere 10 procent-daling de klant steeds waarschuwen. Deze regel uit Mifid II verdient geen schoonheidsprijs. Maar hij dient te worden nagevolgd.
Naast genoemde voorbeelden moet u uw klanten nog informeren over een nieuw beleid voor orderuitvoering, vastleggen van informatie, klantclassificatie en productselectie. In het uiterste geval wilt u met de cliënt zelfs een nieuwe dienstverleningsvorm, nieuwe tarifering en contract overleggen.
Allemaal voor een beter bescherming van de belegger. Waarom komt het dan toch snel over alsof u zich wilt indekken tegen potentiele claims van klanten?
Mijn advies: start op tijd met het opzetten van een communicatiestrategie. Want te komen met de uitleg: “omdat het moet van de toezichthouder”, is in dit geval echt een gemiste kans. Er is in deze aanpassingen wel degelijk een voordeel voor de klant te vinden. De uitdaging is om deze ook werkelijk naar voren te brengen.’
Iris van de Looij is zelfstandig adviseur en interim-manager. Eerder werkte zij onder meer als global head of product development bij MeesPierson en achtereenvolgens als director investment solutions bij Theodoor Gilissen en group head of investment solutions bij KBL European Private Bankers.
Zij deelt op structurele basis met Fondsnieuws-lezers haar kennis op het gebied van productmanagement en Mifid. Wilt u meer bijdragen van onze FN Kennisexperts lezen, klik dan hier.
Bovenstaand artikel is gepubliceerd in het Fondsnieuws-magazine van april.