Han Dieperink
Dieperink.png

De Federal Reserve verlaagde vorige week de rente van 4,25-4,50 procent naar 4,00-4,25 procent en zal op de resterende bijeenkomsten van het FOMC – het beleidsorgaan van de Fed – de rente verder verlagen. Dat terwijl de financiële condities al zijn verbeterd en er desondanks bijzonder veel liquiditeiten aan de zijlijn staan.

Een renteverlaging zorgt ervoor dat geld goedkoper wordt. Bedrijven kunnen makkelijker leningen afsluiten. Beleggers gaan op zoek naar hogere rendementen dan wat spaarrekeningen bieden. Dit extra geld stroomt vaak naar de aandelenbeurs.

De omstandigheden zijn daardoor bijzonder gunstig voor risicovolle beleggingen. Banken hebben genoeg geld om uit te lenen. Grote investeerders hebben miljarden euro’s klaarstaan. Als zij dit geld gaan beleggen, kunnen de koersen hard stijgen. Bij dalende rentes worden staatsobligaties minder aantrekkelijk. Spaarders in de VS kregen tot voor kort nog meer dan 5 procent, door de aanpassing in de beleidsrente daalt die nu richting de 3 procent. Op de beurs is meer rendement te behalen, waardoor veel spaarders die stap zullen zetten. Hebzucht is immers een sterkere emotie dan angst.

Tech-giganten profiteren als eerste

De Magnificent Eight: de bestaande zeven bedrijven en Oracle doen het nog altijd goed. Deze bedrijven combineren sterke winsten met groeimogelijkheden. Bij dalende rentes worden zij extra aantrekkelijk omdat hun toekomstige winsten meer waard worden. Sinds Fed-voorzitter Powell in augustus hintte op renteverlagingen, stijgen deze aandelen harder dan de rest van de markt. Ze vormen een soort veilige haven binnen de groeiaandelen omdat ze wel degelijk winst maken, in tegenstelling tot veel andere techbedrijven.

Ook biotechnologie ervaart een heropleving. Deze bedrijven zijn vaak verlieslatend, maar hebben veel potentieel. Ze moeten wel regelmatig terug naar de markt voor extra funding. Bij verbeterende financiële condities zijn deze toekomstbeloftes eenvoudiger te realiseren. Bovendien kunnen biotech-bedrijven profiteren van kunstmatige intelligentie bij het ontwikkelen van medicijnen.

Ook andere bedrijven zonder winst maar met grote ambities doen het goed bij lage rentes. Hun waarde hangt af van verwachte toekomstige winsten. Lagere rentes maken die verwachtingen waardevoller. Jonge technologiebedrijven, het ARK Innovation-fonds van Cathie Wood en cryptocurrencies zoals Bitcoin profiteren hiervan. Het ARK Innovation-fonds werd het symbool van de vorige groeibubbel in 2021 en maakt nu een opmerkelijke comeback. Dit fonds bundelt precies die verlieslatende, disruptieve bedrijven die het meest profiteren van dalende rentes.

Een duidelijk teken van hernieuwde risicobereidheid zien we in de markt voor beursintroducties. In 2025 zijn er al 156 nieuwe bedrijven naar de Amerikaanse beurs gegaan, het hoogste aantal sinds 2021. In het eerste kwartaal werd 7,9 miljard dollar opgehaald aan vers kapitaal. Nog opmerkelijker zijn de forse koerswinsten bij deze nieuwe aandelen. Ze stijgen gemiddeld 20 procent op hun eerste handelsdag. Grote beursintroducties stegen zelfs meer dan 40 procent. Dit is een groot verschil met 2022-2023, toen nieuwe aandelen vaak daalden na hun beursdebuut. Deze grote winsten bij nieuwe aandelen wijzen op een markt waarin beleggers bereid zijn veel te betalen voor groei en potentieel.

Waarschuwingssignalen stapelen zich op

Wanneer de meest risicovolle beleggingen het hardst stijgen, is dat vaak ook reden voor een waarschuwing. Het suggereert dat hebzucht belangrijker wordt dan voorzichtigheid. Bitcoin schiet omhoog, verlieslatende techbedrijven maken grote sprongen, en retailbeleggers tonen duidelijke tekenen van FOMO, de angst om de boot te missen.

De financiële geschiedenis laat zien dat zeepbellen vaak worden opgeblazen bij lage rentes en veel beschikbaar geld. De dotcom-bubbel rond 2000 en de huizenbubbel voor 2008 begonnen zo. Ook in 2021 zagen we een vergelijkbare situatie met meme-aandelen en zogenaamde SPACs, lege beursvennootschappen die bedrijven overnamen.

Net als in de dotcomrally wordt het onderscheid tussen de nieuwe economie en de oude economie snel groter. Toch is er een verschil. De bedrijven uit de nieuwe economie behoren weliswaar tot de selecte groep die kunstmatige intelligentie mogelijk maakt, maar waarschijnlijk zullen bedrijven uit de oude economie (liefst met veel personeel) daar optimaal van kunnen profiteren. Banken en huizenbouwers doen het traditioneel goed bij dalende rentes. Zij profiteren van meer kredietvraag en lagere financieringskosten. Deze vroeg-cyclische sectoren bieden nuttige diversificatie ten opzichte van tech-aandelen. Zelfs ondergewaardeerde healthcare- en energieaandelen kunnen bescherming bieden tijdens turbulente periodes.

Het is belangrijk te beseffen dat financiële zeepbellen zich zelden in rechte lijnen ontwikkelen. Heftige correcties die snel worden weggewerkt zijn juist kenmerkend voor maniefases. Ze verstevigen de buy-the-dip-mentaliteit onder beleggers, waarbij elke daling wordt gezien als een koopkans. Deze volatiliteit vereist discipline van beleggers. Het is verleidelijk om volledig in te zetten op de stijgende trend, maar de geschiedenis leert dat dit gevaarlijk kan zijn wanneer het sentiment plotseling omslaat.

Conclusie

Met de Federal Reserve-renteverlaging is er sprake van een nieuw hoofdstuk op de beurs. De voorwaarden voor forse koersstijgingen zijn aanwezig: ruime liquiditeit, lage rentes en hernieuwde risicobereidheid. Tech-aandelen en biotech bieden groeipotentieel, maar de exploderende IPO-markt toont ook tekenen van overdrijving.

Voor beleggers biedt dit kansen, maar vereist het ook discipline. Zeepbellen barsten uiteindelijk altijd. De kunst is meeprofiteren van de stijging zonder gevangen te worden als de muziek stopt. Spreiding blijft daarom belangrijk voor risicobeheer, vooral omdat volatiliteit toeneemt in bubbelfases. De recente renteverlaging is dus niet alleen goed nieuws voor beleggers. Het is ook een signaal om alert te blijven op de ontwikkelingen op de beurs en niet alle voorzichtigheid overboord te gooien.

Han Dieperink is chief investment officer bij Auréus Vermogensbeheer. Hij was eerder in zijn loopbaan chief investment officer van Rabobank en Schretlen & Co.

Author(s)
Categories
Access
Members
Article type
Column
FD Article
No