Picture3-600x300.png

Vermogensbeheerder Wijs & Van Oostveen heeft zich schuldig gemaakt aan provisiejagen en moet een klant een bedrag van 25.000 euro aan schadevergoeding betalen. Dit is slechts een deel van de totale schade van meer dan 300.000 euro die de cliënt probeerde te verhalen op de Amsterdamse vermogensbeheerder.

Dat blijkt uit een gepubliceerd niet-bindend advies van klachteninstituut Kifid. Half juli is uitspraak gedaan over de zaak.

De klant beklaagde zich bij het klachteninstituut over schending van de zorgplicht, de aanschaf van deelnemingen in een bepaald vastgoedfonds, een gebrek aan informatieverschaffing en provisiejagen. 

Alleen op het laatste punt is de cliënt in het gelijk gesteld. Het advies van Kifid aan Wijs & Van Oostveen is om daar 25.000 euro aan schadevergoeding voor te betalen, al is dat niet-bindend. Wijs & Van Oostveen is wel aangesloten bij het klachteninstutuut, maar de consument heeft in zijn procedure gekozen voor een niet-bindend advies, blijkt uit de gepubliceerde uitspraak.

Reactie Wijs & Van Oostveen

De vermogensbeheerder heeft de geadviseerde vergoeding inmiddels betaald, laat advocaat Frank ‘t Hart in een reactie namens Wijs & Van Oostveen weten. Hij benadrukt daarbij dat de klant zélf heeft voorgesteld de zaak definitief af te doen met de betaling van 25.000 euro, en niet verder te procederen. De beheerders van Wijs & Van Oostveen hebben om praktische redenen (een kosten-baten analyse) besloten om niet verder te procedueren en met betaling van dit bedrag de zaak af te ronden.

Voor Wijs & Van Oostveen, waarvan Steven Sarphatie de directeur is, heeft de uitspraak geen verdere gevolgen als het gaat om bedrijfsvoering, aldus ‘t Hart.

Provisiejagen

In 2014 vroeg de klant, die sinds 1999 was aangesloten bij Wijs & Van Oostveen, bij zijn vermogensbeheerder om een overzicht van de gevraagde kosten vanaf 1 januari 2005 tot moment uitlevering. 

Uit de daarop volgende e-mail bleek dat in die periode een bedrag van bijna 91.000 euro aan provisie was gerekend, bijna 6.000 euro aan kosten en ruim 3.000 euro aan fee. 

Volgens de klant heeft de vermogensbeheerder geen specifieke omstandigheden aangevoerd die tot rechtvaardiging van die overmatige transactiefrequentie konden leiden. De portefeuille werd ieder jaar één of twee keer volledig ververst, terwijl de beleggingshorizon van de klant meer dan twaalf jaar bedroeg. Volgens de klant is ongeveer 40 procent van zijn in beheer gegeven vermogen opgegaan aan transactiekosten.

Schade

De Geschillencommissie van het Kifid merkt op dat in de periode van 1999 tot en met 2007 gemiddeld 1,7 procent aan kosten en provisies in rekening zijn gebracht. Niet excessief, aldus de Commissie. 

‘Uit de pleitnota blijkt tevens dat in de periode 2009 tot en met 2013 gemiddeld 3,9 procent aan kosten en provisie in rekening is gebracht’, schrijft de Commissie. ‘Een zodanige kostenlading staat op gespannen voet met de beleggingsdoelstelling van de consument om een rendement van 6,5 procent te behalen, alsmede met het gekozen defensieve risicoprofiel, de lange beleggingshorizon en de omvang van het in beheer gegeven vermogen.’

Het klachteninstituut concludeert dat de portefeuille wel overeenkomstig het defensieve profiel was ingericht, maar dat ‘een zeer substantieel deel van de kostenlading uit provisies heeft bestaan’. De beheerder van Wijs & Van Oostveen heeft niet bestreden dat hij voor de klant een groot aantal transacties heeft verricht noch een bevredigende verklaring kon geven voor de noodzakelijkheid daarvan voor het nastreven van het beoogd rendement.

De Commissie oordeelde daarom dat de vermogensbeheerder zich schuldig heeft gemaakt aan provisiejagen. De schade daarvan is niet met zekerheid vast te stellen, aldus het Kifid, en is daarom ‘schattenderwijs’ vastgesteld.

De klant stelde zijn totale schade op ruim 300.000 euro, waarvan 153.000 euro voor provisiejagen. Het Kifid houdt het bij 25.000 euro, ‘rekening houdend met de mate waarin de in rekening gebrachte kosten hetgeen passend is bij een sefensief profiel overschrijden, de omvang van het vermogen waarover deze kosten zijn berekend en de periode waarin het provisiejagen heeft plaatsgevonden’.

Comtessa

Een andere partij die voor een soortgelijke gebeurtenis door het Kifid op de vingers is getikt, is Comtessa. Deze vermogensbeheerder moest in 2017 een klant compenseren die in drie jaar tijd ongeveer 17 procent aan kosten moest betalen over zijn belegd vermogen van 100.000 euro.

In een eerder interview met Fondsnieuws vertelde Geschillencommissie-voorzitter Eveline Ruinaard dat veel onafhankelijke vermogensbeheerders zich ongebonden verklaren aan de uitspraken van het Kifid. 10 tot 20 procent van de behandelde klachten betreft dienstverleners die ongebonden zijn.

Author(s)
Target Audiences
Access
Limited
Article type
Article
FD Article
No