Han Dieperink
Dieperink.png

Donald Trump beschouwt de ontwikkeling van de Amerikaanse aandelenmarkt als zijn realtime rapportcijfer. 

De dag na de presidentsverkiezingen steeg de aandelenmarkt flink. Investeerders gingen ervan uit dat Donald Trumps tweede termijn zou lijken op zijn eerste: nadruk op belastingverlagingen, deregulering en economische groei. Tarieven zouden later komen, na langdurige beraadslagingen. Een paar dagen na de verkiezingsdag prees Scott Bessent de ondubbelzinnige omarming door de markten van Trumps economische visie 2.0.

De omslag in retoriek

Gedurende de correctie van de afgelopen weken is de retoriek vanuit de Republikeinen nuchterder en uitdagender geworden. Een recessie wordt niet meer uitgesloten en Trump heeft het zelfs over een perspectief van honderd jaar, waarbij hij de machthebbers in Peking als voorbeeld noemt. 

De Trump-put bestaat niet langer, luidt de conclusie. De term “put” komt uit de optiemarkt, waar een put-optie een soort verzekering is tegen dalende prijzen. De Trump-put vertegenwoordigt het idee dat investeerders kunnen rekenen op Trump om in te grijpen en de markten te ondersteunen tijdens ernstige dalingen, waardoor in feite een vangnet wordt gecreëerd.

Het ‘plunge protection team’

Het idee dat beleidsmakers een bodem in de markt kunnen leggen, is ontstaan na de crash van 1987. In 1988 richtte president Ronald Reagan de ‘working group on financial markets’ op. Onder leiding van de minister van Financiën kreeg deze werkgroep de bijnaam ‘plunge protection team’.

Deze groep rapporteert direct aan de president, zonder openbaar verslag van vergaderingen of aanbevelingen. Door dit gebrek aan transparantie zijn er veel complottheorieën over heimelijke interventies op de financiële markten door de Amerikaanse overheid. Het team nam feitelijk de historische rol over van bankiers als John Pierpont Morgan en Nathan Rothschild.

Greenspan 

Voor zover bekend heeft het plunge protection team nooit een grote rol gespeeld op de financiële markten. Dat komt vooral doordat er vlak voor Reagans besluit een nieuwe voorzitter van de Federal Reserve was benoemd: Alan Greenspan. Een van zijn eerste acties was het snel verlagen van de rente en het verstrekken van liquiditeit tijdens de beurskrach van 1987 om het vertrouwen te herstellen. Dat herhaalde Greenspan gedurende de Russische schuldencrisis van 1998 en na het uiteenspatten van de dotcombubbel in 2000.

Greenspan probeerde zo de negatieve excessen van de economische cyclus uit te bannen. Mede hierdoor werd de Amerikaanse economie in de jaren negentig vergeleken met het sprookje van Goudlokje: alles was precies goed, niet te heet en niet te koud. De Greenspan-put was geboren.

Moreel risico

Het commentaar op dit beleid was dat zo’n vangnet vanuit de centrale bank een aanmoediging is voor het nemen van overmatige risico’s, iets wat we na het vertrek van Greenspan ook daadwerkelijk hebben gezien in de Grote Financiële Crisis. Dit morele risico komt vaker voor in de economie. Iemand met een uitgebreide autoverzekering rijdt misschien minder voorzichtig. Banken worden too big to fail en beleggers nemen roekeloze beslissingen, in de wetenschap dat de centrale bank hen toch wel zal helpen.

Zo’n verstoring in de risicorendement-afweging vergroot de kans op systeemrisico’s. Beleidsmakers worstelen voortdurend met het vinden van een balans tussen het bieden van noodzakelijke bescherming en het vermijden van de perverse prikkels die dit morele probleem creëert.

De opkomst van de Fed-put

De moderne opvolger van de Greenspan-put is de Fed-put. Na de financiële crisis van 2008 greep de Fed opnieuw in tijdens de coronapandemie. Er kwamen drastische monetaire maatregelen, waaronder renteverlagingen, kwantitatieve verruiming en diverse noodleningsprogramma’s. Deze acties versterkten het idee dat de Fed nog altijd bereid is om in te grijpen.

Toch is het belangrijkste mandaat van een centrale bank het bestrijden van inflatie. Wanneer de inflatie hoog is, krijgt de Fed-put een lagere strike (uitoefeningsprijs). Met andere woorden: de centrale bank is dan bereid om grotere marktdalingen toe te staan voordat ze ingrijpt. Omdat onderdelen van het beleid van Trump de Amerikaanse economie kunnen raken en tegelijkertijd de inflatie normaliseren, neemt de kans toe dat later dit jaar de Fed-put opnieuw wordt ingezet.

Gevolgen voor de dollar

Doordat de Amerikaanse overheid niet langer automatisch de economie en daarmee de aandelenmarkt zal ondersteunen, is er ruimte voor een krapper fiscaal beleid. Iets wat wordt versterkt door de Doge-inspanningen. Dit krappe fiscale beleid zal economische groei afremmen, waardoor de vraag naar Amerikaanse activa en daarmee de dollar kan verzwakken.

Dat strengere fiscale beleid maakt een ruimer monetair beleid mogelijk, wat betekent dat de Federal Reserve meer geld in omloop brengt, wat eveneens de waarde van de dollar kan verzwakken. Doordat de overheid minder uitgeeft en de economie afremt, krijgt de Fed meer ruimte om het monetaire beleid te verruimen zonder de inflatie direct te laten oplopen.

Uiteraard zal het ruime monetaire beleid zwaarder wegen dan het krappe fiscale beleid, maar de combinatie versterkt wel het effect richting een zwakkere dollar. Laat dat nou precies zijn waar de huidige Amerikaanse regering naar op zoek is.

Han Dieperink is chief investment officer bij Auréus Vermogensbeheer. Hij was eerder in zijn loopbaan chief investment officer van Rabobank en Schretlen & Co.

Author(s)
Categories
Access
Members
Article type
Column
FD Article
No